4

759 57 8
                                    

Ik loop voor Ares met grote stappen naar de deur. Wanneer het normaal gesproken zo makkelijk gaat, moet ik nu heel lang uitleggen wie Ares is en waarom ik hem mee naar buiten neem. Na ongeveer een halfuur discussiëren, kunnen we eindelijk vertrekken. Ares vraagt aan mij waarom ze zo streng zijn en ik vertel hem dat het gevaarlijk is als mensen zonder toestemming vertrekken. Ze zouden ons zo maar eens kunnen verraden en dan zijn we toch dik aan ons einde. Ik begin met rennen en Ares schrikt. Door zijn verbazing komt hij een stuk achter te liggen, maar dat haalt hij snel in. Ik verbaas me opnieuw over hem. Zijn conditie is duidelijk goed en hij moet wel getraind zijn, want normaal kunnen mensen niet zo hard en lang rennen. Ik moet met de meeste Nieuwen nog heel lang trainen en heel veel pauzes houden. Ares is perfect in vorm en misschien zelfs nog wel beter dan ik.

We hoeven voor vandaag maar een klein stukje te rennen, wat fijn is met een Nieuwe. Het duurt maar twee uur, zonder pauzes, en daarna zijn we de stad binnen. Milwaukee is niet de meest moderne stad, maar dat is omdat er een mogelijk bestaat dat er nog giftige stoffen in de lucht hangen. Dit is natuurlijk gewoon bijgeloof, maar het weerhoud wel veel mensen van het wonen in deze stad. Ik zeg tegen Ares dat hij zo normaal mogelijk moet doen. Ook in deze stad is het normaal om wapens bij je te dragen, dus Ares hoeft zijn boog niet weg te stoppen, ook al is het niet zo modern als een pistool met elektrische kogels, die ze in de grote steden maken.

Als we door het druk bewoonde deel van de stad zijn en we ons in het deel waar vrij weinig mensen wonen en ook rondlopen bevinden, kunnen we gaan rennen. We rennen niet zo hard als we op de open vlakte niemandsland zouden doen, want misschien valt dat nog wel een beetje op. We gaan gewoon op een drafje door de stad heen. Milwaukee is een van mijn favoriete Jaagsteden, omdat niemand echt op elkaar let. Ik ben hier niet vaak ingedeeld, maar niemand is dat, we worden altijd eerlijk over de steden verdeeld en daar heeft niemand een probleem mee. Ik haal het pistool uit mijn zak en ren met dat in mijn hand door. Ik weet nog dat mijn vader me vroeger vertelde dat het verboden was om zelfs een pistool in bezit te hebben in sommige landen. Nu is het normaal om ermee over straat te lopen en kijkt niemand raar op als er rennende mensen met pistolen over straat lopen. Ik weet dat het niet menselijk is om dat als normaal te beschouwen, maar het Bestuur heeft ons zover gekregen.

Ik blijf staan bij een deur en haal een haarspeld uit mijn haar. Snel en gevorderd begin ik met frunniken in het slot. Ik weet niet hoe lang we daar gestaan hebben, maar kennis over tijd heeft geen nut in  het Jagersleven. Natuurlijk, weten wanneer medewerkers komen om spullen te halen, is wel handig, maar verder is het niet nodig om tijd te kennen. Ik schat het een kwartiertje, als ik het slot in mijn hand heb en we naar binnen kunnen. Het is een groot magazijn. Ik heb geleerd dat Milwaukee een kleine stad is en dat het maar weinig magazijnen heeft, en weinig astronautenvoedsel verkoopt. Eigenlijk weet ik helemaal niet waarom dit kleine stadje me zo aantrekt, aangezien het de meest onhandige Jaagplaats is. Ik loop door de schappen heen en roep naar Ares dat hij ‘klein’ voedsel mee moet nemen. Met die omschrijving neemt hij genoegen en we lopen beiden een andere kant op.

Ik ken dit magazijn op mijn duimpje, omdat ik er al zo vaak ben geweest. Ik ben nu vier jaar een Jager, dat zijn een heleboel dagen om te Jagen en als je die weer door het juiste getal deelt, weet je wel weer hoe vaak ik hier ben geweest, maar interesse daarin tonen, is natuurlijk onzin. Ik haal wat spullen uit het schap, kijk naar de calorieën, maar de producten bevatten daar niet genoeg van. Ik heb heel vet, klein voedsel nodig, dat goed vult. Mijn handen glijden langs de schappen, halen wat spullen eruit en spelen wat met blikken, maar echt spullen in mijn tas stoppen, doe ik nog niet. Daarvoor moet ik helemaal aan het einde van het magazijn zijn. Daar liggen kleine pakjes energiebommen. Ik gooi de kleine pakjes allemaal in mijn tas en loop dan door naar de blikken vlees. Daar neem ik er twee van mee en dan loop ik terug naar de deur van het magazijn, waar ik op Ares wacht.

VirusWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu