30. Geen conditie hebben en voetbal gaan niet goed samen

2.9K 92 22
                                    

Dinsdagmiddag- Viënna pov.

We lopen met z'n zessen gehaast richting het voetbalveld, de jongens, Brianna en ik. We zijn zo ongeveer een kwartier te laat en ondanks dat Coach een fijne leraar is, vindt ze het niet fijn als we te laat komen. Dus we weten allemaal wat ons te wachten staat zometeen.

'Vier rondjes om het veld heen,' beveelt ze ons als we uitleggen waarom we te laat zijn. Ik laat mijn schouders verslagen naar beneden zakken en begin dan aan onze verdiende straf. Ik weet dat dit nog maar het begin is van een erg zware training, maar toch zit ik hier het meest tegenop.

Ik ren op een rustig tempo naast Brianna. We zeggen niets, omdat we beiden onze volledige adem nodig hebben voor het rennen. De jongens lijken het minder zwaar te hebben en hebben ons al bijna een rondje ingehaald. Ik brom geïrriteerd als ik Seb langs me heen zie sprinten. Hij steekt plagend zijn tong naar me uit, waarna hij verder rent.

'Niet zo mokken,' hoor ik ineens een plagende stem naast me. Ik kijk hem zijwaarts en en geef hem een lichte duw, waardoor hij zacht moet lachen.

'Aiden, laat me nou rustig rennen,' snauw ik hem toe. Ik ben nogal geïrriteerd door het feit dat Coach ons laat rennen. Iedereen vergeet toch wel eens de tijd?

'Rustig rennen?' vraagt hij verbaasd. 'Dit is een straf! Je zou je helemaal suf moeten sprinten,' grinnikt hij.

Ik rol mijn ogen. 'Als jij je suf wil rennen, ga je gang,' hijg ik. Ik ben niet gemaakt om te rennen en tegelijkertijd ook hele conversaties te houden.

Gelukkig besluit ook Aiden dat het gesprek afgelopen is en sprint hij verder het veld rond. Ik heb uitzicht op zijn gespierde rug en kan niet voorkomen dat mijn blik wat naar onderen zakt. Op deze manier is rondjes rennen toch zo erg nog niet.

Na vier rondjes te hebben gerend, ben ik kapot, maar de echte training moet nog beginnen. Coach roept iedereen bij elkaar. De rest was nog maar aan het inspelen, dus we beginnen nu pas aan de warming-up.

Het lijkt wel of mijn spieren in brand staan als we heen en weer moeten rennen en ondertussen opdrachten moeten uitvoeren. Ik probeer elke kans te grijpen om even op adem te komen, maar Coach ziet erop toe dat ik doorga met rennen. Haar strenge bevelen galmen het veld over.

Als de warming-up voorbij is, laat ik me languit op het gras vallen. Als het zonlicht voor mijn ogen verdwijnt, kijk ik op, om vervolgens recht ik het gezicht van Coach te kijken.

'Gaan jullie nog een keer telaat komen, denk je?' vraagt ze met een hint van sarcasme in haar stem.

Met grote ogen schud ik mijn hoofd. 'Nee Coach, nooit meer,' verzeker ik haar gehaast.

Ze knikt goedkeurend en kijkt me dan met vernauwde ogen aan.

'Haal die luie kont dan van dat gras af en laat me echt voetbal zien'.

* * *

Aan het einde van de training doen we zoals gewoonlijk een wedstrijd. Ik zit samen met Luciën, Nathan, Seb en nog wat jongens die ik niet ken. We bespreken een tactiek, gaan dan in de opstelling staan en wachten op het startsignaal. Als Coach op haar fluitje blaast, sprint ik het veld over. 

Luciën krijgt de bal en ik sprint met hem mee richting het doel van de tegenstander. Ik steek mijn hand op als teken dat ik vrij sta en Luciën blikt kort mijn kant op, maar het ziet er niet naar uit dat hij de bal naar me gaat overspelen. In plaats daarvan doet hij zelf een poging om te scoren, wat hem nog lukt ook.

Laat maar zien ✓Where stories live. Discover now