Hoofdstuk 38

572 33 9
                                    

Say Amen (Saturday Night)  ~Panic! At The Disco



Niamh

Bran en ik lopen hand-in-hand de straat over om geen aandacht te trekken. Alsof zijn goddelijk uiterlijk dat nog niet doet. Zijn gezicht staat een beetje streng, zoals altijd. Een resting bïtch-face.

Ik moet wat sneller lopen aangezien Bran nogal grote passen neemt. Ik snuif geïrriteerd als ik een beetje moet snelwandelen omdat hij extra snel loopt nu. Ik mis de zelfingenomen grijns op zijn gezicht.

Al snel zijn we op een andere parkeer plaats en zie ik een vijftal zwarte auto's staan.

Helemaal niet verdacht of zoiets hoor. 10/10 normaalheid.

Er leunen een paar gespierde mannen tegen de auto's, van deze afstand kan ik zien dat ze praten. Zodra ze ons zien, gaan ze weer in positie en sommige hebben een klein lachje op hun gezicht, alsof iets hier heel grappig is.

Bran trekt me aan mijn hand mee naar een van de auto's en dumpt me daar. Binnen zit Milan samen met Santos (als ik me goed herinner). Iemand die ik niet herken zit achter het stuur, met Milan dus als shotgun. Ik wordt door iemand verder de auto in geduwd zodat ik in het midden kom te zitten, achterin. Door deze behulpzame beweging raakte het behulpzame persoon mijn achterwerk aan. En er zijn maar twee wezens op deze planeet die dat mogen doen. Maaike en ik. Ik kijk vernietigend naar de fücker, in dit geval Tulio (volgens mij?). Hij lacht alleen charmerend naar mij en helpt zichzelf ook in de auto, naast mij. Ik haal mijn neus en kijk boos naar voren. Fück hij is wel knap. Santos is ook niet verkeerd, maar misschien een beetje te oud. Ik werp een snelle blik op Tulio. Hij heeft zwart krullerig haar, gepaard met prachtige donker bruine ogen, bijna net zo mooi als die van Bran. Tulio vangt mijn blik en grijnst, door deze beweging laat hij zijn parel witte tanden zien die wit afsteken tegen zijn olijfkleurige huid. Ik snuif weer. Stomme knappe mensen.

De auto start en we zitten in een awkward stilte tot Tulio een soort van raar knor geluid maakt en dan keihard lacht. Santos en ik kijken hem aan. Milan schenkt Tulio geen blik waardig en de chauffeur kijkt snel in de achteruit spiegel. Tulio haalt adem en veegt een paar tranen weg.

"Ohh... geweldig..." begint hij, voordat hij weer in lachen uitbarst. Ik kijk snel naar Santos die zijn schouders ophaalt. Hij weet het ook niet.

"Dude, wat is er grappig?" Vraag ik. Ah, daar is mijn gewoonte weer om mensen dude te noemen. Tulio komt weer bij van zijn slappe lach.

"Oh die fietser viel van zijn fiets, en het deed me denken aan een..hoe noem je dat ook alweer...chiste...Ohja een grap.."

"Come at me," zeg ik.

"Okey.. 'Chuck Norris-'".

Dit wordt goed.

"-viel een keer van zijn fiets, de weg is nooit meer dezelfde geweest'."

"Oh mijn shït, die is nog best wel goed, ik heb er ook een. 'Chuck Norris kan viool spelen met een piano'." Ik snuif weer vandaag, maar deze keer van de lol. Zo gaat het nog een tijdje door. Door de afleiding merk ik niks van de route die we nemen.

-_-_-_-_-

"Chuck Norris heeft een stuntman voor huil scenes."

"Chuck Norris knipt de schaar met zijn haar."

"Chuck Norris kan sinaasappelsap maken van appels."

"Chuck Norris heeft ooit een gat gegraven, beter bekend als de Grand Canyon."

MissingWhere stories live. Discover now