The Sword of Starlight✅

By Olvera_xx

2.7K 527 355

Deel I De prinses van Catador, Lena, voelt zich niet comfortabel in haar koninklijke familie. Al helemaal wan... More

0
De Kaart ~ Eras
Hoofdstuk 1
Hoofdstuk 2
Hoofdstuk 3
Hoofdstuk 4
Hoofdstuk 5
Hoofdstuk 6
Hoofdstuk 7
Hoofdstuk 8
Hoofdstuk 9
Hoofdstuk 10
Hoofdstuk 11
Hoofdstuk 12
Hoofdstuk 13
Hoofdstuk 14
Hoofdstuk 15
Hoofdstuk 16
Hoofdstuk 17
Hoofdstuk 18
Hoofdstuk 19
Hoofdstuk 20
Hoofdstuk 21
Hoofdstuk 22
Hoofdstuk 23
Hoofdstuk 24
Hoofdstuk 25
Hoofdstuk 26
Hoofdstuk 27
Hoofdstuk 28
Hoofdstuk 29
Hoofdstuk 30
Hoofdstuk 31
Hoofdstuk 32
Hoofdstuk 33
Hoofdstuk 34
Hoofdstuk 35
Hoofdstuk 36
Hoofdstuk 37
Hoofdstuk 38
Hoofdstuk 39
Hoofdstuk 40
Hoofdstuk 41
Hoofdstuk 42
Hoofdstuk 43
Hoofdstuk 44
Hoofdstuk 45
Hoofdstuk 46
Hoofdstuk 47
Hoofdstuk 48
Hoofdstuk 49
Hoofdstuk 50
Hoofdstuk 51
Hoofdstuk 52
Hoofdstuk 53
Hoofdstuk 54
Hoofdstuk 55
Hoofdstuk 56
Hoofdstuk 57
Hoofdstuk 58
Hoofdstuk 59
Hoofdstuk 60
Hoofdstuk 61
Hoofdstuk 62
Hoofdstuk 63
Hoofdstuk 64
Hoofdstuk 65
Hoofdstuk 66
Hoofdstuk 67
Hoofdstuk 68
Hoofdstuk 69
Hoofdstuk 70
Hoofdstuk 71
Hoofdstuk 72
Hoofdstuk 73
Hoofdstuk 74
Hoofdstuk 75
Hoofdstuk 76
Hoofdstuk 77
Hoofdstuk 78
Hoofdstuk 79
Hoofdstuk 80
Hoofdstuk 81
Hoofdstuk 82
Hoofdstuk 83
Hoofdstuk 84
Hoofdstuk 85
Hoofdstuk 86
Hoofdstuk 88
Hoofdstuk 89
Deel II

Hoofdstuk 87

8 3 0
By Olvera_xx

"Maak die lafaards af!" riep ik luid, terwijl mijn soldaten achter de Trivanen aanrenden.
Ze vluchtten naar de poort van Itopyus en wisten deze poortdeuren te openen.

"Laat ze niet wegkomen!" schreeuwde mijn stem om mijn soldaten te motiveren.
De achterlopers van de Trivanen werden als eerste door ons geraakt. Sommigen vielen al neer uit vermoeidheid, waardoor het voor ons makkelijker was om ze te doden. Een snelle dood werd hen gegeven, door een snelle steek in de rug of een vloeiende onthoofding.

Ik sprong over de lijken heen, maar struikelde toen over een arm.

"Mijn koning!" riep een Cazaanse soldaat die dicht bij me was en reikte me de hand.
Ik gebaarde dat dat niet hoefde en stond langzaam op.

De poorten waren een aantal meters van me vandaan en ik zag hoe de Trivanen deze openden en wegvluchten.

Hijgend keek ik toe hoe de laatste honderden Trivanen zichzelf door de poorten heen drukten.

Het lukte ons een paar Trivanen te raken met onze zwaarden, maar de meesten ontvluchtten Itopyus.

Een groene grote geheuvelde vlakte strekte voor de poorten van de Trivaanse hoofdstad uit en de bange Trivanen maakten zo veel mogelijk meters om ons op afstand te houden.

"Ze hebben peper in hun reet," zei de soldaat naast me die zich verplicht voelde mij te beschermen en ik grijnsde.
Terwijl mijn soldaten de Trivanen achtervolgden voelde ik zachte trillingen onder mijn schoenen door de grond heen golven.

Mijn ogen tuurden in de verte naar een grote heuvel en ik gebaarde dat onze soldaten moesten stoppen.

"Er komt iets aan," zei ik zacht en op dat moment zag ik takken en bladeren vanachter de heuvel omhoog komen.

"Wat zijn dat?" vroeg de soldaat vol verbazing naast me.

Grote levende bomen stormden van de heuvel af en  groeven met hun wortelen door de aarde, terwijl er vrouwen met bogen hun pijlen op de laatste vijanden afvuurde.
Grote groene bisonachtige wezens reden vlak naast de zijdes van de bomen en beukten op de groep in.

"Ze helpen ons," merkte de soldaat naast me op en hield zijn zwaard gereed.

Deze vreemdelingen werden gevolgd door een groot leger en ik zag de vlaggen die ze droegen. Toen zag ik de gedaantewisselaars rennen en vliegen en zij stortten zich op de vijand.

"Larosha en Aderia," zei ik in mezelf en stormde toen op de Trivanen af.

"Laten we het nu voor eens en altijd afmaken!" riep ik en de soldaat naast me volgde me de strijd in.
Leeuwen, havikken, centauren, bomen, bisonachtige wezens, huursoldaten te paard, Laroshaanse soldaten, Aderiaanse soldaten, maar ook vier monsters. Iedereen was erbij en ik kon voelen dat we ons allemaal onoverwinnelijk voelden toen we de Trivanen insloten.

Ze konden nergens anders meer heen en vochten om een kans van overleven te creeëren. Iedereen wist, ook de Trivanen, dat het klaar was.
Maar genade hadden we niet.

Deze strijd had ons zoveel levens, goud en materieel gekost. We wilden ze afmaken.

De laatste honderden soldaten werden binnen een halfuur afgeslacht en ik stak daarna ongedeerd mijn zwaard terug in mijn gesp.
De vier monsters verlieten het slagveld en ik vroeg mezelf af waarom ze ons hielpen. Mijn aandacht werd snel afgeleid naar het plakkerige natte gevoel op mijn voorhoofd en wangen.
Mijn gezicht zat onder het bloed dat verspild was.

Ik stapte over de lijken heen.

"U moet koning Arvid zijn," hoorde ik een stem zeggen en ik draaide me om.

Een jonge man stapte op me af.

"Koning Mort van Larosha," zei hij en glimlachte.

"Ik zou u willen verwelkomen, maar dit lijkt me geen gepaste plek," reageerde ik en de Laroshaanse koning lachte.

"Ze hebben het verdient. Allemaal," zei koning Mort, terwijl hij naar de dode Trivanen op de grond keek.

"Inderdaad. Het is nu eindelijk klaar," reageerde ik en in mijn ooghoek zag ik iemand over een lijk gebogen zitten.
Koning Mort zag me naar de onbekende man kijken en kwam toen naast me staan.

"Dion Zandhoef. Commandant van het huurlingenleger. Er wordt gezegd dat hij u iets schuldig is," vertelde koning Mort en ik knikte.

Langzaam stapte ik op Dion Zandhoef af, die met zijn rug naar me toegekeerd zat. Hij boog zich over een vrouw en huilde, terwijl hij zelf onder het bloed zat.

"Commandant Dion Zandhoef," begon ik en Dions gesnik stopte. Hij draaide zijn hoofd een kwartslag, maar keek me niet aan.
Het voelde alsof hij het niet durfde. Alsof hij het al wist.

Ik stapte langs hem heen en ging voor hem en de overleden vrouw staan.
Ik keek naar de gesloten ogen van de vrouw en daarna naar de wond in haar middenrif, die haar overduidelijk fataal was geworden. De commandant van het huurlingenleger vermeed nog steeds mijn blik en streelde over de armen van de vrouw.

"Wat was haar naam?" vroeg ik toen.

"Tasja," antwoordde hij pas na een stilte.

"Rust in vrede, Tasja Zandhoef," reageerde ik met de uitgaande gedachte dat het zijn vrouw was.

"We waren niet getrouwd," was Dions reactie.

De onverwachte reactie deed mijn schouders doen ophalen en Dion ging zitten. Daardoor zag ik zijn gezicht beter. Er droop bloed uit zijn neus en ik zag een snee die net langs zijn hals zichtbaar was. Zijn ogen staarden nog naar zijn overleden vriendin en keek mij daarna aan.

"Is mijn schuld afgelost?" vroeg hij toen en ik keek naar het slagveld waar alle soldaten de schoenen van de Trivanen hun voeten er af begonnen te halen. Na een oorlog werd dit altijd als een deel van de buit gezien: bepantsering en wapens. Zwaarden, messen, harnassen en eventuele waardevolle sieraden zoals gouden of zilveren kettingen en ringen.

"Voor een deel," zei ik en trok toen mijn zwaard. Deze richtte ik op hem en terwijl hij zijn blik serieus wilde doen lijken, merkte ik de angst die hij uitzweette.

De punt van mijn zwaard hield ik een paar centimeters voor zijn keel en hij hief zijn hoofd.

"Waar is mijn vrouw?" vroeg ik toen. "Jouw halfzus,".

Zijn pupillen keken van me weg en me weer aan. Dit deed hij herhaaldelijk.

"Waar is mijn vrouw?" herhaalde ik de vraag met een luidere stem en deze keer duwde ik de punt tegen de huid van zijn keel aan.

"Uwe Hoogheid," hoorde ik een soldaat van mijn leger zeggen en een kleine groep kwam op me af.

Ik hield mijn vrije hand omhoog, als gebaar dat ze niks moesten zeggen.

"H-Het zuiden," was Dions antwoord.

Nu draaide ik met de punt van mijn scherpe zwaard langzaam rondjes in zijn huid. Dion hield zijn hoofd omhoog en hoopte dat ik niks zou doen. Hij durfde niet eens te slikken.

"Te vaag," zei ik en voelde de woede opborrelen in mijn lichaam.

"E-Ergens in het z-zuiden. I-Ik meen het! Ik l-lieg niet. Echt niet!"

"Efea? Bedoel je het continent Efea?"

"J-Ja,".

"Waar?"

"In h-het woud,".

Ik was niet tevreden met dit antwoord.

"Wat is er gebeurd? Hoe is ze vermist geraakt?" vroeg ik streng.

De zogenaamde stoere commandant was stil en begon toen te hoesten. Zijn handen grepen naar zijn wond, maar ik hield het zwaard tegen zijn keel aan.

"Antwoord nu!" schreeuwde ik en steeds meer ogen kwamen meekijken naar wat er aan de hand was.

"Nu!" schreeuwde ik harder.

"Ik h-heb haar a-achtergelaten," was zijn antwoord en ik kon mijn oren niet geloven. Ik wist het. Ik wist dat er iets niet aan hem pluis was. Hij was een verrader. Een verrader naar zijn eigen familie.

"Alstublieft. Heb genade," smeekte hij. "Mijn leger en ik zullen voor u werken en naar Efea reizen. Ik zal haar weer terugvinden,"

"Je had haar al die tijd kunnen terugvinden. Pas als ik een zwaard tegen je keel zet, wil je haar zogenaamd gaan zoeken," zei ik en keek toen naar alle omstanders die hun aandacht op ons hadden gefocusd.

"En jouw leger zal zeker voor mij gaan werken," voegde ik nog aan mijn zin toe en keek de soldaten van het huurlingenleger aan.

"Dion Zandhoef, je hebt de koningin van Cazadon achtergelaten en daarom veroordeel jou tot de dood. Als zijn leger het hier niet mee eens is, volgt hen hetzelfde lot," sprak ik de intense woorden uit en keek vanuit mijn ooghoek naar de huurlingen. Ze keken elkaar aan en knielden toen op de grond.

"Nee! Alstublieft. Uwe Hoogheid. Ik hield van haar!" riep Dion Zandhoef smekend.

"Inderdaad. Hield," zei ik.

"Koning Arvid," hoorde ik koning Mort tegen me zeggen. "Even als koningen onder elkaar. Er is genoeg bloed verspilt voor vandaag. Weet je zeker dat je dit nu wilt doen?"

"Ik wacht al jaren. Ja, ik weet zeker dat ik dit nu wil doen," zei ik en mijn soldaten grepen Dion Zandhoef vast.

Ik hief mijn zwaard en in één zwaai hakte ik zijn verraderlijke hoofd er af.
Het bloed spoot uit zijn gesneden slagaders en zijn hoofd rolde over het lijk van zijn overleden vriendin heen, terwijl zijn lege grote ogen mij aankeken.
Het was doodstil. Het enige wat iedereen kon horen was het spuitende bloed dat op het gras landde en zijn lijk dat omviel.

Continue Reading

You'll Also Like

5.7K 615 81
Skylar is een meisje van 17 en heeft op het eerste zicht een heel normaal leven; ze heeft een gezin, vrienden en goede punten op school, ze woont in...
6.7M 226K 35
Stolen in broad daylight, Darcy Rose, just eighteen is forced into the highest rated auction house available. Worth ninety thousand, she is shipped o...
2.6K 244 58
Hetzelfde verhaal maar dan zoals ik het NU zou schrijven. Plus waarschijnlijk minder plotholes lol.
174K 10.5K 67
Het leven van Elise (15) staat op zijn kop als haar ouders besluiten om te verhuizen naar het afgelegen Lakefield, aan de rand van het bos. Elise zie...