Hoofdstuk 28: Point of view Edward

34 2 0
                                    

Dit stukje is geschreven vanuit Edward :D

Met loeiende sirenes kwamen er brandweerwagens het schoolterrein op rijden. Vlak daar achteraan een politie auto en een ambulance, Carlisle stapte verrassend genoeg uit de auto en liep gelijk naar ons toe. "Ja, we waren vanochtend al thuis omdat we ons zorgen maakten om Calicia en toen kreeg ik een telefoontje van werk of ik kon invallen." zei hij al voordat we iets konden vragen. De roedel was intussen naar ons toe gelopen. "Hebben jullie Leah gezien? Ze had toch samen les met Calicia?" vroeg Seth aan mij. Ik keek hem aan en fronste, iedereen zou op dit moment op het schoolplein moeten staan omdat het brandalarm was af gegaan. "Ik heb Calicia nog niet gezien, Leah ook niet trouwens." zei ik. "Wat is er gebeurd, waarom zijn de brandalarmen af gegaan?" vroeg Carlisle. 

"In het scheikunde lokaal hebben ze proeven gedaan, met iets van monnikskap ofzo. De proeven zijn uit de hand gelopen en er zijn dikke gaswolken vrijgekomen, die hangen nog in het lokaal en dat heeft het brandalarm laten afgaan. Mijn vader kwam met de politie mee, hij wist me dat te vertellen." zei Bella die bij mij kwam staan. Ik legde gelijk mijn arm om haar middel. We waren allemaal even stil, ik hoorde de gedachten van Alice *Calicia heeft toch ook scheikunde vandaag?* vroeg ze zichzelf af. "Leah heeft vandaag scheikunde." zei Seth ineens. "Calicia ook!" riepen Alice en ik tegelijk verbaasd. Sam en Jacob waren aan het ijsberen, hun gedachten maakten overuren. Carlisle was op zijn mobiel dingen aan het opzoeken op internet, over monnikskap. "Monnikskap is giftig voor wolven, een grote dosis innemen is dan ook dodelijk." zei hij en liet met een klap zijn telefoon uit zijn handen vallen. "Calicia en Leah, ze moeten nog in het gebouw of in het scheikunde lokaal zijn. Ze kunnen niet wegkomen omdat het giftig is voor wolven." zei hij zo zacht mogelijk dat alleen wij en de andere wolven het konden verstaan. 

Seth en Paul wilden al naar binnen rennen, ik hield ze gauw tegen. "Laat ons gaan, jullie zullen ook vergiftig raken." zei ik. "We kunnen ze niet via het schoolplein naar buiten dragen, de hele school zal zich afvragen waarom ze vergiftigt zijn. Dat valt te veel op. Rosalie zet de Volvo van Edward aan de achterkant van de school." zei Carlisle. "Heeft iemand van jullie een auto mee?" vroeg hij aan de roedel. "Tuurlijk, ik zal mijn auto ook achter school zetten." zei Sam. "We moeten snel handelen, Emmett, Jasper en Edward meekomen. Alice en Rose, ga naar de achterkant van de school en wacht daar op ons." zei Carlisle. 

We liepen ongezien en zo snel mogelijk het gebouw binnen en baande ons een weg naar het scheikunde lokaal. De paarse rook kwam al onder de deur door. "Probeer niet te ademen, ander kan je de rook misschien meenemen naar de rest." zei Carlisle en opende de deur. Een dikke paarse rook sloeg in ons gezicht en rolde de gangen op, het lokaal was gevuld met rook waardoor je bijna niks zag. "Concentreer je op hun hartslag, Jasper met mij mee. Emmett en Edward jullie zoeken ook samen." zei Carlisle vlug en liep met Jasper van ons weg. Met Emmett aan mijn zij liepen we door het lokaal, ik probeerde mij zo goed mogelijk op hartslagen te concentreren en het lawaai van buiten uit te sluiten. *Ik geef het niet graag toe, maar ik maak me veel zorgen om Leah en Cali.*  zei Emmett in zijn gedachten tegen mij. Ik legde mijn hand even op zijn schouder en kneep er zacht in, ten teken dat ik hem hoorde en mij ook zorgen maakten. 

"Ja! Calicia!" riep Jasper plotseling. Ik liep met Emmett verder, dat betekende dat Leah hier ook moest zijn. "Leah!" riep ik dan ook opgelucht toen ik haar vond. Emmett tilde haar gelijk op in zijn armen en nam haar mee het lokaal uit. Jasper liep voor ons met Calicia en Carlisle liep gelijk naar de achteruit gang. Pas toen we buiten waren zag je hoe slecht ze er aan toe waren. Wonden op hun lichamen zagen er diep en etterend uit, paars vocht droop er uit. Hun ademhaling was bijna niet te horen en hun hartslagen waren traag. "Niet dichterbij komen! Houd afstand!" riep Carlisle naar de wolven terwijl Rosalie en Alice ze tegenhielden. "Wij gaan naar huis, Carlisle heeft daar alles wat hij denkt nodig te hebben." zei ik terwijl ik naar Sam liep. "Je moet de stamoudsten verzamelen, alle boeken die je maar over wolven hebt meenemen en naar ons huis komen. Carlisle heeft geen idee hoe hij dit moet behandelen, we gaan ons uiterste best doen maar we hebben jullie hulp er bij nodig." zei ik tegen hem. Daarna richtte ik mij op de andere wolven. "Jullie zijn bij ons welkom, ik begrijp hoeveel zorgen jullie je maken. Esmé zal jullie opvangen met eten en drinken, maar kom niet naar boven en laat ons ons werk doen." zei ik. 

Daarna stapte ik in mijn Volvo, Jasper zat op de achterbank met Calicia en Rosalie stapte in op de passagiers stoel. Ik reed met piepende banden het terrein af en zag in de spiegel dat Jacob in de auto van Sam reed en vlak achter ons aan kwam, Leah lag in die auto. "Fuck! Edward doorrijden!" riep Jasper. Het lichaam van Calicia begon te schudden en paars schuim liep uit haar mond. Jasper probeerde haar zo goed mogelijk op haar zij te leggen zodat ze niet zou stikken in het schuim. Wat die troep met mijn auto zou doen kon mij echt geen ene flikker schelen, Calicia en Leah waren het aller belangrijkste op dit moment.

Zo, dat was weer een stukje. Kunnen jullie een reactie achterlaten wat je er van vindt? Dankjewel :D

My life was not easy. But then, you walked into my lifeWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu