✅30✅

437 26 4
                                    

Torins pov

Alexa, ik bedoel Sophia valt uit tegen Andeling. Ja, ik weet dat het Sophia is. Toen haar ogen veranderde wist is het zeker.

'Ja, ga weg!' Zegt Andeling nogal bot. Ze draait zich weer naar Anderson die in een duelleer houding staat. Ze ontwapent hem in 2 seconden en draait zich dan naar ons. Met een spijtige blik in haar ogen knikt ze een keer. Dan verdwijnseld ze. 

'Wat was dat?!' Verbaasd kijkt Roos ons aan. 'Dat was-' Ik stop met praten, misschien moet ik het niet zeggen. 'Wat?' 'Nee, laat maar.' Ik sta op en negeer de verbaasde blikken van mijn vrienden als ik naar Andeling loop. Voor haar neus sta ik stil. 

'Waarom stuurde u haar weg?' 'Meneer Zwarts dat gaat u niks aan.' 'Deed u het omdat het rustiger was toen ze er niet was? Sorry hoor, maar het was toen alleen rustiger omdat iedereen naar haar zocht.' Zeg ik een beetje boos. Andelings blik verandert. 'Torin... Niet nu..-' Dan gaat de zaal deur open en lopen Alice, Emmet en Renesmee naar binnen. 'Is ze er nog?' 'Nee, ze is al weg.' Antwoordt ik als ik merk dat Andeling dat niet gaat doen. 'Verdomme!' Roept Emmet en hij zet zijn handen in zijn haar. 'Emmet rustig!' 'Nee! Ze hebben een slechte invloed op haar! Waarom is ze daar nog?!' 'Emmet.'  'Wat? Ga je me weer vertellen dat ze oud en wijs genoeg is om op zichzelf te passen.' 'Kom op.' 'We hebben het erover gehad! Joanna en Mayce vinden het ook niks!' 

'EMMET!' Roept een hoge stem. Direct stoppen Alice en Emmet met kibbelen. Ze draaien zich om naar Lily. Ze staat op en loopt in hun richting. Ondertussen luistert de hele zaal mee. 'Ik snap dat je bezorgd bent, maar Alice heeft gelijk.' 'Je weet wat daar gebeurt!' 'Dat weet ik, maar we kunnen er niks mee.' 'Het zal haar veranderen.' 'Dat weet je niet.' 'Maar-' 'Wacht het nou maar af, oké?' 'Oké.' Ze knuffelt hem en hij lijkt even te schrikken, maar al gauw knuffelt hij terug.

Ik loop terug naar mijn vrienden en ging zitten. 'Waarom heb ik het idee dat zij meer weet van dit alles?' 'Omdat dat zo is.' Zegt James terwijl hij me aan kijkt.

Sophia's pov

Ik landt in een smal straatje in Volterra. Oké dat was geen succes.

Langzaam loop ik naar het kerkje. Ik ben eerder terug dan verwacht, daarom mis ik het avond maal niet. 

'Aha, je bent al terug.' Zegt Aro als ik de zaal in kom lopen. 'Net optijd voor het eten.' 'Twee keer eten in 1 week, wat een geluk.' Zeg ik lachend. 'Daarom mag jij vandaag het woord doen.' Zegt Caius terwijl hij me begeleid naar het midden van de zaal. Mijn blik gaat naar een lachende Ava en een grommende Jane. 

We wachten nog 10 seconden als de deur open gaat. 'Welkom in Vol-' Ik stop met praten als ik zie wie er binnen komen. Bella en Rosalie. 

'Bella, wat een aangename verrassing.' Zegt Aro blij. Ik schraap mijn keel en een hoop leden kijken me geschrokken aan. Nog nooit heeft iemand Aro onderbroken.  'Aangename verrassing of niet. Volgens mij wachten er mensen.' Zeg ik terwijl ik Bella en Rose niet aan kijk. 'Maar natuurlijk. Kunnen jullie even op de gang wachten?' Ze knikken, beide hebben ze hun blik op mij gericht. Dan lopen ze weer richting de deur, ze willen hem net open doen als er een stoet mensen naar binnen komt lopen. 'Welkom in Volterra!' Zeg ik en met een ruk draaien ze zich om. Ik zwaai nog een keer naar ze en dan sluit de deur. 

'Welkom welkom, bevalt het kerkje een beetje?' De mensen knikken. 'Vinden jullie het mooi?' Weer knikken ze. 'Mooi want dit is het laatste dat jullie ooit te zien krijgen.' De mensen beginnen te gillen. 'Stop met gillen!' Zeg ik, en direct stoppen ze. 'Jongens, meisjes, heren! Eet smakelijk.' Eerst schieten de vampieren met de zwarte mantel op de groep af. Daarna donker grijs en zo door. 

Mijn blik is gevestigd op een jongen. Hij is mijn leeftijd en kijkt bang om zich heen. Ik ren op hem af. 'Kom!' Ik trek hem weg van de rest, achter een paal. 'Wat is dit?' 'Maak je geen zorgen!' Ik draai met mijn vingers rondjes op zijn arm. 'Je bent een lief meisje. Wat doe je met hun?' 'Het is beter zo, voor mij, voor mijn vrienden, mijn J-'  Mijn stem sterft weg. 'Wat is er dan?' 'Ik heb alleen zo'n dorst. De hele tijd.' Hij kijkt bezorgd en van binnen grijns ik. 'Wat kan ik voor je doen?' 'Mag ik van je drinken?' Zijn ogen staan verward. Ik breng mijn lippen dichter naar die van hem. 'Wa-a-t?' Stottert hij. 'Mag ik van je drinken?' Het is niets meer dan een fluistering. Kippenvel ontstaat op zijn huid en hij knikt. Impulsief, denk ik. 

Going back againWhere stories live. Discover now