The Frostfire Prince

Oleh Amarelia

155K 10.3K 12.7K

||WINNAAR VAN THE WATTYS 2016 'VERBORGEN JUWELEN' EN WATTNED'S CHOICE AWARDS (NETTIES 2016)|| Wat zou jij doe... Lebih Banyak

||1|| Begiftigd met een Vloek
||2|| De Vlucht
||3|| Ontmoeting in de Bossen
||4|| De Stille Maan
||5|| Het Bliksempatroon
||6|| De Premiejager
||7|| Bloed en Metaal
||8|| Het Orakel van Rivenend
||9|| De Zielbreker
||10|| Een Zilveren Zonsopkomst
||11|| Het Luchtschip
||12|| De List
||13|| De Grote Stad van Parrodin
||14|| Gouden Vuur
||15|| Oude Wonden
||16|| De Lelie Tempel
||17|| Afscheid
||18|| De Stad van Aarde
||19|| De Koningin van Zalaberín
||20|| De Arena
||21|| Het Festival van Namos
||22|| Licht en Duisternis
||23|| Gif en Schuld
||24|| Het Lya Woud
||25.1|| Stad van Sterren
||25.2|| Stad van Sterren
||26|| De Verdwenen Kroonprins
||27|| Bloed en Woede
||28|| Een Vredesoffer
||Q&A - Uitleg||
||29|| Serphone
||30|| De Godenstad
||31|| De Afgevaardigde van Amrine
||32|| De Zaharwoestijn
||33|| De Geestenziener
||Q&A - Antwoorden||
||34|| De Verborgen Bibliotheek
||35|| De Hal van Magie
||36|| De Tijdspiegel
||37|| Verdwenen
||39|| De Zuidelijke Eilanden
||40|| Istars Brief
||41|| Thuiskomen
||42|| Wantrouwen
||43|| Het Wolkenpaleis
||44.1|| IJs en Vuur
||Mededeling||
||44.2|| IJs en Vuur
||45.1|| Een Familiereünie
||45.2|| Een Familiereünie
||46|| Het Kristalbal
||47|| Verzoeningen
||48.1|| Een Reünie in de Lucht
||Mededeling||
||48.2|| Reünie in de Lucht
||49.1|| De Poort van Iralin
||49.2|| De Poort van Iralin
||50|| Nieuwe Plannen
||51|| Een Brandende Ster
||52.1|| De Blinde Stuurder
||52.2|| De Blinde Stuurder
||53|| De Gevangene
||54|| Het Eeuwige Vuur
||55.1|| Celia's Geheim
||55.2|| Celia's Geheim
||56|| Het Offer van Elys
||Mededeling||
||57|| De Ontwaking
||Uitleg (gebrek aan) Updates ||
||58.1|| De Ziel van het Meer
||Woordenlijst||
||Lijst van Personages||
||Namen + Uitspraak||
||39 Vragen||
||Getagd||
||A/N + Cover||
||Weer getagd||
||HELP ME||
||HELP ME 2.0||
||Fanart||
||Tekening Elys + Cover||
||Covers Trilogie||
||Wattpad Awards + Cover||
||WATTY||

||38|| Herinneringen van een Prins

1.4K 129 223
Oleh Amarelia

"It is so fatally easy to make young children believe that they are horrible."

―T.H. White, The Once and Future King

Elys herinnerde zich een dag zoals er op het eerste gezicht zoveel waren in haar jeugdherinneringen. De zon scheen, bloemknoppen ontvouwden zich en het water van Elos kabbelde rustig tegen oevers. De ijzige winter had lang aangehouden dat jaar, maar begon eindelijk plaats te maken voor een lente vol zachte geuren en lichte pastelkleuren.

Ze wist niet meer precies hoe oud ze die desbetreffende dag was geweest, maar ze kon zich Rhys nog goed voor de geest halen. Klein, pezige armpjes, hoogblond haar en de felste blauwe ogen die ze ooit had gezien. Ze waren jong geweest en Elys gokte dat ze niet veel ouder dan elf lauturi had kunnen zijn. Het was een mooie dag geweest en de hele middag had ze samen met Rhys doorgebracht. Het waren haar favoriete middagen geweest; veel leuker dan de soms saaie lessen van heer Nagaz en zijn eeuwigdurende monologen over strategie en politiek die haar destijds niet konden interesseren.

Elys herinnerde zich niet precies hoe ze in het frisse water van Elos was beland―waarschijnlijk een of andere weddenschap met Rhys―maar wat ze wel wist, was dat iets―een donkere schaduw―uit het niets opdook en haar aan haar benen naar beneden trok. Het ene moment was ze omringd geweest door zonlicht en het geluid van Rhys' lach en het andere moment had ze niets dan diepblauw water gezien dat haar verzwolg en had ze gevoeld hoe haar longen brandden en schreeuwden om zuurstof.

Ze trapte naar het wezen, spartelde tegen en probeerde met graaiende armen omhoog te zwemmen naar het licht, maar niets hielp. Haar furie en wanhopige drang naar leven konden niet op tegen de ijzersterke klauwen die haar gevangen hielden onder het water. Het was de eerste keer in haar leven dat ze bang was geweest voor water. Zwarte plekken waren verschenen voor haar ogen en ze moest vechten om niet naar adem te happen. Zelfs als jong kind had Elys zich op dat moment gerealiseerd dat ze op het punt stond om te verdrinken.

En als Rhys haar niet gered had, was dat hoogstwaarschijnlijk ook gebeurd.

Elys wist niet hoe de magere 13-jarige jongen het voor elkaar had gekregen om haar te verlossen uit de donkere diepten en stalen klauwen, maar hij had het gedaan. Rhys had niet nagedacht over de gevolgen, want hij gaf om haar en zou haar nooit in de steek laten. Hij had haar uit een benarde situatie gered op het moment dat ze zelf geen kant op had gekund en een stem diep in Elys schreeuwde dat zij datzelfde moest doen voor Ash. Ze kon hem niet overlaten aan de grú die zich voedde met Ash' pijn en verdriet.

Met afschuw keek ze naar de geest die moeilijk zichtbaar was, omdat zijn lichaam bestond uit schaduw en duisternis. Alleen de hypnotiserende robijnrode ogen die gloeiden als kooltjes waren overduidelijk aanwezig. Ash stond nog steeds als verlamd voor het wezen, gevangen in een soort roodgloeiende koepel die hem en de grú omvatte.

''We moeten iets doen. Nu,'' drong Elys wanhopig aan. Het enige wat ze zag was Ash die geen kant op kon. Het was een beeld dat haar hart deed samenkrimpen.

Sage zuchtte. ''Eerst moeten we nadenken. We kunnen niet zomaar op die geest afstappen en Ash wegtrekken.''

''Waarom niet?'' vroeg Lila terwijl een uitdagende glans door haar warme ogen schoot.

''Ik wil Ash daar net zo graag wegkrijgen als jullie, maar denk na,'' zei Sage. ''Zodra je in die koepel stapt, wordt je overgeleverd aan de krachten van de grú Je bent dan niets meer dan het volgende maal en dan zijn twee van ons gevangenen. We moeten rustig nadenken en een goed plan verzinnen.''

Elys balde haar vuisten. Normaal zou dat ook haar redenering zijn, maar al haar kalmte en beheersing was weg. Ze kon Ash niet verliezen aan een of andere geest. Al helemaal niet nu ze haar gevoelens voor hem had toegelaten in haar hart en hoofd.

''We hebben geen tijd om na te denken,'' zei ze. ''Wat als die grú klaar is met hem? Wat gebeurt er als het zich heeft gevoed met al Ash' pijn en verdriet?''

Lila haalde haar schouders op en keek met angstige ogen naar Sage die zenuwachtig aan zijn tuniek frunnikte. De luchtstuurder keek hen beide aan en zei: ''Ik weet niet precies wat er dan gebeurt, maar ik...''

Hij zuchtte. ''Ik heb gehoord dat een gevangene van een grú dan een deel van zichzelf kwijt is, dat die persoon niets meer voelt en alleen nog maar bestaat uit een leeg omhulsel zonder een geest, zonder gedachten.''

Het was even stil. Sages woorden drongen maar langzaam door tot Elys. Als het waar was wat hij zei, dan moesten ze Ash zo snel mogelijk bevrijden. Tranen verzamelden zich in haar ooghoeken. Het mocht niet zo zijn dat ze eindelijk een antwoord hadden gevonden op hun vragen, op hoe ze Ash konden genezen en dat hij dat vervolgens nooit zou meemaken.

''Hoe kunnen we die geest verslaan?'' vroeg ze terwijl haar ogen over de ijzeren klauwen en scherpe tanden van de grú gleden.

Sages grote groene ogen waren gevuld met angst en onzekerheid. ''Ik―ik weet het niet.''

Hij slikte. ''Ik weet alleen dat de grú zich voedt met pijn en verdriet door het slachtoffer herinneringen opnieuw te laten beleven. Ze leven van andermans ellende. Dus...misschien―en dit is maar een gokje―kan de grú niet tegen het tegenovergestelde. Geluk, blijdschap, liefde of moed...ik weet het niet. Misschien dat één van die dingen helpt.''

''Of het helpt niet en dan worden we één voor één eten,'' bracht Lila sceptisch tegen hem in terwijl ze mokkend haar armen over elkaar sloeg.

Elys hart raasde tegen haar borstkas en adrenaline vloeide door haar aderen. Ze kneep haar vuisten samen en haalde diep adem. Ze konden nog lang discussiëren, maar het zou Ash niet helpen en ze zou niet weer hulpeloos toekijken. Ze wist wat haar te doen stond.

''Elys, wat doe je?'' riep Sage en hij probeerde haar tegen te houden. Hij was te laat.

Ze sprintte naar de koepel toe en met al haar moed sprong ze erin. Ze voelde niets: geen weerstand of pijn of wat dan ook. Het was alsof de geest haar verwelkomde.

Het eerste wat ze opmerkte, was dat de geest praatte. Ze had niets gehoord buiten de koepel, maar ze hoorde overduidelijk een melodieuze, lage fluistering die haar oren streelde en haar geest vertroebelde. Het praatte tegen Ash.

''Oh, wat een geweldige, verschrikkelijke dingen heb je meegemaakt. Kom op, laat me meer zien.''

De geest leek te lachen en zijn klauwen bewogen langs elkaar wat Elys rillingen bezorgde. De geest was met zijn aandacht volledig bij Ash die nog steeds met een glazige bleek voor zich uit staarde, maar als Elys hem wilde redden moest ze wel dichterbij komen.

Ze schuifelde voorzichtig dichterbij en langzaam naderde ze Ash. Het verbaasde haar dat de geest niets deed tegen haar aanwezigheid, maar kennelijk was het te veel bezig met het eten van Ash' pijn en verdriet en andere negatieve emoties.

Zonder moeite had ze Ash nu bereikt en plotseling werd haar lichaam overspoeld door angst. Wat moest ze nu doen? Ze was bij Ash, maar ze had totaal geen plan. Ze had niet nagedacht over hoe ze Ash hieruit zou krijgen. En hoe zou ze dat doen, want de grú zou zijn smakelijke hapje echt niet zomaar laten gaan. Al die vragen schoten door haar hoofd en haar hart bonkte in haar keel. Kou omgaf haar lichaam, drong haar via haar huis binnen en nestelde zich in elke vezel van haar lichaam. Elys voelde hoe het moeilijker werd om te bewegen, hoe Ash' negatieve emoties de lucht zwaar maakten en drukten op haar schouders.

Ze moest hem hier weg krijgen.

Met al haar kracht reikte ze naar Ash' arm. Ze klemde zich aan hem vast en―bij gebrek aan een beter idee―wilde ze hem meetrekken naar de rand van de koepel. Maar het zou nooit zover komen.

Het moment dat ze Ash aan had geraakt en in zijn witte, glazige ogen had gekeken, voelde ze een allesomvattende duisternis over zich heen vallen. Het was alsof iemand haar in een zware, fluwelen mantel wikkelde en ze in een diepe slaap belandde. De wereld om haar heen ontglipte haar en ze werd meegetrokken in Ash' herinneringen.

Ze zag geen kleuren om haar heen, zoals bij de Tijdspiegel, maar op één of andere manier voelde het wel hetzelfde. De wind die aan haar haren trok, de snel bewegende beelden die aan haar voorbij flitsten en de wazigheid als mist die langzaam optrok.

Het eerste wat ze zag, was een open plek met lichtgroen gras en bomen die tot aan de hemel reikten. Het was een mooie, rustige plek en zonnestralen gaven alles en gouden glans. Plotseling werd de stilte verstoord door een jonge kinderstem.

''Je mag hier niet zijn! Ik ga het aan papa vertellen.''

Het jongetje stond een paar meter verderop met gebalde vuistjes. Woede brandde in zijn gouden ogen en de wind speelde met het krullende donkere haar.

Elys' mond viel haast open van verbazing. Ze keek niet naar een gewone jongen van zo'n zeven jaar, maar naar een jonge versie van prins Eroh. Razendsnel gleden haar ogen om haar heen. Als dit Eroh was, dan was dit echt een jeugdherinnering van Ash en dat betekende dat hij ook hier ergens moest zijn.

Vlak naast haar, aan haar linkerkant, stond een andere jongen. Hij was groter dan Eroh en onmiddellijk herkende ze het zwarte haar en de zilveren ogen. Het was Ash, maar dan tien jaar geleden. Ze moest toegeven dat de Vuurprinsen er―ondanks hun wilde, vurige ogen en donkere kleding―er schattig uitzagen en ze herinnerden haar meteen aan Selin die nu van dezelfde leeftijd was.

De jonge Ash had zijn vuisten ook gebald. ''Als ik hier niet mag zijn, mag jij dat ook niet! Als je het vertelt dan krijg jij ook straf.''

Eroh grijnsde en koude rillingen gleden over Elys' rug. Kleine kinderen hoorden niet zo vals te kunnen kijken en glimlachen, hun ogen hoorden niet gevuld te zijn met niets dan ijs en haat.

''Echt niet,'' zei Eroh, ''want iedereen houdt van mij en niet van jou.''

Elys' hart stopte even met kloppen en met en brok in haar keel keek ze naar Ash. Zijn lip trilde licht, maar verder zag ze geen enkel teken van emotie. Het stak haar dat ze zijn harde en onbeweegbare masker herkende en niets leek te voelen door Erohs giftige woorden. Het was alsof hij er aan gewend was dat zulke woorden naar zijn hoofd werden geslingerd en dat maakte dat Elys' maag zich omdraaide en een golf van verdriet door haar lichaam bewoog.

''Papa houdt anders ook niet van jou,'' siste Ash.

Erohs gezicht vertrok en zonder te twijfelen stak hij zijn hand. Lichtblauwe, krakende elektriciteit ontsproot uit zijn vingers en kronkelde razendsnel richting Ash die alleen maar met grote ogen kon toekijken.

Elys hapte naar adem toen ze zich realiseerde welke herinnering dit was. Ze kende dit. Ash en Sage hadden het haar zelf verteld. Het koste haar dan ook niet veel tijd om een derde jongen te ontdekken. Groene ogen en donkerblond haar. Sage.

Hij was kleiner dan Ash en Eroh en had dunne, pezige armen. Hij zag er fragiel uit, maar hij rende met en enorme snelheid op Ash af en vlak voordat de bliksemschicht Ash zou raken, sprong Sage er half voor.

Er weerklonk geschreeuw en een wit licht verblindde Elys. Het geschreeuw van kinderstemmen stierf weg en niets dan duisternis omringde haar nu. Ze merkte dat ze trilde. Ze kon gewoon niet geloven dat een kind van zo'n leeftijd zoiets kon en deed. Met een grijns nog wel. Ash' eerdere woorden drongen nu pas tot haar door en ze begreep waarom hij geloofde dat Eroh altijd al slecht was geweest.

Het duurde niet lang voordat een nieuw beeld zich om haar heen vormde. Net zoals in de vorige herinnering kon ze ook hier niet van haar plek afkomen. Ze kon alles bewegen. Alles behalve haar benen, iets wat niet heel gek was aangezien ze niet écht deel uitmaakte van deze herinneringen. Ze was een verstekeling in Ash' jeugdherinneringen en iets in haar was bang. Bang voor wat ze zou zien.

ze was buiten in een prachtige tuin vol exotische bloemen en warme kleuren die versiert werden door de schitterende zon. Voor haar zat een volwassen man op een stenen bankje. Zijn rug was krom en zijn schouders opgetrokken. Hij was dun en onder zijn gouden ogen zaten grote, prominente wallen. Op zijn donkerbruine haar prijkte een simpele gouden kroon die paste zijn donkere, karamelkleurige huid. Hij had nauwelijks rimpels of en hij kon niet veel ouder zijn dan dertig, maar toch leek hij op een oude man die gebukt ging onder het leven. Dit moest wel Egan Brénain zijn, koning van Ignuron.

''Papa!'' schreeuwde een kinderstem.

Koning Egan keek op en een lichte glimlach werd zichtbaar. Het verdween echter net zo snel als het was verschenen en bij de tijd dat Ash zijn vader had bereikt, was Egans gezicht zo hard als staal.

Ash was jonger dan in de vorige herinnering. Zijn ogen waren groot en rond en zijn lichaam was klein en een beetje mollig. Een brede lach en glinsterende ogen van enthousiasme sierden het jonge kind.

''Wat is er, Aedan?'' vroeg Egan stug.

''Ik ben een stuurder!''

Elys kon het niet helpen dat ze vertederd moest glimlachen om Ash' enthousiasme. Het was vreemd om hem als jong kind te zien. Hij was zo anders, iets wat alleen maar meer liet zien dat hij geen geweldige jeugd had gehad.

''Oh?'' zei koning Egan verbaasd. Een hoopvolle sprankeling was even zichtbaar in zijn gouden ogen.

''Kijk!''

Ash haalde zijn hand achter zijn rug vandaan en opende zijn hand. Een klein, helder waterbolletje zweefde even boven zijn handpalm voordat het uiteen spatte, maar Ash bleef trots lachen.

Egans gezicht betrok echter. ''Waarom laat je me dit zien?''

''Omdat ik wél kan sturen! Ik ben een waterstuurder,'' probeerde Ash enthousiast.

''Ik―'' Koning Egan twijfelde even. ''Ik heb geen waterstuurder nodig. Je bent een Vuurprins, Aedan. Je zou een vuurstuurder moeten zijn.''

Ash' glimlach verdween als sneeuw voor de zon en hij keek naar de grond, zijn armen slap langs zijn lichaam. Zijn lip trilde.

Koning Egan zuchtte. ''Je lijkt veel op je moeder. Te veel.''

Zonder iets te zeggen of zijn vader aan te kijken rende Ash met betraande ogen weg en Elys kon niets anders voelen dan een alles consumerende woede die haar vanbinnen opvrat voor de man die zichzelf koning durfde te noemen.

Het beeld van koning Egan loste op en de kleuren vloeiden samen tot duisternis. Elys had niet veel tijd om na te denken over het tafereel dat ze had aanschouwd of de afschuw die ze voelde voor Egan, want een nieuw beeld begon zich voor haar ogen te ontvouwen.

Elys herkende de grote kamer waarin ze stond niet, maar ze gokte dat het het Emberpaleis was dat in Nulan stond, de plek waar Ash zijn jeugd moest hebben doorgebracht. Okergeel, terracotta bruin, rood en goud omringde haar en dure meubels stonden netjes in de kamer.

Een vrouw met een effen olijfkleurige huid en dik, pikzwart haar stond in het midden van de kamer. Haar haren waren vakkundig opgestoken en een sierlijke kroon stond op haar hoofd. Ze was gekleed in een donkerrode jurk, versierd met gouddraad, die perfect paste. Ze omhelsde Eroh―te herkennen aan zijn golvende donkere haar, gouden ogen en sluwe lach―en haar mosgroene ogen keken giftig naar Ash die naar Elys was verschenen.

''Wat is er, aturdo?'' siste de vrouw, waarvan Elys vermoedde dat het Serphone moest zijn, de vrouw van Egan.

Ze liet Eroh los en legde haar hand op de schouder van haar zoon. ''Ah, natuurlijk. Je hebt nooit een moeder gehad die je knuffelde, of wel?''

Serphone grijnsde, maar Ash verroerde geen vin, maar Elys zag de furie in zijn ogen.

''Waar is je moeder dan?'' siste Serphone.

''Ze is dood,'' antwoordde Ash zacht.

''Precies,'' kirde Serphone en ze glimlachte naar haar eigen zoon. ''Ze is dood door jou en ik wed dat ze brandt in de diepste krochten van de Eheroi waar ze thuishoort.''

Het was dat Elys zich niet kon verplaatsen en gebeurde dingen niet kon veranderen, maar wat was ze Serphone graag aangevlogen. Hoe konden ze Ash, een onschuldig kind, zo behandelen? Niemand verdiende dat.

Ze moest denken aan haar eigen moeder, Metuen. Zij had haar moeder ook verloren, maar had haar tenminste nog mogen meemaken. Ash had niemand gehad en zelfs zijn eigen vader leek niets om hem te geven. Elys voelde zich verschrikkelijk. Geen wonder dat de grú Ash gevangen had genomen, want achter al deze herinneringen moest wel een hoop pijn en verdriet schuilgaan.

Serphone en Eroh gingen op in rook en ook het Emberpaleis verdween langzamerhand. Het beeld voor Elys' ogen werd weer zwart en ze vroeg zich af wat ze nu weer zou gaan zien. De laatste herinneringen beloofden niet veel goeds.

De geur van water vulde Elys' neus. Het waaide hard en haar haren zwiepten heen en weer en kronkelden voor haar ogen. Ze stond op een klif. Een paar meter links van haar stopte de grond en gaapte de leegte. Ze kon uitkijken over water en in de verte dacht ze de wazige contouren te zien van land.

Opeens hoorde ze boos geschreeuw en voor haar zag ze Eroh en Ash vechten. Oranjerode en blauwe vlammen vlogen heen en weer en ze het leek bijna alsof ze de kracht van de twee Vuurprinsen kon voelen en aanraken. Ze waren ouder nu―Elys schatte zo'n zestien jaar―en geen van beiden leek van plan te zijn een stap opzij te doen. Eroh stond maar een paar meter van de klif vandaan en de gapende leegte achter hem leek hem bijna te verwelkomen. Elys was zo bezig met het gevecht tussen de broers dat het een tijdje duurde voor ze een derde persoon opmerkte. Het was een meisje met een kleine neus, perfect gevormde lippen en steil, zwart haar dat alle kanten opwaaide door de wind. Ze stond achter Eroh―nog dichter bij de afgrond―en haar zwarte ogen weerspiegelden het afschrikwekkende gevecht dat zich tussen Eroh en Ash afspeelde.

Ash stuurde bulderende blauwe vlammen op Eroh af, maar deze sprong net op tijd opzij. Hij glimlachte en wilde een tegenaanval doen, maar het meisje achter heen slaakte een ijselijke gil en geschrokken wierp Eroh een blik achter zich.

''Vye!'' schreeuwde hij terwijl het zonlicht uit zijn gouden ogen verdween.

Het meisje achter hem was verdwenen, maar Elys zag hoe bleke armen zich wanhopig vastklampten aan de rand van de klif. Het meisje―Vye―jammerde en riep paniekerig om hulp.

Ademloos keek Elys toe hoe Ash op Vye afrende, op zijn buik ging liggen en haar omhoog probeerde te trekken. Eroh leek verstijfd te zijn van verbazing of angst—of allebei―en kon niet bewegen of reageren op Ash die hem smeekte om te komen helpen.

Zweet parelde over Ash' voorhoofd en de spieren in zijn armen trilden. Hij probeerde Vye met al zijn kracht omhoog te trekken, maar haar zweterige handen ontglipten hem uiteindelijk en Vye verdween in de leegte. Ze schreeuwde, maar de wind verdoezelde haar stem en droeg haar lichaam naar het water waarin ze voorgoed verdween.

Vol ongeloof keek Ash―die wit was weggetrokken―naar zijn lege handen die zo net nog getracht hadden om Vye te redden. Eroh zakte door zijn benen en liet zijn hoofd in zijn handen zakken. Hij huilde, schreeuwde en riep allerlei verwensingen naar de goden. Hun verdriet sneed door Elys' ziel heen en Erohs' monsterlijke geschreeuw ging door merg en been.

De tranen die zich hadden opgehoopt achter Elys' ogen kwamen naar buiten en liepen glinsterend over haar wangen. Het enige wat ze kon horen, was Eroh die als een bezetene dezelfde woorden naar Ash siste en keer op keer bleef herhalen.

''Je hebt haar vermoord.''

***

Elys wist niet hoe lang de duisternis haar omringd had en hoe lang ze gehuild had, maar toen ze haar ogen opendeed, bevond ze zich niet meer op de klif. Gedesoriënteerd probeerde ze te ontdekken waar ze was.

Ze lag op de grond en twee warme armen omringden haar. De geur van kaneel en metaal drong har neus binnen en verbaasd keek ze op. Haar ogen ontmoetten die van Ash en duizenden vragen rezen in haar op. Zijn witte, glazige blik toen hij in handen was van de grú waren verdwenen. In plaats daarvan zag ze glanzend zilver en opgedroogde tranen. Ash hijgde en Elys keek om zich heen. Ze herkende de donkere open plek waar ze Ash en de grú hadden gevonden, maar er was geen spoort te bekennen van de duistere geest.

Lila en Sage zaten naast haar en bezorgdheid tekende hun gezichten.

Elys richtte zich op en Ash' warme armen lieten haar los. ''Wat is er gebeurd?'' vroeg ze, haar stem zacht en huiverig.

Lila, Sage en Ash wisselden een opgeluchte blik uit en Ash zei: ''Je hebt me gered. Dat is wat er gebeurd is.''

――――――

[A/N] Aahw...alles is toch nog goedgekomen...toch? Een extra lang hoofdstuk dit keer ^^ Er is niet per se heel veel gebeurd, maar ik hoop toch dat jullie meer inzicht hebben gekregen in Ash (en Eroh)! Ook weten jullie nu beter wie Vye is ;) (en Egan en Serphone kwamen er in voor...hebben jullie net zo'n hekel aan haar als ik? XD)

Ik ben echt heel benieuwd naar wat jullie vonden en wat jullie mening is over Ash' herinneringen en zijn aardige *kuch* vader en stiefmoeder :/ 

Zelf vond ik het allemaal redelijk dramatisch en zielig om te schrijven (hoewel ik Ash echt voor me zag als zo'n super schattig kind haha XD), maar―zoals altijd met 'emotionele' hoofdstukken―ben ik bang dat het bij jullie helemaal niet zo overkwam ofzo...

Maar goed. Ik ben nieuwsgierig naar jullie reacties/meningen/ideeën/enz. ^^ Ik heb echt zo'n zin om de volgende hoofdstukken te schrijven ;p

Xx Am

PS: Ik heb de toetsweken overleefd, maar het is nu zoooo druk *huilt* Vandaar ook dat ik het grootste gedeelte van dit hoofdstuk nog moest schrijven. 

PPS: Ik heb een cover gemaakt voor het nieuwe verhaal van RianneMCR genaamd ''Zwanenvrouw'' en DE ACHTERFLAPTEKST IS ZO GAAF :o <3 Ik kan echt niet wachten om het te lezen haha dus ik zou allemaal eens een kijkje nemen als je zin hebt :3

Lanjutkan Membaca

Kamu Akan Menyukai Ini

9.9K 473 37
Het gaat niet zo goed met matthy door wat er allemaal speeld! Hij is heel onzeker over zichzelf en vind zich te dik dus eet hij ook niet altijd! Ook...
14.7K 1.1K 23
Vervolg op Wings of Fire Dus, je bent een pegasus, je hebt vrienden en gaat het dit schooljaar makkelijk halen. Niks om je zorgen over te maken, beha...
6.9K 545 51
Dit boek is niet heel goed geschreven in het begin, maar ja het het begin is altijd saai uiteindelijk wordt het geweldig. Kan vaak typefouten bevatte...
65 12 4
Twee dingen heeft Fertes altijd het liefst gewild. De zee en de trots van haar grootmoeder. Maar nu zij overleden is, besluit ze zichzelf trots te ga...