||27|| Bloed en Woede

Start bij het begin
                                    

''Je moet loslaten,'' fluisterde de luchtstuurder bemoedigend.

Mae's glimlach verdween en haar lippen begonnen te trillen. Ze keek naar haar bebloede handen en naar het levenloze lichaam--Heer Arron--dat ze in haar armen hield. Het was alsof ze nu pas al het bloed zag dat op haar jurk en handen zat, alsof ze nu pas doorhad dat er geen levenslicht meer sprankelde in de ogen van haar vader en dat het ijsblauw voor eeuwig koud was geworden. Sage trok haar tegen zich aan en ze begroef haar hoofd in zijn nek. Haar armen hingen slap langs haar lichaam, het wit van haar handen en jurk bevuild met bloed. Dat was het moment dat ze brak. Ze begon schokkerig adem te halen en de tranen stroomden nu voluit. Ze huilde met lange uithalen en het ging door merg en been. Elys' nekharen gingen recht overeind staan. Mae's stem was doordrenkt van pijn en ontroostbaar verdriet. Het leek alsof Elys het hart van de Koningin van Lyun hoorde breken.

Lila knielde nu ook bij het lichaam van Heer Arron en ze boog respectvol haar hoofd. Ze mompelde iets in Therona en sloot toen de oogleden met haar vingers. 

Het voelde alsof een onzichtbare ijzeren hand zich om Elys' keel had gesloten en als vanzelf begonnen er tranen over haar wangen te biggelen; ze kon het niet helpen als ze zulk verdriet zag. Ze wist dat Ash naast haar stond en op dit moment had ze niets liever gewild dan zich veilig verstoppen in zijn warme armen. Maar dat deed ze niet, hoewel haar diepgewortelde woede het maar net kon winnen van haar verlangen. 

Het werd één van de donkerste dagen in de geschiedenis van Lyun, iets wat gemarkeerd werd door de regen die plotseling met bakken uit de hemel viel. Zelfs de goden huilden om deze gruwelijke daad. 

***

Een dag later werd het lichaam van heer Arron begraven volgens Theraanse gebruiken. Iedere aanwezige droeg donkergroene, bruine of zwarte kleding: de kleuren van verwelking en dus de officiële rouwkleuren van Lyun. Er waren toespraken en liederen en zelfs de bomen en dieren van het woud leken te treuren, maar dat alles leek langs Mae heen te gaan. Haar ogen waren rood en gezwollen en zelfs de wollen donkergroene jurk en schitterende kroon van zilver en glas die op haar hoofd prijkte konden het licht in haar ogen niet laten terugkeren. Er heerste een sluier van verdriet en duisternis over haar sinds haar vader was vermoord en Eroh haar moeder had meegenomen. Vrouwe Bronwen was niet meer gezien, maar de krijgers van heer Boirin hadden sporen gevonden in het bos en onder het raam van het voormalig koninklijk echtpaar dat had opengestaan. Het enige lichtpuntje was geweest dat er geen bloedsporen waren gevonden. Elys dacht dat hoop, haat en woede de enige dingen waren die Mae op dit moment bij elkaar hielden. 

"Ik wil met jullie praten," zei ze, haar stem rauw en krakend.

Elys had verwacht dat ze naar de troonzaal zouden gaan, maar Mae leidde hen naar een bescheiden kamer met een warme uitstraling. Er stond een bureau op sierlijke pootjes en de muren waren bedekt met overvolle boekenkasten en de ramen werden omlijst door mosgroene gordijnen die nauwelijks licht doorlieten.

Mae nam plaats achter het bureau. Ze vouwde haar fragiele handen samen en staarde een tijdje naar haar zilveren ring. Elys gokte dat ze die van haar ouders had gekregen.

"Heer Boirin zal vanaf nu op zoek gaan naar mijn moeder," begon ze. "Het is vrij zeker dat prins Eroh haar heeft meegenomen en dat ze nog leeft."

De koningin haalde scherp adem en kneep haar handen haast fijn.

"Ik...ik heb er echter geen vertrouwen in dat de prins gevonden zal worden. Hij is slim en zal zich niet zomaar laten pakken. Daarbij ben ik ervan overtuigd dat hij mijn krijgers redelijk makkelijk aankan, helaas. Hij zal terugkomen, maar op het moment dat hij dat wil. Voor mij, voor mijn koninkrijk en voor onze deal."

The Frostfire PrinceWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu