9

158 13 14
                                    

Vanuit Ilse

Ik zit wat op mijn telefoon te kijken als ik vanuit mijn ooghoek een meisje op me af zie komen. ‘Hallo,’ zegt ze een beetje verlegen. ‘Hallo,’ zeg ik terug, ‘Jij moet Noa zijn?’ Het meisje knikt en ik steek mijn hand uit. We schudden elkaar de hand en ik zeg: ‘Ilse.’ Ook al weet ze dit natuurlijk al, ze glimlacht en zegt: ‘Noa.’ Ze gaat tegenover me aan het tafeltje zitten en ik vraag: ‘Wil je ook wat te drinken?’ ‘Ja, graag,’ antwoordt ze netjes. Ik vraag aan de ober of we twee glazen water mogen, dat wil Noa namelijk ook. Noa kijkt alsof ze heel zenuwachtig is. ‘Ben je zenuwachtig?’ vraag ik aan haar. Ze knikt verlegen en ik zeg: ’Dat hoeft niet hoor.’ Ik zie een kleine glimlach op haar gezicht. ‘Laten we eerst even praten, dan kunnen we daarna dat interview doen, toch?’ ‘Is goed,’ antwoordt ze mij. Ik glimlach en we beginnen te praten over vanalles en nog wat. 

Nadat we al een uurtje hebben gepraat moeten we eigenlijk wel aan het interview beginnen, maar ik merk dat Noa nog steeds heel zenuwachtig is en zich totaal niet op haar gemak voelt. 'Is het goed als ik even naar de wc ga?' vraagt ze. 'Tuurlijk,' zeg ik. Ze glimlacht en ze staat op. Ze was zo zenuwachtig dat ze bijna niet had gepraat. Ze beantwoordde mijn vragen wel, maar ze vertelde niet zo veel. Ineens bedacht ik me iets. Wat nou als we vandaag gewoon verder gaan praten, of een stukje wandelen. Dan voelt ze zich misschien wel op haar gemak. En dan gaan we morgen dat interview doen, als ze dan ook kan natuurlijk. Ik app snel Bart even of het kan en of hij het goed vind. Hij appt meteen terug dat hij het goed vind. 

Vanuit Noa

Ik loop naar de wc en ik ga het hokje binnen. Ik zucht even diep. Ik zit hier nu al meer dan een uur met Ilse en we hebben dat hele interview nog niet gedaan. Ik ben ook zo zenuwachtig dat dat haast niet gaat lukken. Ik kijk naar mijn handen. Ze trillen helemaal, door de zenuwen. Ik was mijn handen en loop weer terug, Ilse heeft haar mobiel gepakt. Ik ga weer tegenover haar zitten en ze legt haar telefoon weg. Ik pak mijn glas water en ik neem een paar slokken. Als ik het glas terug zet trilt het, omdat ik nog steeds tril. 'Gaat het?' vraagt Ilse terwijl ze een beetje bezorgd kijkt. Ik knik en zeg: 'Ja, beetje zenuwachtig.' Ze glimlacht en zegt: 'Je bent wel heel zenuwachtig hè?' Ik knik. 'Laten we nu anders een stukje gaan wandelen, dan kunnen we elkaar wat beter leren kennen,' stelt ze voor. 'Maar het interview dan?' vraag ik. 'Dat kunnen we misschien morgen doen, als jij dan ook kan,' zegt ze. 'Ik denk dat mijn vader mij morgen niet kan brengen,' zeg ik een beetje teleurgesteld. Ik zie haar even twijfelen, maar dan zegt ze: 'Je kunt ook wel bij mij en Bart thuis slapen.' Ik kijk haar verbaast aan. 'Dat vind Bart vast niet erg,' voegt ze eraan toe. 'Uhm, ja, ik vind het goed,' zeg ik, 'Maar dan moet ik het nog wel aan mijn vader vragen.' 'Dan bel je hem even, ik wacht wel,' zegt Ilse lief. Ik knik en ik pak mijn telefoon, dan bel mijn vader.
Ik hang weer op en ik kijk Ilse aan. 'Het mag', zeg ik, 'Hij komt zo even hierheen zodat ik mijn slaapspullen uit de auto kan halen. Ik zou eigenlijk naar mijn oma gaan namelijk.' Ilse glimlacht en zegt: 'Dan wachten we daar even op.' 

Na een kwartiertje komt mijn vader aanlopen. Ik loop op hem af en geef hem een knuffel. Ilse staat ook op en mijn vader stelt zich voor. 'Jij hebt je slaapspullen nodig toch?' zegt mijn vader. 'Ja,' zeg ik. We lopen naar de auto en Ilse loopt met ons mee. Als ik mijn spullen gepakt heb vraagt Ilse aan mijn vader: 'Komt u haar morgen ophalen of moet ik haar even thuisbrengen?' Mijn vader denkt even na en zegt dan: 'Als ik haar op moet halen, wordt het wel vroeg.' 'Ik breng haar dan wel thuis als we klaar zijn,' stelt Ilse voor. 'Als Noa het ook goed vind, vind ik het prima,' zegt mijn vader die mij nu aankijkt. Ik knik en zeg: 'Ik vind het prima hoor.' 'Je hebt de huissleutel bij je toch?' Ik knik weer. Mijn vader geeft mij een knuffel en een kus en zegt: 'Tot morgen!' 'Tot morgen,' zeg ik en hij loopt naar de auto en stapt in. We zwaaien nog even en dan lopen Ilse en ik naar de auto van Ilse. 

'We zijn er,' zegt Ilse terwijl ze de motor van auto uitzet. Ik stap uit en Ilse doet hetzelfde, ze opent de kofferbak voor mij en ik pak mijn spullen eruit. 'Kom je mee naar binnen,' zegt Ilse. Ik knik en loop achter haar aan. Ze opent de deur en stapt de hal in. Ik kijk mijn ogen uit, het is zo groot en mooi hier. 'Bart!' roept ze, 'We zijn er!' Ik hoor dat iemand deze kant op komt lopen, waarschijnlijk Bart. De deur gaat open en Bart komt de hal binnen. Ilse geeft hem een kus en dan steekt hij zijn hand uit naar mij. Ik schud hem de hand en zeg: 'Noa.' 'Bart,' zegt hij. 'Jij komt hier dus slapen,' zegt hij. Ik knik en Ilse zegt: 'Ja.' 

Bopke2004 hier is het deeltje!😘

Love Goes On💞Where stories live. Discover now