Chapter Twenty-one

19 5 3
                                    

Pov. Noah
Ik werd misselijk en voelde mijn ontbijt weer omhoog komen. Ik had iemand gedood. Ík had iemand vermóórd.

Wankel stapte ik achteruit en ik jankte zachtjes. Dit had niet mogen gebeuren. Ik had Caleb nooit de controle moeten geven. Ik had het moeten weten, Caleb was voor geen meter te vertrouwen.

Nooit. Nooít heb ik ergens zo veel spijt van gehad. Nooit heb ik zo'n verschrikkelijke afschuw voor mezelf gevoeld.

Scarlett had het nog zo gezegd, geen doden of gewonden tenzij het zelfverdediging is. Het was oneerlijk. De wolf was geen partij voor Caleb.

Versuft schudde ik mijn hoofd en ik wankelde weg van het lijk. Ik had écht iemand gedood.

Een schuldgevoel bekroop me. Dit was iemands zoon, vriend, mate, misschien zelfs vader. En ik had hem zomaar van zijn familie afgenomen.

Een zachte huil ontsnapte uit mijn bek en ik rilde. Een monster. Ik was een vreselijk monster.

Ik schrok op door een zwaar gewicht dat mij uit het niets op de grond drukte. Ik jankte zachtjes en sloot mijn ogen.

Als ik nu gedood werd was dat mijn verdiende loon. Ik was een moordenaar, een bloeddorstig, afschuwelijk monster.

Ik voelde dat scherpe tanden zich in mijn oor boorden, en even dacht ik dat mijn belager mijn oor er af zou scheuren. Maar het was geen bijten, het was knabbelen. Voorzichtig, haast liefkozend.

Een voor een opende ik mijn ogen. Twee helderblauwe ogen staarden terug. Scarlett.

Ze blafte zachtjes en duwde haar snuit in mijn nek. Ik jankte kort en krulde mijn staart om haar poten.

Ze keek me even vragend aan voordat ze begon te shiften en voor ik het wist was Scarlett weer gewoon een mens.

"Noah... Waarom ben je me nou toch gevolgd?" Vroeg ze zachtjes. Ik jankte weer en ontweek haar blik. Ze zuchtte. "Noah, doe niet zo moeilijk. Shift gewoon en vertel me waarom je hier bent."

Met lichte tegenzin begon ik te shiften, maar ik keek haar nog steeds niet aan. Ik zuchtte. "Ik was gewoon bezorgd..." mompelde ik. "Ik kon je niet alleen daar heen laten gaan."

Een zucht rolde over Scarletts lippen. "Het geeft niet, maar ik had liever gehad dat je thuis was gebleven." Ze pauzeerde kort. "...Is er iets?"

Ik schudde mijn hoofd. "Nee, het gaat prima." Mompelde ik. Scarlett schudde haar hoofd. "Dat gaat het niet, vertel me gewoon wat er aan de hand is."

Ik keek op en slikte. "Ik... Ik heb iemand gedood..." fluisterde ik. "Het was niet de bedoeling, maar Caleb had de controle overgenomen en... Toen ik de controle weer terug had was het te laat."

Ik huiverde en mijn ogen werden waterig. Scarlett beet op haar lip en sloeg haar armen om me heen.

"Dat is iets wat voor iedere wolf moeilijk blijft." Zei ze zachtjes. "Wat?" Vroeg ik voorzichtig. "De eerste dodelijke slachtoffers. Het gaat bijna niemand makkelijk af."

"Echt niet? Vroeg ik zachtjes. "Nou, sommige wolven gaan er veel makkelijker mee om, maar dat is dan een uitzondering."

Ze haalde haar schouders op. "Sommigen raken er zo door geraakt dat ze nooit meer naar hun wolf willen transformeren." Ik slikte.

Ze veegde een pluk haar uit haar gezicht en keek me aan. "Hé, het is niet erg." Ik wilde protesteren maar ze legde een vinger op mijn lippen en schudde haar hoofd.

"Echt niet. Die wolf wist wat het risico was, en daarbij, het is onze manier van leven. Zodra je op het grondgebied van een andere roedel komt is het doden of gedood worden. Zo gaat dat nou eenmaal."

Ik knipperde verbaasd met mijn ogen. "Maar die wolf had misschien wel kinderen en-" Scarlett schudde haar hoofd. "Nee, zodra een wolf kinderen heeft mag hij de roedel niet meer dienen als bewaker. Hij zal dan in het packhuis gaan werken, of wolven trainen, maar niet meer zelf vechten."

Mijn hoofd tolde en mijn gedachtes spinden rond door mijn hoofd. Dit alles had zo veel vragen opgeleverd.

Waarom mag een wolf niet meer vechten als hij kinderen heeft? Waarom word je gedood als je buiten je eigen territorium komt? Wat gebeurt er dan als je mate in een andere roedel leeft?

Scarlett zag de verwarring in mijn ogen en schudde haar hoofd. "Thuis. Dan leg ik je alles uit. Dat beloof ik." Ik knikte, maar in mij knaagde een vervelend voorgevoel. Wat nou als we niet meer thuis komen?

Scarlett stond op en trok me overeind. "Kom, we moeten weer verder." Ik keek haar verbaasd aan. "Je bedoelt dat ik..."

Scarlett knikte. "Ik kan je nu moeilijk terug sturen." "Oh, oké." Mompelde ik en ik transformeerde weer naar mijn wolf. Scarlett deed hetzelfde en gebaarde dat ik haar moest volgen.

Toen begon ze weer te rennen. Met grote sprongen manoeuvreerde ze tussen de bomen door en dit keer had ik wel moeite om haar bij te houden.

We renden steeds sneller en sneller. Rechtstreeks naar het grote, witte packhuis van Alpha Josh.

A/n

Wordcount: 824

Ik ga stoppen met de rest van die rijtjes want ik vind het niet echt nuttig en het voegt (naar mijn mening) niks toe.

- - -
Nou wat een shitty hoofdstuk (al zeg ik het zelf).

Ik was trouwens vorige week vergeten om een hoofdstuk te plaatsen :/

Ik ben nu bij hoofdstuk 27 en ik heb het einde al helemaal uitgedacht, dus er zullen uiteindelijk iets van 35 hoofdstukken zijn.

MAAR

Er komt een deel twee! Ook het volgende boek zal iets van een klassiek sprookje bevatten, maar welke dat is zeg ik lekker niet. (Je mag het natuurlijk altijd proberen te raden 🙂 )

Little Red Riding Hood (But Slightly Different)Where stories live. Discover now