hoofdstuk 29 - Louis

2.9K 174 15
                                    

"Fuck..." mompelt Harry als hij de voor mij onbekende jongen ziet staan. Ik bijt op mijn lip en kijk naar de andere, blonde jongen. Hij is nog steeds niet bij, ook al slaat het meisje hem steeds op zijn wang. Wat is dit allemaal? Alleen om die opmerking?

"Zullen we gaan?" vraag ik aan Harry, ik heb geen zin in ruzie. Harry wil iets zeggen, maar de onbekende jongen onderbreekt hem. "Heb jij dit gedaan?" Hij wijst naar Ashton. Harry zegt niks. "Nou?!" Het klinkt bedrijgend. Harry kijkt hem indringend aan. "Ja. En als je niet oppast lig jij er straks naast..." sist hij. "Harry!" Het meisje kijkt hem boos aan. Waar kent Harry haar van? Zal het een ex van hem zijn? Ik voel een steek van jaloezie.

"Bemoei je er niet mee. Je bent mijn zus, niet mijn moeder." Dat verklaart een hoop. Het meisje zucht, maar zegt niks terug. ik kijk naar de andere jongen, degene met zwarte hare en blonde plukjes. Hij kijkt Harry boos aan, nee, woedend.

"Je behandelt iedereen als vuil terwijl je zelf niks waard bent," sist hij. Harry wil naar hem toelopen, maar ik pak zijn mouw vast. "Niet doen. Laten we gaan..." Harry schudt zijn hoofd. "Harry kom op. Je krijgt er alleen maar problemen van..." Ik bijt op mijn lip. Harry knikt. "Goed. We gaan." Harry loopt naar de uitgang. Ik volg hem.

"Luister maar naar je homovriendje. Dag Harry." Harry draait zich met een ruk om. "Wat zei je?" Hij loopt terug richting de jongen. "Je hoorde me wel..." Harry pakt hem bij zijn kraag. "Zeg het is in mijn gezicht als je het vuile lef hebt." Hij duwt de jongen tegen de muur. "Nou?" De jongen bijt op zijn lip, maar herstelt zich dan.

"Homo. Vriendje." Harry haalt uit. Zijn vuist landt precies op de wang van de jongen. "Fuck," sist hij. Ik loop naar ze toe. "Stop nou..." zeg ik zachtjes. Wat moet en kan ik anders doen.

"Louis, bemoei je er niet mee," zegt Harry fel. "Als je mijn zus... als je niet had gedaan wat je gedaan hebt zou ik bijna denken dat het je vriendje was," sist de jongen. Ik kijk hem verward aan. De jongen reageert er niet op.

"Hou je bek, Hood." Harry spuugt zijn naam uit. "Hou zelf je bek, Styles," imiteert 'Hood' hem. Harry geeft hem nog een klap. "Je weet Godverdomme helemaal niks. Hoor je me? Je zus is een vieze leugennaar!" schreeuwt Harry terwijl hij de jongen nog een paar klappen geeft. "Ik weet precies wat er is, Harry." De jongen duwt Harry, die op de grond valt. Ik wil iets doen, voordat het dadelijk uit de hand loopt.

Harry trekt Hood aan zijn voeten naar beneden, waardoor hij ook op de grond ligt. Hood springt bovenop Harry en slaat hem recht in zijn gezicht.

"Jongens stop..." zeg ik zachtjes. Natuurlijk luisteren ze niet. "Jongens..." Het klinkt iets harder en zelfverzekerder. Weer krijg ik geen contact. Harry slaat Hood nog een keer, Hood slaat Harry...

Hood's gezicht bloed inmiddels. Ook Harry ziet er niet goed uit. Ik moet iets doen, het is genoeg geweest.

"Hee!" gil ik, waarna ik, zonder te weten wat ik nou echt aan het doen ben, de jongen van Harry aftrek en tegen de muur duw.

"Luister. Ik heb geen idee wie je bent, wat je hier komt doen of wat hij gedaan heeft. Maar blijf verdomme van mijn broer af," sis ik. Daarna laat ik hem los. "Woow..." mompelt Harry. Ik draai me boos om.

"Alsof vechten iets oplost," spit ik tegen hem uit. "Ik ga naar huis." Ik kijk naar Harry's zus en de barman, die inmiddels weer bij is. Ook zij kijken me vragend aan.

"Sorry voor hem..." zucht ik. "Jij bent Harry's zus toch? Ik ben Louis, zijn stiefbroer, aangenaam..." mompel ik erachteraan. Wat zou ik graag willen zeggen dat we meer zijn dan dat.

"Gemma..." mompelt ze. Ik knik en loop naar de deur. "Lou? waar ga je heen?" vraagt Harry. "Weg, naar huis." Harry schudt zijn hoofd. "Dan ga ik mee..." Hij loopt naar me toe. "Wat jij wil."

Als Harry en ik buiten staan, wil hij zijn arm om me heenslaan. "Afblijven," sis ik. Harry kijkt me geschrokken aan en gooit zijn handen in de lucht. Zwijgend lopen we naast elkaar.

"Ik wist helemaal niet dat jij zo zelfverzekerd kon zijn..." mompelt Harry als we bij de auto zijn. "Als jullie zo kinderachtig zijn zal het wel moeten," antwoord ik. Ik maak het portier open en ga zitten. Harry gaat voor het stuur zitten, maar rijdt niet weg. Hij wil zijn hand op mijn been leggen.

"Afblijven zei ik toch," spit ik uit. Harry lacht. Ik kijk hem boos aan. "Wat?" snauw ik.

"We lijken net man en vrouw," grijnst hij. Ik voel een grijns ontstaan op mijn gezicht. "He he, Louise kan weer lachen." Ik geef hem een duw. "Noem me niet zo!" Hij lacht.

"Heb ik geluk dat jij niet zwanger kan worden. Volgens mij ben je dan echt een bitch." Ik schud lachend mijn hoofd. "Rij nou maar..." Hij schudt zijn hoofd.

"Eerst wil ik zeker weten dat alles goed zit..." zegt hij zacht. Ik zucht en druk mijn lippen op die van Harry. Ik voel een glimlach op zijn lippen ontstaan. "De rest krijg je later wel," probeer ik als Harry te klinken als ik mijn lippen losmaak van die van hem. "Zo zo, doe maar wild," lacht Harry.

"Dat is hoe ik ben," zeg ik, maar bedenk me dan. "Dat is wat je van me maakt," voeg ik eraan toe.

Drown •Larry Stylinson• Dutch (on hold)Where stories live. Discover now