Hoofdstuk 48

5 1 0
                                    

Ik zie dat we mijn straat in rijden en Lauren stopt voor de deur van mijn huis. Meteen zoek ik mijn huissleutel in mijn tasje en in een keer heb ik ze in mijn hand.

'Stap je nog uit of hoe zit het?' mokt Lauren.

'Sorry, excuus!' zeg ik snel en stap gauw uit. Zodra ik de autodeur dicht duw scheurt Lauren weg. Ik zucht diep en loop naar de voordeur toe. Dat was vreemd! Ze zou toch niet boos zijn op me?

Ik steek de sleutel in het slot en draai hem om. Zachtjes duw ik de deur open en wil naar binnen stappen, maar hoor dan vaag iemand mijn naam roepen en ik draai me om.

Voor me zie ik Don en Joost komen aan crossen op hun fiets. Wat zijn het toch gekken! Zullen ze nog steeds ruzie hebben? Ik had bij de Mac Donalds niet eens door, dat ze ruzie hebben.

'Hey boys, what's up?'

NL: 'Hey jongens, wat is er?' vraag ik, als ze met gierende banden voor mijn neus stoppen.

'Het is weer goed tussen Don en mij!' gilt Joost blij.

'Is dat het enige waarvoor jullie naar mij toe komen crossen?' vraag ik met een zucht.

'Nee, kan je tegen vliegen met een vliegtuig?' vraagt Joost per direct en ik slik eventjes moeilijk. Laatst toen ik ging vliegen, was zo'n 16 jaar geleden. Toen was ik 5 jaartjes en toen had ik al last van vliegangst.

'Ik heb vliegangst jongens.' zeg ik bang, bang dat ze me zouden uitlachen.

Het gevaar op de campingWhere stories live. Discover now