~46~

3K 205 14
                                        

De voetstappen kwamen steeds dichterbij. Gefrustreerd keek ik om me heen en probeerde een plan te bedenken. Hoe zou ik ze kunnen verslaan...

Ik rende naar een hoek. De hoek waar ze nog langs moesten. De eerste gast kwam de hoek om en werd begroet met mijn vuist. Hij viel op de grond. Bewusteloos. Ik liet me niet afleiden en ging meteen verder. Tot mijn verbazing lagen er al snel een stuk of 6 man op de grond en de enige die nog overeind stond was Axel. Hij keek me verrast aan. Plotseling begon hij langzaam te klappen.

"Wauw, die had ik niet aan zien komen. Blijkbaar ben je dus niet zo zwak als dat je je voordeed." Ik grinnikte.

"Ik ben nooit zwak geweest. En zal ook nooit zwak worden. Hoe vaak jullie me ook neerslaan. Je zal me nooit klein krijgen. Nooit gebroken." Axel grijnsde.

"Dat zullen we nog wel zien." Hij kwam op me af gerend. Ik ontweek hem nog maar net waardoor hij tegen de muur aan knalde. Meteen greep ik mijn kans en draaide me om. Vervolgens begon ik op hem in te slaan. Ik gaf hem ook een paar trappen tegen zijn uhm... gevoelige gedeelte en begon hem toen in zijn gezicht te slaan. Ik had de overhand. Ik was sterker! Maar dat duurde niet voor lang...

Ik voelde dat ik moe werd. Ik had niet heel veel energie meer. Axel zag de mogelijkheid om mij een stoot te geven. Ik had het niet zien aankomen en verloor mijn evenwicht. Ik viel achterover en kwam met mijn rug hard op de grond terecht. Door de impact kreeg ik even geen adem meer en lag ik op de ijskoude grond te happen naar lucht. Het duurde niet lang voordat ik werd geplet.

Axel zat nu op mijn buik en had zijn arm bij mijn keel. Hij drukte niet hard, niet dat dat heel veel zou uitmaken, ik kreeg toch al geen adem...

"Jij kleine bïtch. Je denkt dat je mij te slim af kan zijn? Je denkt dat je mij kunt verslaan? Dat lukt je niet kleine Speedy. Hoe hard je ook vecht, hoe hard je ook tegenstribbelt. Je kunt mij niet verslaan. Niemand kan dat!" Hij grijnsde. "Ach, krijgt het kleine vechtertje geen adem?" ik probeerde hem boos aan te staren maar was veel te druk bezig met het snakken naar adem.

"Mooi." Mompelde hij grijnzend. Hij begon nog meer druk op mijn keel te zetten. Ik voelde mijn ogen zwaarder worden en wist dat het niet lang meer zou duren voordat ik flauw zou vallen door zuurstof te kort. Net voordat ik flauwviel nam hij de druk van mijn keel af. Piepend haalde ik adem. Ik bleef plat op mijn rug liggen en keek naar het plafond. Mijn longen voelde gek aan. Alsof ze in brand stonden. Alsof ik een heette peper heb ingeslikt. Langzaam kwam ik op adem maar het branderige gevoel bleef nog steeds. Daarnaast had ik nu ook een bloedsmaak in mijn mond.

Er klonken weer een paar voetstappen door de gangen heen. Ik kon niet zien wie het was aangezien ik nog steeds naar het plafond staarde. Ik had gewoon geen puf meer om iets anders te doen.

"Axel wat doe je daar? Waar is mijn klei- ah daar is mijn kleine konijntje!" Ik sloot mijn ogen en zuchtte bij het horen van zijn stem. Ik was nog niet van hem af.... Zou ik dat überhaupt ooit zijn? Of zal ik voor altijd hier opgesloten zitten? Hier in deze hel.

"Waar is de jongen?" vroeg V.

"Weet ik veel, je hebt het nooit over een jongen gehad. Alleen maar over Speedy! Over welke jongen heb je het in godsnaam?" zei Axel.

"Ik heb het over dat kleine joch! Mijn kleine Speedy blijkt om hem te geven en ik wil ze natuurlijk niet uit elkaar halen wanneer ze elkaar net hebben ontmoet." Zei V met een grijns. Ik keek hem boos aan. Als ik nu niet dood moe was geweest dan had ik nu voor hem gestaan. Met een hand om zijn keel. Wachtend op het moment dat hij te lang geen lucht had gehad, zijn gezicht rood- nee paars aanlopend. Het teken dat zijn longen lucht nodig hadden. Het teken dat hij bijna bewusteloos zou zijn. Het teken dat het niet extreem lang meer zou duren dat hij dood zou zijn...

Maar dat was niet zo... Ik stond niet voor hem. Ik had mijn hand niet om zijn keel en hij liep niet paars aan. Hij was niet bijna bewusteloos en al zeker niet bijna dood. Hoe jammer dat ook is, het is helaas de waarheid. Mijn waarheid. Mijn leven.

"Ik heb geen jochie hier gezien? Het was alleen Speedy die hier was. Verder niemand. Ja onze mannen, die hier nog steeds hier op de grond liggen. Maar verder was er niemand." V draaide zich langzaam een beetje in mijn richting en keek me strak aan. Langzaam zakte hij door zijn benen en kwam op zijn hurken naast me zitten.

"Speedy. Waar is de jongen." Ik schudde mijn hoofd heel langzaam.

Hij pakte mijn kin stevig vast. Zo hard dat het vervelend werd.

"Vertel het me Speedy. NU." Ik keek hem met zo veel haat aan. Ze veel haat, andere mensen zouden het eng vinden. Maar V niet. Dat wist ik ook wel. V genoot er van.

"Ik ga nog liever dood." Zei ik terwijl ik nog steeds oogcontact met hem had.

"Ik ga nog liever dood...." Mompelde ik daarna zachtjes en sloot mijn ogen. Hopend dat ik daardoor even alles zou kunnen vergeten.



from nerd to spyWhere stories live. Discover now