5

15 1 0
                                    

zaterdag, 12 maart.

Vermoeid doe ik men ogen open. Het zonnetje schijnt fel in men gezicht. Ik draai me nog een keer om en besluit dan maar om op te staan. Wanneer ik in de spiegel kijk, merk ik al snel dat ik me gisteren ben vergeten om te kleden. Ugh. Ook men mascara is uitgelopen tot aan men navel en men haar staat letterlijk rechtop. Lekker charmant. Snel pak ik men spullen en loop naar de badkamer waar ik een douche neem. Een glimlach ontstaat wanneer ik terugdenk aan gisteren. Het was echt leuk.

Als ik aan het eten ben, komt mama in haar pyjama de keuken inlopen. Het is zo'n paar dagen geleden dat ik haar nog heb gezien. Of te wel was zij weg, of te wel was ik weg of in mijn kamer. Ik glimlach kort en richt me dan terug op men eten.

'Ik wil geen ruzie meer.', zegt ze wanneer ze met haar koffie over me komt zitten.

'Ik ook niet.', antwoord ik terwijl ik aan men nagels zit te prutsen.

'Je hebt geen huisarrest meer.' Ik glimlach en loop naar haar om der een knuffel te geven.

'Dank u wel.'

'Zie maar dat je nu mijn vertrouwen niet nog eens verstrooid.'

'Zal niet gebeuren.' Ik eet verder en loop dan terug naar men kamer waar ik maar eens begin aan huiswerk. Het lukt me zo'n 2u om geconcentreerd te werken, tot ik een snap binnenkrijg van Jaxx. Na een kwartier besluit ik zijn bericht te openen.

Een foto van hem waarin hij vraagt of hij me kan komen ophalen vanavond om 20u. Al snel stuur ik men adres door.

In de namiddag kon ik me echt niet meer concentreren, dus ben ik naar een vriendin gegaan om samen te studeren, aangezien zij in dezelfde klas zit als ik. We hebben best veel werk afgekregen, en thank God, ik snap eindelijk iets van wiskunde. Daarna hebben we nog even liggen bruinen in de zon, want het is nog altijd goed weer.

En nu sta ik weer vol stress voor men kast, niet wetende wat ik moet aandoen. Ik weet ook niet wat we gaan doen, dus hoe kan ik nu weten wat ik moet aandoen? Drama.

Na een uur weet ik eindelijk wat ik ga aandoen. Een groene jeans met een witte crop top (zie foto).Wanneer ik van nummer verander op Spotify, zie ik dat ik nog maar 5 minuten heb voor hij hier is. Ik doe men make-up nog eventjes en trek dan men schoenen in de gang aan.

'Mama, ik ben weg hé!', roep ik vanuit de gang.

'Naar waar ga je?', vraagt ze wanneer ze in de gang staat.

'Naar Luna. Ik ben voor middernacht terug thuis.'

'Okido. Enjoy!' Ik glimlach kort en loop dan naar buiten. Nu maar hopen dat ik nog optijd kom.

Als snel zie ik hem zitten op zijn scooter.

'Hey.', glimlach ik.

'Hey.'

'Laat me raden, ik ben te laat?'

'Het valt nog mee.' Hij steekt zijn gsm in zijn broekzak.

'Hoe laat is het?'

'Kwart over acht.'

'Sta je hier al lang?'

'Nee, ik ben hier nog maar net. En ik maar stressen dat je moest wachten op mij.' Ik lach en stap achterop. Wanneer hij begint te rijden, doe ik men handen rond hem. Ik sluit men ogen en geniet van het briesje in men gezicht.

Na een tijdje stopt hij bij het water. Doordat het donker is, zie je aan de overkant allemaal lichtjes. Ik stap af en kijk naar het uitzicht.

'Dit is prachtig.', zeg ik bewonderend.

'Vind je?', zegt hij voorzichtig. Ik knik. 'Ik kwam hier vroeger elke dag.'

'Zou ik ook doen als ik deze plek kende.' Hij gaat op het muurtje zitten en maakt aanstalten dat ik naast hem moet gaan zitten. 'Dus... ik weet nu dat ge gezellig en, hopelijk, ouder dan 16 bent, maar voor de rest weet ik niks van u.'

'No worries, ik ben vorige maand 16 geworden.', lacht hij. 'Ik doe wetenschappen, hier in Antwerpen, waar ik ook woon, wat wilt ge nog weten?' Ik glimlach.

'Waarom ge zoveel moeite doet voor mij?' Ik kijk hem diep in zijn blauwe ogen aan, waardoor hij ook naar mij kijkt. Hij had dit overduidelijk niet verwacht. We staren elkaar een tijdje aan, maar al snel kijk ik terug naar het uitzicht. Net wanneer ik iets wil zeggen, word ik vastgepakt bij mijn wangen en drukt hij zijn lippen op de mijne. Ik glimlach tegen zijn lippen. Na een tijdje verwijdert hij zijn lippen van de mijne. 'Waarschijnlijk zie ik nu knalrood.', lach ik terwijl ik wijs naar men wangen.

'Het valt wel mee.', lacht hij. Ik leg men hoofd op zijn schouder en kijk terug naar het uitzicht.

Na veel gebabbeld te hebben, besluiten we maar om terug naar huis te gaan. Eens we voor men huis staan, kust hij me nog snel.

'Wanneer zie ik je terug?', fluistert hij in men oor.

'We sturen nog wel.', antwoord ik terwijl ik naar de deur wandel. Hij wacht tot ik binnen ben, en vertrekt dan.

Als ik binnen ben, doe ik men schoenen uit en loop ik naar de living. Mama ligt op haar welbekende plek tv te kijken.

'Was het leuk?', vraagt ze.

'Ja, heb jij nog een leuke avond gehad?' We praten nog kort en ga dan naar men kamer waar ik me omkleed, men make-up afdoe, en in bed kruip. Ik kijk nog een aflevering van een serie op Netflix en ga dan slapen.

Sleep when you're deadWhere stories live. Discover now