||13|| De Grote Stad van Parrodin

2.2K 166 96
                                    

"I think about all the people I wish could die instead of you."
―Colleen Hoover, Confess

Nadat Elys tot diep in de nacht met Dhalys had gepraat―nou ja, Dhalys had vooral met haar gepraat―was ze doodmoe naar haar kamer op het schip gelopen. Ze had de kamer dankzij Dhalys' aanwijzingen gemakkelijk kunnen vinden en toen ze de deur open deed, zag ze Ash uitgestrekt op de bank liggen. Een deken was half over zijn lichaam gedrapeerd, waardoor zijn blote en gespierde bovenlichaam zichtbaar was. Zijn rechterarm zat achter zijn hoofd gevouwen, de bolling van zijn spieren goed zichtbaar, en in zijn linkerhand hield hij hetzelfde kleine boek waarin hij had gelezen in Rivenend toen hij net wakker was geworden. Het was het boek waarin de tekening van de jonge vrouw in had gestaan.

Ongemakkelijk draalde Elys bij de deur―Ash had haar binnenkomst niet opgemerkt―en uiteindelijk besloot ze maar om te kuchen.

Ash' zilveren ogen flitsten geschrokken naar de deur en zijn hand schoot naar zijn zwaard dat naast hem lag, maar ze zag zijn spieren ontspannen toen hij merkte dat zij het was. Elys deed alle moeite om vooral niet naar Ash ontblote borst te kijken, iets wat moeilijker was dan ze dacht. Hij zat nu rechtop en had het boek met de kaft naar boven op de deken gelegd. Hij schraapte zijn keel.

''Ik dacht dat ik het beste de bank kon nemen. Dan kan jij in het bed slapen,'' zei hij. ''En daarachter is een ruimte waar je je kan omkleden.''

Hij wees naar een deur achterin de kamer.

''Oké,'' antwoordde ze.

Het was haar opgevallen dat de kamer erg veel leek op die van Dhalys. Waar bij Dhalys alles olijfgroen was, was hier alles scharlakenrood. Van de gordijnen van het hemelbed, de dekens, de bank en kussens tot het overvloedige hout met een kersenrode glans. Ze maakte aanstalten om naar de kleinere kamer te gaan om zich om te kleden toen Ash weer sprak.

''Je hebt wel de tijd genomen om die wond te verzorgen,'' zei hij plagend. ''Leuke tijd gehad met die magere jongen?''

Elys draaide zich abrupt om. ''Ik weet niet wat je insinueert, maar de wond van Xilas, 'die magere jongen', was na een paar minuten al verzorgd. Ik heb gepraat met de vrouw en baby wiens warmte je voelde. Dhalys is de zus van Istar en Quin is haar zoontje. Ze is echt heel aardig en―''

''Wacht,'' onderbrak Ash haar, ''wie is Istar?''

''Dat is de voornaam van kapitein Lakin.''

''Dus de kapitein verbergt zijn zus en neefje op dit schip? Dan snap ik dat hij ze zo graag verborgen wil houden voor zijn bemanning.''

''Nou ja, dat is dus mislukt,'' zei Elys.

Ash fronste en ging nog rechter zitten. ''Hoezo?''

''De hele bemanning weet dat ze meereizen. Dat vertelde Dhalys me. Dat is ook de reden dat ik haar überhaupt ontmoet heb. Xilas kon geen verband vinden en dacht dat Dhalys nog wel wat had.''

Ze zag in Ash zijn ogen dat hij begon te begrijpen hoe alles in elkaar zat en hij haalde, waarschijnlijk zonder het te merken, zijn hand door zijn haar. Hij opende zijn mond om wat te zeggen, maar hield zichzelf tegen, liet zichzelf weer zakken en ging verder waar hij mee bezig was: het boek lezen. Kennelijk was hun gesprek voorbij en Elys verdween naar de andere kamer om zich om te kleden.

Niet veel later lag ze in het enorme tweepersoons hemelbed. De dekens waren net dons en het voelde alsof ze op een wolk lag die haar mee zou voeren naar een vreemd en ver land. Helaas voor haar had Ash kennelijk nog niet de neiging om te gaan slapen. Hij was nog steeds aan het lezen, een diepe frons was zichtbaar op zijn gezicht, en de lamp naast de bank verspreidde een warm geel licht.

The Frostfire PrinceTempat cerita menjadi hidup. Temukan sekarang