Onmacht {Het Oog der Engelen}

By Skykroon

13.9K 1K 93

Het oog der engelen Boek 1 - Onmacht Mijn oma vertelde me altijd verhalen, en deze gingen over engelen... More

Proloog
Hoofdstuk 1
Hoofdstuk 2
Hoofdstuk 3
Hoofdstuk 4
Hoofdstuk 5
Hoofdstuk 6
Hoofdstuk 7
Hoofdstuk 8
Usmork
Heran's plan
Laat me gaan
Het verhaal van Fióna
Het Maiden
Shakespeare
Maori?
Ik kan het niet helpen
Visioen
Drakentaal
Winter
Als Ying en Yang
Untitled
De schreeuw
Praktical Myth Academy
Helleveeg!
Paarse steek
Hoofdstuk 26
Hoofdstuk 28
Hoofdstuk 29
Hoofdstuk 30
Hoofdstuk 31
Hoofdstuk 32
Hoofdstuk 33
Hoofdstuk 34
Hoofdstuk 35
Hoofdstuk 36
Hoofdstuk 37
Hoofdstuk 38
Hoofdstuk 39
Hoofdstuk 40
Hoofdstuk 41
Hoofdstuk 42
Hoofdstuk 43
Hoofdstuk 44
Hoofdstuk 45
Hoofdstuk 46
Hoofdstuk 47
Hoofdstuk 48
The end!

Hoofdstuk 27

206 19 1
By Skykroon

"Naiad!" Keelia is de eerste die de schim herkent. Ook ik zie het nu. Naiad River, het schoolkrant-meisje. Ze heeft rode wangen en haar ogen staan wijd open.

''Wat doe jij hier?'' Sis ik haar toe. ''Ik schrok me een ongeluk.'' Naiad kijkt naar de grond.

''Ik moest jullie boeken brengen, en.. Sky en ik hebben écht een goed onderwerp nodig voor de schoolkrant..'' Helemaal gek geworden. Ik val voor haar lieve, onschuldige gezicht. Ik begrijp haar, maar voel uit het niets opnieuw woede opkomen.

''Lopen, eruit.'' Sis ik weer, maar nu nog gemener. Ik voel een hand op mijn schouder.

''Naiad, we zien je zo bij de les, zeg maar dat we er aankomen.'' Zonder iets te zeggen knikt ze en loopt ze langs mij heen weg. Ik hoor de deur dichtvallen.

''Wat was dat nou weer?'' Ik voel een ruk aan mijn schouder, waardoor ik me omdraai. Het antwoord. Ze wilt een antwoord. Maar weet ik het antwoord wel?

''Ik... Ik weet het niet. Laten we maar naar de klas gaan.'' Ik wend mijn blik af van haar, pak mijn boeken en loop de deur uit.

Met grote passen loop ik door de gang.

''Serena, wat is er nou met je?'' Oja, één ding dat bij mij geld: Als ik erg boos/verdrietig/wanhopig ben; laat me. Als je iets tegen me zegt, of iets vraagt, barst ik in huilen uit. Laat me gewoon met rust, en voor mijn toekomstige vriend/man; breng me chocola, dat verminderd alle pijn.

Ik sta stil, en Keelia komt naast me staan. ''Kom op, vertel het me dan gewoon.'' Ik twijfel, waar over weet ik niet. Wat zou ik haar moeten vertellen? Ik ben gewoon erg emotioneel op het moment, maar dat is geen goed excuus.

''Denk je aan Ciáran?'' Zal dat het kunnen zijn? Eerlijk gezegd heb ik niet zo veel aan hém gedacht, maar vooral aan mezelf. Ik schud van nee.

''Heeft het iets met Ynlêrya te maken?'' Direct schiet er een flits door me heen.

''Ja dus.'' Ze kijkt me in mijn ogen, en ik kan een zachte snik niet onderdrukken.

''Ik ben bang..'' Piep ik. ''Ze lijkt overal te zijn.'' Daarna fluister ik er nog zacht achteraan; ''Ik word gek.'' Dat had Keelia waarschijnlijk ook al door. Een traan rolt over mijn wang heen, maar in plaats van verdriet voel ik me boos worden. Ik bal mijn vuisten. ''Rustig aan Serena.'' Beide handen worden door haar vast gepakt, en langzaam ontspan ik weer. ''We praten zo verder, is dat goed?'' Ik knik en veeg de tranen van mijn gezicht af. Uit een klein tasje dat om de schouders van Keelia hangt, haalt ze een rond doosje. ''Even die rode vlekken wegwerken.'' Ik moet glimlachen, door de tranen heen, terwijl Keelia wat poeder op mijn gezicht smeert. ''Super. Nu gaan we naar geschiedenis.'' Ze pakt mijn hand vast, en trekt me mee de gangen door.

Zodra we de het lokaal binnenstappen worden we aangestaard; ruim 20 andere leerlingen. "Sorry,' begint Keelia. 'We werden opgehouden." De man waar Keelia zich toe richt, geeft ons een knikje. "Mevrouw River heeft het mij verteld ja, ga zitten." Ik en Keelia nemen plaats, waarna ik word aangetikt door Naiad. ''Waar bleven jullie?'' Fluistert ze zacht. ''Mevrouw River, mag ik mijn les voortzetten alsjeblieft?'' Verschrikt draait ze zich om, en gaat stil zitten.

''Ik ben meneer Aalmen, en zoals net al gezegd, gaan we kijken wat jullie nog bij is gebleven van vorige week.'' Mooi. Ik weet veel over geschiedenis. Ik ga recht op zitten. Eindelijk de kans om een goede indruk te maken.

''Laten we beginnen met jou,' De man kijkt me aan. 'Hoe heet je meisje?''

''Serena Gins, meneer.'' Vraag maar raak, ik weet het wel.

''Oke mevrouw Gins, in welk jaar verklaarde MannanZeus Giódrecht Nymphea de oorlog aan Po Umne?'' Even valt mijn mond open, en ik begin te stotteren. ''Uhmm... Ik.. Ik..'' Wat is dit? Ik snap het eigenlijk al; De geschiedenis van Usmork en Zárácin natuurlijk. Hoe dom kan ik zijn?

''Hoe kan ze dat nou niet weten?'' Hoor ik ergens achter me, en een andere stem geeft op de vraag antwoord; ''Misschien komt ze van aarde.'' Ik draai mijn hoofd verschrikt om. Dadin schud langzaam zijn hoofd naar mij, als teken dat ik niet mag toegeven. Een zachte stem naast me fluistert me toe; ''1989'' Ik twijfel geen moment. ''Sorry, ik was er even niet bij met mijn gedachten, het antwoord is 1989.'' Ik probeer zo zelfverzekerd mogelijk over te komen, maar merk dat mijn stem lichtelijk trilt.

''Dat is juist, mevrouw Gins. Dan nu naar de volgende vraag.'' Ik haal diep adem, terwijl de docent naar de volgende leerling toe gaat. Ik kijk opzij; waar een klein, mager meisje zit. De ziet er heel jong uit, niet ouder dan 12 schat ik haar. Ook heeft ze een lichte huid, met hier en daar wat nog blekere vlekken.

''Dankjewel.'' Fluister ik het meisje toe. ''Geen dank.'' Krijg ik terug, wat gepaard gaat met een brede glimlach. Maar de glimlach duurt niet lang; hij word verstoord door een schel gehoest. ''Alana gaat het wel?'' De docent draait zich geschrokken om, en het meisje dat Alana blijkt te heten schud haar hoofd. ''Mevrouw Gins, loop even met haar mee naar de wc's en laat haar wat water drinken alsjeblieft.'' Al hoestend staat Alana op, en ik kijk Dadin en Keelia smekend aan. Maar na een strenge blik van de docent, loop ik snel achter het al hoestende meisje aan. Ze leid me naar de dichtstbijzijnde wc toe, waar ze water drinkt uit een kommetje, gevormd door haar handen. Het hoesten stopt, en wanneer ik haar goed bekijk, die ik een beetje bloed in haar mondhoek glanzen. Mijn hart begint te kloppen.

''Gaat het?'' Vraag ik haar, terwijl ik de gedachte aan bloed van me af schud.

''Niet echt.'' Piept het meisje, waarna ze haar mond en handen wast.

''Ik ben Alana.'' Ze lacht naar me als een boer met kiespijn.

''Ik ben Serena, hoe oud ben je eigenlijk?'' Het meisje kijkt me verlegen aan.

''Bijna 13..'' Piept ze weer. ''ik hoor hier niet te zijn.. Net als jij voel ik.'' Zuchtend leun ik tegen de koele muur aan. ''Je moest eens weten, maar leg uit.''

Ook Alana leunt tegen de muur aan, en zakt naar beneden, tot ze op de grond zit. ''Ik ben te vroeg ingeënt. Het mag pas vanaf 15 jaar, zoals je misschien weet. Maar ik had geen keus, om hier te komen moest ik wel. Dus heb ik gedaan of ik ouder was.''

''Waarom zou je dat doen?''

''Mijn ouders zijn tegen de entingen. En tijdens een demonstratie zijn ze om het leven gekomen.'' Ze frummelt aan een armbandje dat om haar pols heen hangt.

''Sorry, dat wist ik niet..'' Ik begin me nogal ongemakkelijk te voelen.

''Maakt niet uit. Maargoed. Bij veel van ons komen de entingen niet goed binnen, maar zij gaan er niet altijd dood aan. Maar mijn lichaam kan nog geen antistoffen maken.. Dus ik ga dood.'' De laatste woorden kwamen enorm kil en koud uit haar mond, en ik voelde een prop opzetten in mijn keel.

''Alana, het is niet zeker dat je dood gaat.''

''Echt wel, die hoestbuien, de pigment veranderingen van mijn huid..'' Ze doet haar shirt omhoog, en op haar slanke buik zijn een hele boel bijna witte vlekken te zien, ze laat haar shirt weer zakken.

''En niemand kan er wat aan doen?'' Ik heb medelijden met haar, en moet er bijna van huilen.

''Nee.. maar.. het went. Denk ik." Ze staat op, neemt nog een slok water en keert zich dan naar mij toe.
"En jij? Hoe kan het dat je het antwoord op de vraag niet wist?" Dadin heeft me duidelijk gemaakt er niks over te mogen zeggen. Maar Alana lijkt me erg betrouwbaar en lief, en zeker slim voor haar jonge leeftijd.
"Ik.. eh.."
"Kom je van aarde?" Ik knik, terwijl hoe mijn gezicht naar de grond. Dadin, wees alsjeblieft niet boos op me.
"Cool. Maar wat doe je hier? En hoe kan je ons zien?"
Niet weer, niet weer het hele verhaal. Ik wil niet weer beginnen met terug denken aan de dag dat ik Kevin vermoorde..
''Het is een lang verhaal.''
''Je bent een van de laatste aardengelen, is het niet?'' Met grote ogen kijk ik haar aan. Het enige wat ze doet is naar me glimlachen.
''Ik ben een boekenwurm.''
''Vertel het alsjeblieft niemand.'' Ik heb al een hele tijd niet meer zo gehoopt eindelijk iemand te vertrouwen. Maar dan ook echt. Als Dadin zegt dat ik iets voor me moet houden, moet het belangrijk zijn.
''Ik houd mijn mond, ik beloof het.'' Ze drukt haar pink tegen haar duim aan, en spreid de overige vingers. Dit drukt ze tegen haar hart aan.

''Wat betekend dat?'' Nog nooit eerder heb ik het gezien.
''De hand van Gaia die de belofte draagt.'' Ze grinnikt. ''Zelf verzonnen.'' Ze glundert, en lijkt plots weer op een 12 jarig meisje. Gaia ken ik wel. De moedergodin, van de natuur.

''We moeten terug, de les is bijna afgelopen.'' Ik knik naar haar, en lopen vervolgens terug naar het lokaal.
De les verloopt verder soepel, we gaan opdrachten maken uit het werkboek, die ik met moeite en heel veel hulp weet te beantwoorden. De bel gaat.
''Oke allemaal, tot morgen.'' De leraar veegt het schoolbord schoon en ruimt zijn spullen op; de klas volgt.

Ik, Dadin en Keelia achtervolgen Alana, die ons naar het volgende lokaal leid. ''Als onze lichamen er van binnen het zelfde uitzien, zal deze les voor jou niet veel veranderingen brengen.'' Alana fluistert in mijn oor. Gelukkig maar. Is er nog iets normaal.

Allemaal nemen we plaats, en deze les word dus blijkbaar gegeven door mevrouw Binkhorst. Ik durf haar nauwelijks aan te kijken, hoewel zij wel steeds ons drie Nieuwelingen aanstaart.
Deze les gaat het over het ademhalingsstelsel. Een makkie dus. Vol zelfvertrouwen maak ik de opgegeven opdrachten, na een korte uitleg gehad te hebben. ''Lukt het?'' Hoor ik Dadin vragen, ik kijk naar hem, en zie hoe hij pas bij opdracht 8 is, terwijl ik al bij 17 ben. ''Bij mij wel, bij jou wat minder?'' Hij knikt en zucht. ''Ik heb er al moeite mee, maar ik heb er ook nog eens totaal geen aandacht voor. Moet steeds aan andere dingen denken.'' Ik weet waar hij aan denkt. En dat snap ik ook. ''Je vader zeker?'' Hij knikt nogmaals. ''Het is zo raar gelopen..'' Dadin word onderbroken. ''Dadin, aandacht bij de opdrachten alsjeblieft.'' Hij wend zijn blik snel van me af, en gaat door met schrijven, tenminste, veel schrijft hij niet op. Ik kijk naar Keelia, die achter Dadin zit, en zie hoe ze me bezorgd aan kijkt. Even later zit ik verder te werken, tot de bel opnieuw af gaat. Als een stel idioten stormt de klas naar buiten, het is tijd voor pauze. Ook wij lopen met z'n vieren naar de aula.

''En wat doen jullie hier?'' De vreselijke vierling staat voor onze neus. Ik begin automatisch te grommen, ook al is het zacht en bijna onhoorbaar. Ze grijnzen gemeen naar ons.

''Ze komen eten, en jullie pauze is net voorbij. Wat jammer.'' Ik kijk langs de vier heen, en zie Alaric en Zanzu naast elkaar staan. Nonchalant snuft Limnaden, en laat zijn zusjes langs zich heen lopen. Ik dacht dat hij weg was, maar hij buigt zich terug naar mij, en fluistert in mijn oor. ''Ik weet meer van jou dan je lief is, mensenkind.'' Ik ril, en meen gesis in zijn stem te horen. Mijn adem houd ik in, en adem pas uit als hij weg is. Alaric komt naar me toe. ''Laat hem maar, is niet goed wijs, kom maar mee.'' Hij pakt mijn hand vast en trekt me mee. Voor zover ik weet weten alleen Alaric en Alana dat ik een mens ben. Een benauwend gevoel besluipt me, maar trekt vlot weg als ik al het eten zie staan in de kantine. Vooral rood vlees, en ik voel hoe mijn hoektanden groeien, hoe er veel speeksel aan word gemaakt en hoe ik staar. ''Laten we gaan eten.'' Alaric grijnst naar me.

Continue Reading

You'll Also Like

363 131 40
DEEL 2 [Zieke spoilers voor deel 1] Na Yerras' verschijning dacht Nick eindelijk zijn broer weer terug te hebben. Alleen blijkt zijn verschijning nie...
211K 14.1K 113
Helena [licht,lichtende, de stralende] had altijd geweten wat haar toekomst was. Ze was geboren met hetzelfde bloed als Zeus, Aphrodite en andere god...
22.1K 1.4K 32
"Pas op, Olivia." Dit keer kwam de waarschuwing als een klein zuchtje wind mijn kant op zweven. Mijn vuisten balden onwillekeurig en het duurde een p...
28.2K 1K 35
Boek is voltooid! (Moet nog wel een x herschreven worden, ik weet het) Tamara, een meisje wat denkt een normaal leven te leiden. Vrienden, school, h...