Hoofdstuk 18: Ziek en zee

43 3 0
                                    

Gillend, schreeuwend en huilend werd ik wakker, nachtmerries bleven maar komen en de pijn was bijna niet te houden. Gelijk voelde ik de vertrouwde gespierde armen van Paul om me heen, ze gaven troost en een veilig gevoel. "Waarom veranderd ze niet?" vroeg een onbekende vrouwenstem bezorgd. "Omdat ze al die traumatische ervaringen van vroeger nooit heeft verwerkt, ze kan het niet aan." zei Sam. "Door die vieze vampiers zit ze nu in deze toestand, we hebben geen idee hoelang dit gaat duren en of ze het überhaupt gaat overleven." zei hij. "Billy, Sue en oude Quil zijn al uren in overleg. Maar ook zij hebben geen idee." zei Jacob vervolgens.  Ik voelde dat er een koude natte doek op mijn voorhoofd werd gelegd, waardoor ik weer wat rustiger werd.

Het ging al 2 dagen zo. Telkens als ik in slaap viel, werd ik na een paar uur wakker van de nachtmerries en de pijn. Schreeuwend en huilend, om vervolgens te kalmeren in Paul zijn armen of Sam en daarna weer in slaap te vallen. Ik had niks gegeten, had hoge koorts en wilde nauwelijks bewegen door de pijn. Ik was bij Sam thuis, dat had hij mij verteld. De bank was uitgeklapt tot een slaapbank en daar lag ik nu op. "Ze moet echt een keer afkoelen, dit is niet gezond." zei die onbekende vouwenstem weer. "Dat weet ik Emily, maar hoe. De koorts blijft terugkomen." zei Sam. Emily....dat moest Sams verloofde zijn. 

Ik opende langzaam mijn ogen toen de deur open en dicht ging. "Carlisle wil haar onderzoeken, hij denkt dat ie misschien kan helpen." zei Bella die langzaam binnen kwam lopen. "Bedankt Bella, maar het lijkt me niet verstandig haar in deze staat bij die vampier in de buurt te laten. Het lijkt me verstandig dat jij er ook uit de buurt blijft." zei Sam. "Wees niet bang, van Edward mag ik er tijdelijk ook niet komen tot alles bedaart is. Hij snapt ook niet wat er allemaal thuis aan de hand is." zei ze rustig en kwam dichterbij. "Hé, ik moest deze afgeven van Alice. Ik heb hem gewassen zodat hun geur eruit is." zei ze en gaf mij een knuffelbeer. Gelijk pakte ik hem aan en verstopte me ermee in Paul zijn armen zodat niemand er rare dingen over zou zeggen. "Wat is dat?" vroeg Paul. "Die knuffel heeft ze altijd bij zich gehad, toen ze bij de Cullens kwam al. Alice weet dat Calicia er gehecht aan is." zei Bella. "Heb jij hem ook nog steeds?" vroeg Sam verbaasd.

Ik draaide me nu naar hem om en keek hem met grote ogen aan. "Jij ook dan?" vroeg ik. Hij knikte, stond op en liep naar boven. Even later kwam hij terug met precies de zelfde knuffelbeer, alleen die van mij had een rood strikje en die van hem een donker blauwe. "Dit is het laatste cadeau dat we van onze moeder hebben gekregen voordat.....ze vermoord werd." Zei Sam. "Ik ben teruggegaan om ze te halen, maar ik kon de jouwe nooit vinden. Ik dacht dat hij kwijt was of was weggegooid." zei Sam. "Ik had hem altijd bij me." zei ik zacht en glimlachte een beetje. 

De rust werd verstoord toen de jongens met luid kabaal het huis in liepen. "Zo gaat dat hier altijd." zei Paul lachend. Zijn lichaam schudde van het lachen waardoor ik ook een beetje door elkaar werd geschud. Een vreemde en verrassende geur kwam ook de kamer binnen waardoor ik overeind begon te komen. Zodra Paul mij probeerde tegen te houden kleurden mijn ogen zilver en gromde ik naar hem. Verrast stond hij op en deed een stap achteruit, om mij vervolgens met samen geknepen ogen weer aan te kijken. "Wat doe je." zei hij. Ik stond langzaam op en duwde handen weg die mij wilden tegenhouden. Geen idee hoe, maar uiteindelijk had ik de achterdeur bereikt en was ik naar buiten gelopen. "Calicia!" werd er nog achter mij geroepen maar ik negeerde het. Ik was waar die geur vandaan kwam, omdat ik op school met Paul het zelfde had meegemaakt. Mijn wolf kwam meer naar de oppervlakte waardoor ik mijn inprent makkelijker kon herkennen. Mijn inprent had er tussen gezeten en ik wist zeker dat als ik hem zou zien ik gelijk zou veranderen in een wolf en zou inprenten. Maar dat waren dingen die ik niet wilde. Ik wilde niet nog een inprent, ik wilde Paul. Ik wilde niet veranderen want ik was bang voor mezelf, ik was bang voor mijn eigen wolf. Uiteindelijk hielden mijn benen het niet meer en zakte ik door mijn benen heen en zakte ik in elkaar op de grond. Ik had niet gekeken waar ik naar toe liep en besefte me niet goed wat er gebeurde. Terwijl mijn lichaam in elkaar zakte, rolde ik van een heuvel af door het zand, uiteindelijk landde ik in het water, de zee, maar ik kon met geen mogelijkheid overeind komen en de golven waren wild. Ze trokken mijn lichaam steeds meer en meer de zee in, steeds dieper en dieper tot ik mijn bewustzijn verloor

My life was not easy. But then, you walked into my lifeWhere stories live. Discover now