9. Een sigaret in ruil voor een zoen

3.1K 99 31
                                    

Maandagavond- Viënna pov.

Na het avondeten loopt de kantine weer langzaam leeg en wordt het steeds minder rumoerig in de zaal. Ik kauw mijn laatste beetje eten weg en houd ondertussen de jongens in de hoek van de zaal goed in de gaten. Wanneer Aiden op zal staan, zal ik achter hem aangaan om te vragen of hij een sigaret voor me heeft.

Dat is mijn plan.

'Kijk, dat is die Luciën waar ik het over had,' mompelt Sabya en ze port kort in mijn zij. Ik volg benieuwd haar blik en kom uit bij een groepje jongens in de andere hoek van de zaal. Het zijn er vier, en ze zien er allemaal even slecht uit. Ze dragen donkere kleding en zitten onderuit gezakt. Met hun sluwe blikken kijken ze de zaal rond. Eén van hen heeft knalblauwe haren.

Ineens kijkt de Fransachtige jongen onze richting op en snel kijken de meiden een andere richting uit. Ik frons en weiger mijn blik weg te trekken van de jongen. Als hij denkt dat hij me kan intimideren met zijn reputatie, heeft hij het fout.

'Viënna,' sist Brianna onopvallend. Ik kijk haar fronsend aan. 'Je moet niet zo naar hem blijven kijken. Dat Aiden of een van zijn vrienden zijn oog op je laat vallen, is fukced up, maar je wilt echt niet dat Luciën zijn zinnen op je zet. Dan kom je daar niet meer heel vanaf'.

Ik rol mijn ogen, maar knik dan toch. Ik haat het als mensen me vertellen wat ik moet doen, maar in dit geval is het misschien maar beter dat ik naar hen luister. Als Luciën echt zo verschrikkelijk is als ze zeggen, moet ik er maar gewoon voor zorgen dat ik niet bij hem opval.

Stiekem kijk ik vanuit mijn ooghoek weer naar de hoek waar hij en zijn vrienden zitten en tot mijn grote schrik kijkt hij nog steeds naar onze tafel. Ditmaal heeft hij een sluwe grijns rond zijn lippen staan. Ik voel mijn hart in een hoog tempo bonken. Ik weet wat die blik betekent.

Dit is foute boel.

* * *

We hebben ons eten op en zitten nu nog aan de tafel een beetje na te praten. Ik wil nog steeds mijn bedachte plan uitvoeren en pas weggaan als Aiden dat doet. Ik ben dan ook opgelucht als hij eindelijk opstaat, samen met zijn vrienden.

Ik stoot Brianna aan, die toevallig naast me zit.

'Ze vertrekken. Je zei dat Aiden altijd na het eten rookt, toch?' vraag ik nogmaals voor de zekerheid.

Ze knikt. 'Zeker weten'.

Ik grinnik zacht. We staan op van onze tafel en lopen de kantine uit, net na de jongens. Als we in de hal staan zie ik dat Nathan, Seb en Justus via de trap naar boven lopen, maar zoals verwacht loopt Aiden daar niet bij. Ik draai me om naar de meiden.

'Wens me succes. Zie ik jullie zo op de kamer?'

'Wees voorzichtig, hè,' zegt Sabya nog voor een laatste keer.

Ik schenk haar een geruststellende glimlach en verzeker haar ervan dat ik dat zal doen.

Vanaf daar scheiden onze wegen. De meiden gaan via de trap naar hun kamer, terwijl ik de weg naar de uitgang neem. Als ik buiten kom, kijk ik even verbaasd rond, maar zie na enkele seconden Aiden een eindje verderop staan. Hij steekt net op dat moment een sigaret op. 

Ik haal even diep adem en loop dan met een zelfverzekerde pas zijn kant op. Ik ga hem gewoon vragen om een sigaret, meer niet.

Laat maar zien ✓Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu