H.13

525 47 6
                                    

Sophie pov.

Een duizelingwekkend gevoel overvalt me en met moeite blijf ik rechtop staan terwijl ik Michael weg probeer te duwen, al merk ik wel dat ik er minder hard mijn best op doe dan in het begin. Ik voel hoe mijn bloed uit me stroomt, Michaels mond in die het met gulzige slokken opdrinkt. Het overweldigende gevoel is nu echt overal en ik heb de kracht niet meer om rechtop te staan en zak door mijn knieën maar Michael gaat mee en blijft drinken terwijl hij ervoor zorgt dat ik niet om val. De wereld om me heen begint te draaien en ik sluit mijn ogen om het te negeren. Ik wil niet dat dit gevoel stopt, het is geweldig. 'MICHAEL!' schreeuwt er plots iemand in de verte en eigenlijk wil ik mijn ogen open doen maar de angst om dit gevoel dan te verliezen is te groot dus ik hou ze gesloten. Ruw word ik van Michael weggetrokken en schreeuwend probeer ik weer naar hem terug te komen omdat het gevoel verdwijnt. Ik hoor hem grommen en het geluid van huid op huid en ik open mijn ogen om Michael met Max ik gevecht te zien. 'LAAT ME LOS!' schreeuw ik kwaad terwijl ik het laatste restje van het fantastische gevoel probeer vast te houden. 'Kijk dan, Michael! Kijk wat het met haar doet!' zegt Max dwingend terwijl hij Michael stevig vasthoudt en hem naar mij toekeert zodat hij me kan zien. 'ZE WILT HET! DAT ZIE JE TOCH?!' schreeuwt Michael naar hem. Zijn mondhoeken zijn rood van het bloed, mijn bloed... 'Nee, Michael. Ze is in de ban van de endorfine. Je hebt sowieso veelste veel van haar gedronken.' zegt Max streng terwijl een flinke ruk aan Michaels armen geeft zodat beide jongens nog een stap van mij verwijderd zijn. Plots veranderd Michaels gezichtsuitdrukking naar een rustige en vrolijke. 'Haar bloed is lekker, man! Je-zus! This is the good shit!' Bevreemd kijkt Max Michael aan terwijl mijn gezichtsvermogen inmiddels niet meer draait, gelukkig. 'Michael? Waar heb je in vredesnaam last van?' 'Hahahaha! Je stem klinkt zo grappig!' 'Is hij high?' hoor ik Ashton achter me vragen. 'Volgens mij wel en dat is zeldzaam want vampiers worden niet zo snel high... Sophie, heb je drugs genomen?' 'Wat? Nee! God, wat heb je een slecht beeld van mij.' zeg ik chagrijnig. 'Wiehiehiehiehieee! Geen zorgen, Soofjeeeeee! Dat chagrijnige is zo oveeerrrrrrrr!' 'Donder toch een eind op met je vrolijke gedrag, Michael.' zeg ik chagrijnig terwijl ik de neiging onderdruk om hem een klap te verkopen. Michael barst in lachen uit en rolt haast over de grond van het lachen. 'Hoelang gaat dit duren, Max?' 'Ik heb echt geen idee.... Dit is de eerste keer dat ik met een vampier die high is te maken heb.' 'Woeeeehoeeeeee! Tjoek, tjoek! Allemaal instappeeeeen! De trein gaat vertrekkeeeennnnn!' roept Michael enthousiast uit terwijl hij doet alsof hij de machinist van de trein is. Ashton laat me los en chagrijnig ga ik op een stoel zitten terwijl ik de kamer rondkijk of ik iets kan vinden dat ik waarschijnlijk niet mag slopen alleen ziet alles er niet waardevol of goedverzorgd uit. 'AAAASSHHYYYYY! STAP NOU I-IN!' 'Eh, nee, dank je. Ik heb het wel gehad met treinen.' 'PECH VOOR JOU! LATER LOSERS!' roept Michael terwijl hij overeind springt en weg rent terwijl hij af en toe keihard 'toet, toet!' roept of 'tjoek, tjoek!'. 'Mag ik hem slaan? Please, mag ik hem slaan?' vraag ik smekend aan Ashton en Max. 'Nee.' zeggen beiden resoluut en ik krijg de neiging om hén nu een schop onder hun kont te verkopen. Een hele pijnlijke en harde schop... 'Sophie, kijk niet zo agressief.' 'Als ik agressief wil kijken, kijk ik agressief.' antwoord ik pissig. 'Koppig kind.' 'Ik. ben. niet. koppig.' sis ik duidelijk articulerend. 'Oh, ja-' 'IEDEREEN UITSTAPPEN!' brult Michael hard terwijl hij de kamer weer binnen komt gestormd. 'SHUT THE FUCK UP, MICHAEL!' schreeuw ik hard terwijl ik zo snel opsta dat de stoel om flikkert. Michael kijkt me een paar tellen aan en rent dan half huilend weg. 'Dat is... knap.' 'Jep.' 'Gefeliciteerd, Sophie. Je hebt Michael half aan het huilen gekregen.' 'Ik hoop voor jou dat je dat niet sarcastisch bedoeld.' zeg ik waarschuwend tegen Ashton. 'Nee, nee. Ik bedoelde het als compliment.' 'Dat mag ik hopen voor jou.' 'WHAT THE FACK?! GA WEG!' klinkt plots Michaels stem geschrokken van boven. Een paar tellen kijken we elkaar aan en daarna rennen Max en Ashton weg terwijl ik achter hen aan slof. 'GA WEG! ALSJEBLIEFT! GA WEG! LAAT ME MET RUST!' schreeuwt Michael jammerend en nu word ik toch nieuwsgierig en ga ik iets sneller de trap op. 'ALSJEBLIEFT!' roept Michael weer en snel loop ik de kamer in waar zijn geschreeuw uitkomt. Michael zit met grote ogen jammerend naar één plek te staren terwijl Max en Ashton hem proberen te kalmeren. 'Michael, er is niks. Rustig, er is niks.' zegt Max terwijl hij Michael "zachtjes" door elkaar schud. 'ALSJEBLIEFT! IK HEB HET ECHT GEPROBEERD! LAAT ME NU ALSJEBLIEFT ALLEEN!' jammert Michael weer. 'Michael, er is echt niks. Rustig nou.' 'WAAROM ZIEN JULLIE HEM NIET? HIJ STAAT DAAR! HIJ STAAT ME DAAR GEWOON AAN TE STAREN!' roept Michael radeloos uit. 'Michael, niemand is je aan het aanstaren. Er staat daar echt niemand.' 'JAWEL! KIJK DAN! ASHTON, JIJ MOET HEM OOK ZIEN! JIJ HEBT HEM VERMOORD! JE MOET HEM ZIEN! HIJ KAN HIER NIET ZIJN OM ALLEEN MIJ TE LATEN BOETEN!' schreeuwt Michael wanhopig terwijl hij Max van zich afslaat. Met een harde klap komt Max tegen de muur aan en er verschijnen barsten in de muur. Snel krabbelt Max overeind en gaat weer naast Michael zitten. Ashton daarentegen kijkt Michael versteend aan. 'S... staat hij daar?' stamelt Ashton en het lijkt net alsof hij bang is. Maar waarvoor is hij dan bang...? 'JA! JA! KIJK DAN! HIJ STAAT DAAR! HIJ KIJKT JE AAN!' schreeuwt Michael haast opgelucht dat iemand hem gelooft. Voor ik met mijn ogen kan knipperen is Ashton de kamer uit en zijn Max, Michael en ik alleen samen met degene die Michael ziet en waar Ashton voor gevlucht is. Ik concentreer me op de plek waar Michael beweert dat er iemand staat en na een halve minuut intensief naar de plek staren verschijnt er een plotselinge lichtflits en zie ik in een korte, felle lichtflits een jongetje met een opengereten keel en een lege blik Michael aanstaren maar in die flits schieten zijn ogen even naar mij en dan weer naar Michael. Dan zie ik het jochie niet meer. 'Wie is dat, Michael?' vraag ik hem zacht terwijl ik naast hem ga zitten. Michael maakt alleen maar jammerende geluidjes. 'Wie is dat, Michael?' vraag ik iets dwingender. Nog steeds geen antwoord. 'Michael! Wie. is. dat?' vraag ik dwingend. 'Mijn... mijn...' 'Jouw'n?' 'Mijn-' Dan valt Michael flauw. Vloekend hou ik me in om hem geen trap te verkopen. Duidelijk verbaasd kijkt Max van de nu bewusteloze Michael naar mij. 'Hoe deed je dat?' 'Hoe deed ik wat?' vraag ik nors. 'Michael laten flauwvallen.' 'Dat heb ik niet gedaan, dat heeft hij lekker zelf gedaan.' 'Vampiers vallen niet flauw, Sophie. Tenzij een geestenwandelaar of Benwar zich er mee bemoeit.' 'Ja, nou en? Ik ben geen geestenwandelaar! Nog niet, ten minste.' 'Daar vergis je je in. Ik weet dat jij pas een geestenwandelaar werd toen je gebeten werd, maar dat hoeft. Meestal zijn het geboren weerwolven die een geestenwandelaar zijn, ja. Gebeten weerwolven als geestenwandelaar bestaan niet en geestenwandelaars die gewoon geestenwandelaars zijn en niet in een wolf kunnen veranderen zijn zeldzaam. En daarom ben jij zeldzaam. Je bent een geestenwandelaar alleen geen weerwolf.' Dat is een compleet nieuw stukje informatie. 'Dat had je niet verwacht, hè?' 'Eh, nee.' Max kijkt me met glinsterende ogen aan en er speelt een zeer irritant glimlachje om zijn lippen. Plots schiet Michael overeind en grijpt hij me vast. 'WOW, MICHAEL! RUSTIG!' roept Max geschrokken uit. 'IK GA JE VERMOORDEN, BITCH!' Schreeuwt hij hard terwijl zijn handen mijn keel vastklemmen. 'MICHAEL! LAAT HAAR LOS!' roept Max terwijl hij aan Michael begint te trekken. Michael knijpt mijn keel dicht en wild spartelen probeer ik uit zijn greep te komen. 'MICHAEL! LAAT LOS! NU!' brult Max hard en duidelijk geschrokken laat Michael mijn keel los. Direct schuif ik zo ver mogelijk uit zijn buurt terwijl ik zoveel mogelijk zuurstof mijn longen in probeer te krijgen. 'Waar was dat goed voor Michael? Wat heb je gezien dat een heel erg goede reden is om haar te vermoorden?' bijt Max hem duidelijk pissig toe. 'Dat is iets dat je toch nooit zult begrijpen.' snauwt Michael hem toe voor hij kwaad weg stampt. 'ALS DIT OM JE BROERTJE GAAT, DAN WEET IK PRIMA WAT JE BEGRIJPT!' schreeuwt Max hem kwaad na. 'Gaat het Sophie?' Trillend knik ik. Zodra Max een stap in mijn richting zet, schuif ik snel nog een stuk naar achteren. Ik weet dat dat niet eerlijk is tegenover Max maar ik heb het op dit moment even helemaal gehad met vampiers en vooral met een bepaalde vampier. Max knikt begrijpend en verlaat zwijgend de kamer. Mijn hoofd leg ik tegen de muur aan en probeer mezelf en mijn ademhaling helemaal tot rust te brengen. Was dit echt mijn fout? Heb ik echt Michael zoveel pijn gedaan door hem te dwingen om te zeggen wie dat was dat hij me moest vermoorden? Zo erg kan het toch niet geweest zijn? Toch? 'Sophie?' klinkt Ashtons stem van achter de gesloten deur. 'Laat me met rust.' mompel ik zwakjes terwijl ik mijn hoofd van de muur haal en mijn ogen open. 'Je moet weten dat Michael het niet zo bedoeld. De wond is nog niet helemaal genezen.' 'Ja, en dat geeft hem ook echt een reden om mij te vermoorden.' mompel ik sarcastisch. 'Nee, dat geeft het hem niet maar weet wel dat hij het echt niet zo bedoeld.' 'Tuurlijk, Ash, tuurlijk...' Het zijn allemaal bedriegers, die vampiers. Ashton weet ook heus wel dat het mijn fout is en dat Michael het wel zo bedoeld. Ik moet hier gewoon weg. Ik wil met niemand meer contact hebben die ook maar iets met bovennatuurlijke wezens te maken heeft ook al ben ik er zelf één. Ik wil gewoon een mens zijn. Een normaal mens dat zich alleen druk hoeft te maken om haar doorsnee leventje zonder dat er ooit echt iets bijzonders gebeurd. Een normaal mens dat zich alleen maar zorgen hoeft te maken over school, vriendjes en problemen in de wereld. Geen bovennatuurlijk, zeldzaam wezen dat zich vooral moet beschermen tegen andere bovennatuurlijke wezens, oorlog tussen Roedels of het geheim bewaren voor de mensen. Ik wil gewoon... gewoon zijn. Zou ik ooit nog gewoon kunnen zijn? Ook na dit? Zou ik misschien zelfs wel gewoon weer met pap naar Nederland kunnen verhuizen en daar weer mijn leven oppakken? Gewoon al mijn problemen hier achterlaten en een heel nieuw leven opstarten? Zou dat kunnen? Want als het zou kunnen zou ik die kans meteen bespringen en hem nooit meer laten gaan. Kon Michael het geheugen niet wissen of bewerken? Zou hij dan al het bovennatuurlijke uit mijn geheugen willen wissen net zoals alle bovennatuurlijke vrienden en wezens die ik hem leren kennen en ook mijn coma-wereldje. Zodat ik eindelijk een leven zou kunnen leiden zonder al die problemen over het bovennatuurlijke. Ik ga het hem vragen. Hij zou daarna toch nooit meer last van me hebben aangezien ik me hem dan niet meer herinneren. 'Maar Maaike dan?'  fluistert een innerlijk stemmetje me toe. 'Zou je echt alles met Maaike en Quinten willen verliezen? Al jullie herinneringen samen?  En denk je nou echt dat ze je met rust laten als je ze niet meer herinnert? Ze zullen er dan juist op gebrand zijn om de herinneringen op te halen. Om je ze te laten herinneren.' 'Dan ga ik ze eerst vertellen dat ze me met rust moeten laten. Dat ik niks meer met ze te maken wil hebben. Dat ik een normaal mens wil zijn.' 'En Seff dan? Hij is wel je broer.' 'Hij zal me maar moeten laten gaan want ik ben vastbesloten om een normaal mens te zijn. Ik wil nu echt niks meer te maken hebben met alles wat bovennatuurlijk is.' 'En wat als je er spijt van krijgt?' 'Hoe kan ik er spijt van krijgen als ik me er niks meer van herinner? Als het bovennatuurlijke me wil, komt het wel naar me toe maar als ík het niet wil, kan ik er ten minste van weglopen.' Het stemmetje zwijgt en ik sta op. Vastberaden loop ik de kamer uit en ga ik opzoek naar Michael. Na vijf minuten heb ik hem gevonden. 'Michael.' 'Wat moet je?' zegt hij bot terwijl hij me niet aankijkt. Hij is duidelijk boos op mij en dat kan ik hem ergens niet kwalijk nemen. Waarschijnlijk had hij dat allemaal niet gezien als hij mijn bloed niet had gedronken en ik hem niet gedwongen zou hebben om te vragen wie dat jongetje is. Ik haal diep adem en begin: 'Ik wil dat je al het bovennatuurlijke in mijn geheugen wist. Ook alle personen die bovennatuurlijk zijn. Ook die herinnering van dat jongetje van daarnet en ook mijn droom toen ik in coma lag. En ik wil me echt niks, maar dan ook echt niks meer herinneren.'

Oeeeehhh, gaat Michael het doen? Of niet, puur op Sophie te kwellen en irriteren?

Keep dreaming!

Me.



It's complicated ●The Lost Mind Series●Where stories live. Discover now