-19-

215 9 9
                                    

pov Jim

De zuster komt naar me toe gelopen. Ik zit een half uur te wachten in de wachtkamer, omdat ik niet mee mocht met Jack naar de SEH, maar het lijkt wel drie uur geduurd te hebben. Natuurlijk niet als je naar klok kijkt, dan lijkt het een half uur, maar ik bedoelde volgens mijn gevoel. Waar ik ook nog een beetje van over heb blijkbaar. Zelfs na al die tijd dat ik me gewoon leeg voelde.

Ze staat bijna bij me. Ik hoop dat ze verteld wat er met Jack is, hoe het nu met hem gaat, of het ernstig is en of hij het gaat redden. Ik kan het wel een beetje raden, maar voor de zekerheid. "Jij moet Jim Isaacs zijn, is het niet?" vraagt ze. "Inderdaad, hoe is het met mijn broer?", vraag ik gelijk, omdat ik het gewoon moet weten. "Hij heeft een groot tekort aan voedingsstoffen in zijn lichaam op dit moment. Zijn lichaam is uitgeput. Hij krijgt nu sondevoeding, waarmee hij als het goed is snel wat aan zal sterken, maar uit onderzoekresultaten heeft hij lange tijd weinig tot geen voedingsstoffen binnen gekregen.

Dit had ik dus al verwacht. Jack, zichzelf dit aangedaan. Ik zag hem afvallen, maar was er ook weer blind voor. Waarom hem ik hem niet geholpen? Waarom wilde hij geen hulp? Wat kan ik nu doen? Ik wil mijn broer terug!

"Hebben jullie nog ouders of voogd die op de hoogte gebracht moeten worden?", vraagt ze. Eerst wil ik gelijk pap en mam noemen, maar op de een of andere manier wil ik ze hier niet hebben. Ze zijn toch alleen maar bezig met zichzelf. Ze walgen van mij als ze weten dat ik homo ben, verliefd op de stagiaire van mijn docent en hoe boos zouden ze wel niet worden als ze zien wat er met Jack is. Ja, boos. Ik weet dat de meeste ouders bezorgd zouden zijn, maar die van ons niet. Vooral pap niet en mam is altijd in zijn macht zowat, dus durf ik het niet. Ik durf ze niet te confronteren met dit alles.

"Nou euhm, we hebben geen contact meer met onze ouder uit privéredenen, maar zou u weten of we nog naaste familie hebben, want onze ouders hielden ons altijd thuis." Ik heb geen idee of het een rare vraag is, maar toch stel ik hem. Ze werkt in het ziekenhuis, dus wie weet. Misschien kunnen ze hier wel iets. "Ik kan controleren in onze gegevens, maar dan zal ik wel de gegevens van uw ouders moeten krijgen als je dat niet erg vindt?" zegt ze half vragend. Volgens mij mag ze dit niet zomaar, maar dat laat ik wel even achterwegen als zij dat ook doet. "Ja hoor, dat is helemaal goed."

Ik schrik me dood als we het dossier van mijn moeder zien. Ze is tweede kind, ze heeft namelijk een oudere broer. Eerst drong het totaal niet tot me door, maar al die tijd hebben Jack en ik een oom gehad hier anderhalf uur vandaan. "Ik kan u het telefoonnummer geven, zodat u contact op kunt nemen met uw oom. Ik kan u niet garanderen dat het u gaat helpen want ik weet niet of hij u kent, maar ik denk dat het goed zal doen." Ze geeft me een steunende blik. Die heb ik wel nodig, want ik ga nu gewoon iemand bellen waaraan ik ga zeggen 'Hé, ja, met Jim. Ik ben je neefje die je niet kent. Ik ben de zoon van je zus. Mijn broer ligt in het ziekenhuis, maar ik kan pap en mam hier niet naar toe laten komen. Ja, lang verhaal.' Ik heb geen idee of dit wel een goed idee is, dit plan lijkt totaal gestoord, nog gestoorder dan ik zelf ben. Toch doe ik het, want ja, zoals ik al zei: ik ben gestoord. 

De telefoon gaat over. Ergens hoop ik dat er niemand opneemt, maar na de vierde tuut die ik hoor hoor ik een stem. "Hallo met Dylan Isaacs." De achternaam klopt, mijn hart klopt ook als een gek en nu moet ik ook nog wat gaan zeggen dat klopt. "Euhm.. ja.. Hallo, met Jim Isaacs.", zeg ik ontzettend ongemakkelijk. "Leuke achternaam, net familie.", zegt mijn oom die dus Dylan heet. "Ja, dat is het 'em dus juist, ik euhm..." Ik durf het niet te zeggen. "Bent mijn neefje, weet ik. Leuk om je te spreken, ik zat je maar te stangen. Buizen. Nee grapje, niet die stangen. Je kent de uitdrukking vast wel. of... hoe oud ben je eigenlijk?" Oké, deze kerel spoort volgens mij niet helemaal. Dat maakt het wel duidelijker dat hij familie is. "Ik ben nu 20, maar ik wilde eigenlijk vragen of ik bij jullie kan komen. Jack, mijn tweelingbroer, ligt in het ziekenhuis. Ik ben daar op dit moment, maar kan hier niet eeuwig blijven. Ik kan ook pap en mam even niet meer zien. Dat weten ze hier ook, dus zijn we hier anoniem... soort van. Anoniem voor pap en mam. Maar ja, Kan ik bij je komen?" Ik zei dit uit zenuwen allemaal achter elkaar. Ik hoor een aarzel aan de andere kant van de lijn, maar er komt gelukkig een moeilijke 'okee...'

Ik kreeg de locatie en stapte in de bus. Wel zit ik te denken. Wat maakte het zo moeilijke keuze of ik mocht komen of niet?


-

jaaaaaah. ze gaan naar Dylan en Morris!
wordt vast gezellig

Only One Person To Trust [Dutch 3/3]Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu