10

12 1 0
                                    

dinsdag, 31 maart.

Zuchtend draai ik me weer om. Het lukt me maar niet om in slaap te vallen, ik moet steeds denken aan Jaxx en Victor. Wanneer ik naar de wekker zie, is het 5u17. Ik besluit maar om op te staan en men jogkleding aan te doen. Dat helpt me altijd om men hoofd leeg te maken.

Buiten is het nog donker. Ik zet men muziek wat luider, en begin te lopen. Zodra ik ben begonnen, kan ik niet stoppen. Langs me staan allemaal bomen die zachtjes heen en weer bewegen door de wind. Er is niemand te bespeuren. Na een lange tijd aan één stuk door te hebben gelopen, stap ik even.

Wanneer ik terug thuis ben, is het al licht. Er is nog wat mist, maar dat betekent meestal dat het mooi weer wordt. Meteen loop ik naar de badkamer, waar ik een douche neem. Vervolgens ontbijt ik. Mama ligt nog te slapen, wat ook normaal is, aangezien het nog maar half 7 is. Op mijn kamer maak ik nog wat huiswerk dat ik gisteren niet heb kunnen afmaken.

'Goeiemorgen.', zeg ik wanneer ik in de keuken kom om men lunch te maken.

'Hey, je was al zo vroeg op? Alles okee?'

'Ik kon gewoon niet slapen.'

'Als er iets is, ik ben er voor je.' Ik knik en na die zin loopt ze naar de gang. Ik neem nog men laatste spullen en ga dan naar de bushalte.

Op de bus check ik men gsm: 25 snaps, 3 berichten op Instagram, en één Imessage van een onbekend nummer. 'Zijn je handjes terug genezen of moet ik ze nog eens verzorgen?👅' Ik moet lachen om zijn bericht. Al snel heb ik door dat dit Victor is. 'Ik vrees dat ze nog eens moeten ontsmet worden.;)', antwoord ik. Op snap antwoord ik op iedereen, buiten Jaxx, die laat ik op geopend. Hij had gewoon een snap gestuurd van zijn hoofd met daarbij 'Kunnen we aub praten?' Op Instagram heeft hij me ook blijkbaar gevonden, want daar heeft hij me 3 berichten in gestuurd.

'Kunnen we aub praten?' 'Stuur aub terug.' 'Ik kan het uitleggen.' Ik zucht en negeer de berichten. Al snel stopt de bus bij de bushalte die het dichts bij school is. Ik stap af de bus en stap richting school. Op de speelplaats wandel ik direct richting men vriendinnen en niet veel later staan we aan onze lockers.

De rest van de dag gaat weeral zoals gewoonlijk. Maar gelukkig hebben we vanavond niet veel huiswerk, aangezien het morgen woensdag is. Ook had ik een uur vroeger, die ik goed heb gebruikt. Ik ben met vriendinnen naar het park gegaan en heb daar gebruind. I know, weeral, maar hey, ik wil wel bruin zijn als het zomer is.

Eens ik terug thuis ben, is het al 20u. We hadden pizza besteld bij het park, dus ik heb al gegeten voor vanavond. Mama is nog niet thuis. Ik plof in de zetel en check men gsm. Bij het park heb ik niet echt op men gsm gezeten, omdat die anders toch alleen oververhit raakt en ik niks kan lezen door de zon.

'Ik ga vanavond met Bart weg, ik ga waarschijnlijk blijven slapen, da's makkelijker voor morgenochtend naar werk te gaan. Hopelijk amuseer je je zonder mij. Kusjes x', stuurde mama me blijkbaar 2u geleden.

'Geeft niet, enjoy. Ik zie je morgen weer. x', stuur ik terug. Zuchtend zet ik de TV op. Niks waar ik zin in heb. Even later ga ik op het terras zitten en geniet ik van de laatste zonnestralen van de dag. Wanneer de zon onder is, loop ik terug naar binnen, waar ik men gsm neem: 1 gemiste oproep van de mama van Zoë, 2 berichten op Instagram van Jaxx en 3 snaps. Eerst bel ik Zoë haar mama terug. Wat zou er zijn? Waarom zou zij mij nu weer bellen? Zoë heeft toch niet weer iets doms gedaan?

'Hallo?', vraag ik wanneer ik niks hoor. Aan de andere lijn hoor ik gesnik. 'Is alles okee, Inneke?'

'Ik uh... Ik heb minder goed nieuws.' Nerveus bijt ik een stukje vel van men vingers.

'Wat is er?', vraag ik nogal ongeduldig.

'Zoë is blijkbaar vannacht weggelopen om uit te gaan en... ze had te veel op en er is een...' Een traan weet te ontsnappen. 'Ze heeft het niet gehaald, Emma.' Ik kan men tranen niet meer ophouden en schud mijn hoofd. Dit kan niet. Ik heb ze gisteren nog gezien, ik heb geen afscheid kunnen nemen, ik... 'Emma?', fluistert ze.

'Ja.', weet ik uit te brengen. 'Ik... ik moet weg.' Ik leg af en gooi men gsm de zetel in. Ik ga met men handen doorheen men haar en laat me op de grond vallen. Ik kan maar niet stoppen met wenen. Het enigste dat iets van de pijn vermindert is de gin tonic.

Na een paar uur, ben ik nogal aangeschoten en voor ik het weet sta ik voor Victors deur. Inmiddels is het buiten al donker. Na een paar keer aankloppen wordt er opengedaan.

'Emma?', vraagt hij wanneer hij de deur opendoet.

'Ik... Ik wist niet waar ik naartoe moest gaan. Mijn mama... dit was een...' Ik wist voor effe men tranen op te houden, maar al snel barst ik weer in tranen uit. Hij loopt naar me toe en knuffelt me stevig. Niet echt dat dat helpt, ik moet alleen nog maar harder wenen.

'Kom, we gaan naar binnen.' Hij laat me los en loopt dan naar binnen waarna ik hem volg. Wanneer we boven op zijn kamer zijn, gaat hij op zijn bed zitten. Ik blijf rechtstaan en snuffel wat. 'Wat is er gebeurd?'

'Ik... ik werd gebeld en... dan...' Hij loopt naar me toe en neemt men handen vast.

'Rustig.' Hij laat een hand los en doet een plukje haar achter men oor terwijl hij me recht in men ogen aankijkt. 'Kom. Ge kunt wel wat slaap gebruiken denk ik.' Hij begeleid me naar zijn bed en doet dan het dekbed over me heen. Voor ik het weet sluit ik men ogen en val ik in slaap.
———————————————————————————
woensdag, 1 april.

Ik word wakker wanneer ik vingers over men gezicht voel glijden. Wanneer ik men ogen opendoe, zie ik een glimlachende Victor boven me hangen. Ik glimlach terug waarna ik me uitrek, maar al snel is men glimlach weg wanneer ik me terug herinner wat er gisteren allemaal is gebeurd.

'Emma, wat is er nu?', vraagt hij terwijl terug naast me gaat liggen. Ik sla men ogen neer.

'Zoë is dood.', fluister ik terwijl ik naar het plafond staar.

'Wat?', vraagt hij terwijl hij terug boven me komt hangen. Ik knik en slik de brok in men keel weg. Ik probeer weg te kijken, zodat ik niet in Victor zijn ogen moet kijken.

'Ze heeft te veel gedronken en heeft een verkeerde drugs gebruikt.'

'Shit.', zegt hij na enkele minuten stilte. 'Ik... ik wist niet dat ze zoveel dronk en al naar feestjes ging.'

'Ik wist wel dat ze vaak zat was, maar niet dat ze drugs nam.' En opnieuw ontsnapt er een traan.

'Kom hier.' Hij trekt me in een knuffel. Zo blijven we een aantal minuten liggen. 'Gaat ge vandaag naar school?' Ik laat hem los en schud men hoofd.

'Ik ga maar weer eens door. Sorry dat ik opeens zo kwam... ik had beter thuis gebleven.' Ik sta op en neem men spullen, maar al snel staat Victor vlak voor me.

'Geen sorry zeggen.' Ik voel zijn warme adem in men gezicht. Ik glimlach kort en verlaat dan zijn kamer. Als ik naar beneden ga, hoor ik mensen in de keuken, maar ik kan ze niet zien. Achter me sluit ik de deur en ga ik naar huis.

Thuis leg ik men gsm in de lader, blijkbaar is het 10u. Ik doe een jogging aan, doe men gordijnen naar beneden en kruip dan in bed.

Na 3u proberen te slapen, pak ik men gsm er maar bij. Ik kan maar niet in slaap vallen met de gedachte dat Zoë er niet meer is. Als ik men gsm aandoen, klik ik op het gesprek tussen Victor en ik. 'Kan ik iets doen?' 'Ik vind het niet zo'n goed plan dat je nu alleen bent' 'Emma, antwoord aub' Zuchtend leg ik men gsm terug weg. Ik heb geen zin om contact met iemand te hebben. Ergens ben ik blij dat mama niet thuis is, en dat ze nog van niks weet, anders had ze me wel iets gestuurd. Ondertussen is heel men kussen nat van men tranen. Net wanneer ik bijna in slaap val, wordt er gebeld aan de deur. Zuchtend draai ik me om. Geen zin om onder mensen te zijn. Nadat er een paar keer aan de deur wordt gebeld, doe ik geïrriteerd de deur open. Voor me staat Victor.

'Wat is er?', vraag ik.

'Kan ik binnenkomen?' Ik ga opzij, zodat hij binnen kan komen. Vervolgens sluit ik de deur en ga ik naar men kamer, zonder om te kijken. In men kamer ga ik terug in bed liggen. 'Het is niet goed om nu alleen te zijn.'

'Moet gij niet naar school?'

'Het was maar een halve dag.' Nu herinner ik me dat het woensdag is. Ik knik. Een beetje later doet hij zijn schoenen uit en komt hij naast me in bed liggen.

'Waarom geeft ge zoveel om mij? Ge kent mij niet eens.'

'Ik weet gewoon dat je nu wel iemand kan gebruiken. Ik ben vorig jaar ook een vriend verloren, ik weet hoe kut het voelt.' Ik knik terwijl ik tranen wegveeg. 'Kom.' Hij geeft me een knuffel en laat ons vallen in bed.

Sleep when you're deadWhere stories live. Discover now