Een emmer koud water

65 5 0
                                    

De volgende ochtend werd Tijl wakker van het zonlicht dat door een kier in de gordijnen precies in zijn ogen wist te schijnen. Hij keek opzij, naar een vredig slapende Ruben. Het zonlicht scheen op zijn donkere haren. Zijn Ruben.

Nee. Niet meer zijn Ruben. Deze gedachte was voldoende om hem direct wakker te krijgen en zijn hoofd aan te zetten. Alle herinneringen van de dag ervoor gingen als een film aan zijn netvlies voorbij. Ruben en hij, in de kleedkamer. Zoenend. De bar met de anderen. De hotelkamer. Het gesprek. De beslissing. En de nacht die ze nog beleefd hadden. Zoenend hadden ze elkaars mond verkend, en later ook elkaars hals, nek en stukjes borst en schouder die te vinden waren door hun shirts iets opzij te trekken. Verder waren ze niet gegaan. Dat was niet nodig. Zeker niet nu dit hun laatste momenten samen zouden zijn. Verder gaan zou het alleen maar moeilijker maken om elkaar de volgende ochtend los te laten.

Uiteindelijk waren ze dicht tegen elkaar aan in slaap gevallen. Ze hadden zeker nog van elkaar genoten, van de liefde, zoals Ruben het had voorgesteld.

En nu was het ochtend en Tijl had het idee dat hij een emmer koud water over zich heen gehad had. De diepe liefde van de nacht gloeide nog na in zijn borst, maar de wetenschap dat hij dat nu vaarwel moest zeggen, af moest zweren... hij voelde zich er totaal niet klaar voor.

Licht jaloers maar ook vertederd keek hij naar de slapende Ruben en nam hem in zich op. Ruben was zo mooi als hij zo sliep. Zijn haar piekte op zijn kussen en met zijn dichte ogen zag hij er zo vredig uit, alsof er niks moeilijks aan de hand was in de wereld. Ruben was zich op dit moment nog volledig onbewust van hoe hard de wereld soms kon zijn.

"Als je nog lang zo blijft staren ga ik blozen", klonk er opeens van onder de dekens. Twee blauwe ogen gingen open en Ruben keek met een grote grijns op zijn gezicht naar Tijl. "Betrapt!", grinnikte hij.

Tijl knipperde met zijn ogen om zijn gedachtestroom van zich af te schudden. "Sorry lief, je bent te verleidelijk om te weerstaan", zei hij met een scheve grijns. Hij stak zijn hand uit en streek vederlicht door Rubens haar en over zijn wang.

Ruben sloot zijn ogen heel even bij de liefkozende aanraking. "Niet doen, Tijl", fluisterde hij. "Zo wordt wat ons straks te doen staat alleen maar moeilijker."

Tijl knikte en zuchtte diep. "We moeten dit echt doen hè?" Hij zei het gelaten en zonder enige hoop in zijn stem.

Ruben knikte. "We maken te veel kapot als we hiermee doorgaan." Ook hij klonk verdrietig.

Ze keken elkaar aan. De pijn was duidelijk leesbaar in hun ogen.

"Ik ga douchen", verzuchtte Tijl en hij stapte uit bed. Eenmaal onder de douche liet hij de pijn in zijn borst even toe om hem te laten overspoelen. Nu mocht de pijn er even uit komen, de tranen vloeien. Al die jaren dat hij had geleefd met die liefde voor Ruben zonder er iets mee te kunnen waren pijnlijk geweest, soms bijna ondragelijk. Maar dat was niets vergeleken met dit. De wetenschap dat de liefde wederzijds is en er toch niets mee kunnen. De druk van het ene geheim eraf, de druk van het andere geheim erbij. De liefde was niet eerlijk.

Ondertussen staarde Ruben naar het plafond, liggend in het midden van het bed. Hij was zich volledig bewust van wat voor gevolgen de keuze die ze vannacht gemaakt hadden had. Laurien en zijn kleine, nog ongeboren meisje, hadden nu eenmaal meer recht op alles was bij een relatie kwam kijken. Zijn aanwezigheid, zijn hulp, zijn liefde.

Maar Tijl... zijn Tijl. Al die jaren dat ze al die onverklaarbare liefde deelden, dat zich had opgebouwd en opgebouwd, met al die momenten van spanning op het podium en daarbuiten, was nu eindelijk tot een soort ontploffing was gekomen gisteravond in de kleedkamer. En nu moesten ze verder alsof er niets gebeurd was. Was dat mogelijk na al die liefde die ze gedeeld hadden de afgelopen 12 uur? Het deed pijn, fokking veel pijn, het idee alleen al. Na vannacht nooit meer Tijls lippen voelen. Nooit meer Tijls liefkozingen voelen en hem lieve woordjes horen fluisteren... Waarom was de liefde zo'n bitch?

Zwijgend wisselden ze elkaar af in de badkamer. Tijl pakte zijn spullen alvast in. Zijn hart voelde zwaar. Hij zag er als een berg tegenop om zo gezellig te moeten ontbijten, met RubenM en Horace honderduit kletsend en Patrick veel te vrolijk voor de vroege ochtend. En dan moest hij daar gezellig bij lopen doen. Gelukkig kenden ze hem niet zonder ochtendhumeur, dus misschien zou het niet op vallen? Wat een kutsituatie was dit.

Gewoon vriendenWhere stories live. Discover now