Hoofdstuk 33

1.5K 99 19
                                    

Hoofdstuk 33

Het was raar om 's nachts in het bos te zijn. Overdag leek het bos zo vredig, maar 's nachts leek het alsof er achter elke boom iets verstopt zat. Iets wat je liever niet tegenkwam in het donker.

Ik stapte stevig door en probeerde de geluiden om me heen te negeren. Ik probeerde mezelf voor te houden dat ik niets te vrezen had van de dieren in het bos. Ik zou eigenlijk bang moeten zijn voor de mensen die zich verstopt konden hebben. Mensen die voor Dean werkten bijvoorbeeld.

Er vloog iets vlak langs mijn gezicht heen en ik moest een gil onderdrukken. Het was vast gewoon een vogel. Of een vleermuis. Of iets om me mee te vermoorden. Nee, daar mag je niet aan denken, Susan. Het was gewoon een vogel. Een nachtvogel of zo.

Ik was aangekomen bij mijn eik. In het donker kon ik hem net zien. Ik wist dat ik nog verder moest. Ik was op weg naar de klif. Vanaf daar kon je over het hele dal uitkijken. De laatste keer dat ik daar geweest was, was de dag voordat ik weer naar school moest. Toen ik nog een beetje een normaal leven had. Toen alles nog niet zo ingewikkeld was. Ik zuchtte. Kon ik nog maar terug naar die tijd.

Mijn gedachten gingen even naar Joseph. Zou hij hier zijn? Vast wel. Automatisch keek ik om me heen, maar ik wist dat ik hem niet kon zien. Hij was vast onzichtbaar en zelfs als hij dat niet was, kon ik hem nog niet zien. Het was te donker.

Na al die dagen dat Joseph bij me was, begon ik hem eigenlijk best aardig te vinden. Hij was waarschijnlijk de enige persoon waar ik nog eerlijk tegen kon zijn.

Hij had het geheugen van Rachel en Liam trouwens niet echt gewist. Alleen sommige dingen ervan. Dingen die te maken hadden met Dean en de kerkje op de begraafplaats. Eigenlijk was ik daar best blij mee. Zo hoefde ik ze niets uit te leggen dat ik toch niet kon.

In de verte zag ik de klif. Het laatste stukje rende ik ernaartoe. Ik plofte neer in de sneeuw en keek naar het dal. In de verte zag ik de lichtjes van een dorp. Alles zag er zo vredig uit. Boven me schitterden honderden sterren en er was een volle maan.

Misschien was dit moment van de dag wel het beste moment. Alles was rustig en stil en... ik was hier niet gekomen voor het uitzicht. Ik moest nadenken. Diep nadenken.

Terwijl ik naar het dorp onder me staarde, ging ik mijn opties na. Weglopen had geen zin. Dean zou dan als nog mijn ouders vermoorden. Eigenlijk zou ik mijn ouders en mijn vrienden moeten verstoppen. Maar natuurlijk was dat onmogelijk. Dean kende vast wel halfmensen die mensen konden opsporen.

Mijn tweede optie was om alles aan Luke te vertellen. Hij zou vast wel weten wat ik moest doen. Misschien wist hij zelfs wel hoe ik ervoor kon zorgen dat iedereen veilig was. Maar Dean was slim en ik wist zeker dat hij er meteen achter zou komen als ik iemand erover zou vertellen. Alles aan Luke vertellen, hoe graag ik dat ook wilde, was geen goed idee.

Mijn derde, en misschien wel beste optie, was om te zorgen dat ik niets over hun plannen te weten zou komen. Als ik niets wist kon ik Dean ook niets vertellen, toch? Zou hij daarin trappen? Als ik nou gewoon zo min mogelijk naar de plannen vroeg, als ik nou gewoon zo min mogelijk met Luke en Iris om zou gaan, zou ik dan iedereen kunnen redden?

Daar bleef ik een hele tijd over nadenken. Plannen bedenken was niet echt mijn specialiteit, maar ik vond dit wel een goed idee.

Maar als ik dit echt wilde, wat moest ik dan doen met Luke? Als ik hem zou zeggen dat ik niets over de plannen wilde weten, zou hij zeker argwaan krijgen. Misschien moest ik... Nee! Daar mocht ik niet aan denken. Dean kon mijn hele leven verpesten, maar ik ging het echt niet uitmaken met Luke. Nooit. Echt niet.

'Doe je dit vaker? Want als het antwoord ja is, wil ik meer betaald krijgen.'

Ik draaide me met een ruk om en zag Joseph staan. 'Hij betaald je niet,' zei ik en ik draaide me weer om.

Hij liep naar me toe en kwam naast me zitten. Hij staarde ook naar het dorp onder ons. 'Hoe weet jij dat? Denk je dat ik dit allemaal vrijwillig doe,' vroeg hij.

'Misschien,' zei ik, 'maar ik denk niet dat hij je betaalt met geld.'

'Je bent best wel slim, hé?' Joseph keek me van opzij aan.

'Ik heb zo mijn momenten.' Joseph grinnikte. 'Dus, waarom zijn we hier? Ik moet bekennen dat ik je even kwijt was.'

Ik gaf geen antwoord en staarde voor me uit.

'Oké, mag ik dan raden? Ik wel een ideetje.' Hij wachtte niet totdat ik antwoord gaf, maar ging gewoon meteen verder. 'Ik denk dat je iets probeert te bedenken om onder je afspraakjes met Dean uit te komen. Je wilt je vriendjes niet verraden dus probeer je een plan te bedenken.' Hij leunde achterover waardoor hij met zijn rug in de sneeuw lag. 'Heb je de sterren trouwens al gezien? Ze zijn prachtig.'

Ik keek omhoog. De sterren waren inderdaad prachtig.

'Ik weet gewoon niet wat ik moet doen,' bekende ik na een tijdje.

'Slapen. Dat doen de meeste mensen om half twee 's nachts.'

Ik keek hem boos aan. 'Even serieus graag.'

'Oké.' Joseph ging rechtop zitten. 'Je wil dat ik je ga helpen om mijn baas te saboteren? Waarom zou ik dat doen? Je verzint je eigen plannetjes maar.'

'Je bent de enige met wie ik kan praten! Je moet me helpen!'

'Ik moet niks.'

'Vermoord Dean mijn ouders en vrienden als ik wegloop,' vroeg ik bijna wanhopig.

Joseph trok zijn wenkbrauw op. 'Is dat je plan? Weglopen?' Hij schudde zijn hoofd. 'Ik neem mijn woorden terug. Je bent echt niet slim.'

'En als ik alles aan Luke vertel? Gaan er dan mensen van wie ik houd dood?'

'Als jij iets aan Luke vertelt is mijn taak om dat meteen te vertellen aan Dean. En waarschijnlijk gaan er dan heel veel mensen van wie je houd dood.' Hij keek me indringend aan. 'Geen goed plan. Echt geen goed plan.'

Ik zuchtte en ging op mijn rug in de sneeuw liggen. 'Verder heb ik geen plannen meer,' zei ik. Ik wilde hem mijn laatste plan niet vertellen. Die zou hij toch niet goed vinden.

'Mooi zo,' zei Joseph. Hij stond op en veegde de smeltende sneeuw van zijn kleren. 'Doe nou maar gewoon wat je moet doen, dan komt alles goed. En dan kunnen we nu naar huis.' Hij stak zijn hand naar me uit en hielp me overeind.

'Het komt helemaal niet goed,' zei ik boos toen ik rechtop stond. 'Als ik Dean help gaat Luke dood en als ik hem niet help gaan mijn ouders en vrienden dood. Hoe kan het nou goed komen?'

Joseph besteedde geen aandacht aan mijn uitbarsting en draaide zich om. Hij liep gewoon het bos in.

Toen ik hem bijna niet meer kon zien, riep hij: 'Ik denk dat je een keuze moet maken. Van wie hou je het meeste? Van Luke of van je ouders en je vrienden? Ik zou het wel weten.' Toen verdween hij in het bos.

Ik zakte weer in elkaar in de sneeuw. Misschien was dat echt wel mijn keuze. Want van wie hield ik het meeste? Van Luke? Of van mijn ouders en vrienden?



Green Eyes (oude versie)Where stories live. Discover now