Hoofdstuk 14: Paul en zijn vader

44 2 0
                                    

Na 2 uurtjes werd ik wakker bij de schoolarts, ze deden een kleine check-up en ik werd naar mijn klaslokaal gebracht. "Zo, mevrouw Smith. Waar komt u zo laat vandaan?" vroeg Meneer Gallen. Die docent had ik voor geschiedenis en had altijd de pik op mij, er was altijd wel iets waarmee hij wilde dat ik na bleef. Maar dan had ik het geluk dat Edward de geschiedenisles ook volgde en wist hij de docent er van te overtuigen dat hij geen geldige reden had. Edward zat er nu ook, maar wist natuurlijk niet waar ik vandaan kwam. Gelukkig voor mij was de schoolarts meegelopen. "Calicia had 1 van haar bekende aanvallen, 2 jongens van de La Push school brachten haar binnen. Alles is in orde en ze kan haar lessen weer verder volgen." zei hij en vertrok. De docent had hier verder niks tegen in te brengen omdat hij mij hier niet voor mocht en kon laten nablijven.

De dag ging langzaam voorbij en ik negeerde iedereen om mij heen. Elke Cullen, iedereen van de La Push school die naar mij toe kwam, zelf Bella kreeg geen antwoord. Ik was nog steeds boos maar niemand hoefde te weten waar het om ging of wat er gebeurd was. "Ik ga lopend denk ik." zei ik tegen Edward toen de lessen voorbij gingen en we naar de auto liepen. Hij legde zijn hand op mijn schouder en knikte, verder vroeg hij niks. Als mij iets dwars zat, wilde ik vaak gewoon alleen zijn. Als iemand mij dan lastig viel, kwam er alleen maar ruzie. "Ik zal Carlisle en Esmé zeggen dat je lopend bent, maar wel direct naar huis doorlopen hè" zei hij. Ik knikte naar hem, zwaaide naar de andere Cullens en liep richting het bos om de wandeling naar huis te starten.

"Calicia wacht! We moeten praten!" riep Paul ineens toen hij naar buiten kwam. Gauw trok ik een sprintje en rende de bossen in, ik wilde helemaal niet praten. Lichte voetstappen volgden mij, maar herkennen deed ik ze niet goed. Ik stopte met rennen en draaide me om, Leah liep achter mij en stopte ook. "Hij komt niet achter je aan, hij moet wachtlopen dus die tijd heeft hij niet." zei Leah rustig. "Oke, tot morgen." zei ik en liep weer verder richting huis. "Calicia wacht, mag ik wat zeggen?" vroeg ze. Een diepe zucht glipte tussen mijn lippen door. "Zeg het maar." zei ik terwijl ik gewoon door liep. "Paul bedoelde het niet zo vanmiddag, ik heb van hem gehoord wat er buiten gebeurd is." zei ze. "Fijn, nu weet de hele roedel het zeker al." zei ik geïrriteerd. Leah zuchtte zacht. "Oke, luister. Paul wil je dit misschien liever zelf vertellen, maar ik zal het je vertellen omdat je zo boos op hem bent. Snap ik volkomen, meer dan je denkt maar dat is een verhaal voor een andere keer." Begon ze. Ze pakte mijn arm waardoor ik stopte met lopen en ik keek haar afwachtend aan. "Paul heeft gisteren ontzettende ruzie gehad met zijn vader, die is namelijk zwaar aan de drank. Paul zijn moeder is een aantal jaar geleden overleden, vanaf dat moment is zijn vader aan de drank gegaan en hebben ze eigenlijk dagelijks wel ruzie. Gisteren werd het zo erg dat hij Paul met een fles heeft geslagen." zei Leah zacht. Geschrokken sloeg ik mijn hand voor mijn mond. "Het is nog nooit zo erg geweest, gelukkig liepen Sam en Jacob in de buurt en gingen ze af op het lawaai. Ze hebben Paul meegenomen en mijn moeder heeft zijn wonden verzorgt. Paul woont nu bij Sam in huis, tot er een plek is in een verslavingskliniek voor zijn vader." zei ze zacht. 

"Wat erg." fluisterde ik geschrokken. "Natuurlijk voelt hij zich zo rot." zei ik zacht. "Maar wacht, wat moest hij dan met Rachel." zei ik. "Rachel is de oudere zus van Jacob, ze hebben een tijdje een relatie gehad. Als Paul weer ruzie had gehad met zijn vader, was Rachel er altijd voor hem. Door haar voelt hij zich dan weer wat beter, denk ik." zei Leah. "Hij had naar mij toe moeten komen, toen ik thuis zat vanwege de hersenschudding heb ik mijn hele problematische leven aan hem vertelt." zei ik een beetje boos. "Paul is echt niet iemand die over zijn gevoelens gaat praten, de enige waarbij hij dat ooit deed was zijn moeder." zei Leah.  Intussen waren we verder gelopen en stonden we nu bij de Cullens op het grasveld. "Paul is jaren en jaren opzoek geweest naar zijn inprent, in de hoop dat zij zijn leed kon verzachten. Nu heeft hij jou eindelijk gevonden, blijkt dat de inprent geblokkeerd wordt. Je kan hier niks aan doen en je moet gewoon je tijd nemen, maar voor Paul is alles gewoon wat te veel. Als je wat van Paul wil of je wil van Rachel af moet je hem laten merken dat je om hem geeft." zei ze. "Sorry, ik moet gaan." zei ze daarna. "Leah bedankt voor alles." zei ik. Ze knikte, draaide om en rende de bossen in.

My life was not easy. But then, you walked into my lifeWhere stories live. Discover now