XXV

132 5 4
                                    

Een witte beweging in mijn ooghoek trekt mijn aandacht, maar ik ben niet snel genoeg. Een rode flits treft Lukas in zijn zij waardoor hij tegen de grond neerknalt. Ik gil geschrokken, maar herstel me snel en activeer mijn lichtzwaard zodat ik de volgende schoten kan terugkaatsen naar de stormtroopers die om de muur komen gelopen. Al mijn training inzettend, zorg ik ervoor dat er verschillende troopers neervallen. De rest trekt zich terug, maar in de verte hoor ik al verschillende schepen die naar ons toe komen gevlogen.

Ik draai me bezorgd om naar Lukas die kreunend op de grond ligt. De grote brandwonde boven zijn heup is rood en bloederig, wat me zeer verontrust. Lukas wil zich opduwen, maar ik duw hem terug neer en buig me over hem neer. ‘Shhht, alles komt goed,’ herhaal ik telkens weer, niet wetend of ik het tegen hem heb of mezelf moed in spreek. Lukas grijpt mijn hand vast en kijkt me dwingend aan. ‘Je moet gaan, Kate. Je kunt hier niet blijven, ze zullen je meenemen en dan is alles voor niets geweest.’ Ik schud mijn hoofd en probeer de tranen in mijn ogen weg te knipperen. ‘Nee, Lukas, ik laat je niet achter. Nooit.’

Hij knikt, wetende dat ik niet van gedachten ga veranderen en holt zijn rug waarna hij kermt van de zeer. Zijn voorhoofd parelt van het zweet en hij hijgt. Paniekerig kijk ik om ons heen, op zoek naar een veilige schuilplaats. Ik kan niets vinden, maar sta op om Lukas verder de schaduw in te trekken. Hij schreeuwt van de pijn waardoor mijn hart verkrampt. ‘Hou vol, alsjeblieft, hou vol,’ smeek ik hem.

Voorzichtig trek ik hem achter een stel lege kratten en buk naast hem neer. Volledig gedesoriënteerd en in volledige paniek weet ik niet wat ik moet doen. Lukas’ onderlip trilt. ‘Het doet zo’n pijn,’ kermt hij. Ik probeer hem te sussen en haal liefkozend mijn vingers door zijn haren die aan zijn voorhoofd zitten geplakt. ‘Blijf bij me, oké?’ Hij knikt zwakjes. Mijn gezicht vertrekt. Ik kan hem niet kwijtraken.

Een koud gevoel houdt mijn hart in zijn greep wanneer ik een onderdrukte woede waarneem. Een huivering loopt over mijn rug en ik schud mijn hoofd terwijl ik luidop ontken dat hij het niet kan zijn totdat zijn mechanisch vervormde stem door het steegje echoot. ‘Katehali!’

Ik barst bijna van de emoties die allemaal samensmelten tot een grote zee waarvan er kleine stroompjes over mijn wangen lopen. Ik blijf zitten waar ik zit en leg mijn hand tegen Lukas’ kaak aan. Zijn blik staat donkerder dan ik gewend ben. Hij grimast wanneer hij zich voor de tweede keer wil opdrukken en deze keer help ik hem tot hij zittend tegen de muur aanleunt. ‘We komen hier samen weg, dat zweer ik je op mijn leven,’ verzeker ik hem voordat ik opsta en mijn lichtzwaard in mijn hand leg.

‘Katehali, je kan geen kant meer op. Kom met ons mee en je straffen zullen worden gehalveerd,’ spreekt hij me streng toe met een zweem van woede. Zijn donkere masker en mantel worden verhuld in het flikkerende, roze neonlicht terwijl hij naast het dode lichaam van Carth staat. ‘Geef je over. Nu.’

Ik grom en schud mijn hoofd. ‘Kom me maar halen,’ grom ik hem sinister toe waarna ik mijn lichtzwaard aanzet om mijn woorden kracht bij te zetten. De rode schijn verlicht het uitgeputte gezicht van Lukas, de lege dozen en de gebroken flessen alcohol die her en der verspreid liggen. Ren reageert misnoegd en activeert zijn lichtzwaard waarna hij traag op me toestapt, zijn lightsaber in de grond kervend.

Ik zet me klaar in aanvalshouding, maar word afgeleid door de geluiden van een gevecht achter me waarna ik me geschrokken omdraai. Het groepje rebellen doodt net de laatste stormtrooper en komt op ons afgelopen. Ik herken de Wookie en de jongeman die me instructies gaf. Ik negeer de aanwezigheid van Kylo die achter me steeds dichter komt en schreeuw naar de rebellen toe dat ze Lukas moeten meenemen, maar dat hij gewond is. Twee van hen nemen Lukas onder hun vleugels en slepen hem van de scène weg.

De jongen met de lederen jas komt naar me toegelopen en wordt vergezeld door de Wookie die een schot op Kylo afvuurt. De jongeman kijkt een tel lang naar Ren en zijn gezicht vertrekt, maar haalt dan toch zijn blaster boven en vuurt op de donkere verschijning van Kylo. Er speelt een vreemde spanning tussen de man naast me en Kylo. Hetzelfde geldt voor de Wookie en Ren, maar bij hen is het meer afgunst en Gemis. Al is het bij de Wookiee zeer duidelijk dat hij enorm kwaad is. En als ik iets van de lessen over Wookiees heb onthouden, dan is het wel dat hun woede erg dodelijk is.

Er komen stormtroopers achter Kylo vandaan en schieten langs hem heen op de man en Wookiee naast me. Ze schreeuwen naar me dat ik mee moet komen, maar ik protesteer en verplicht hen Lukas veilig te stellen. De zwartharige man kijkt me aan. ‘Kate, hij is veilig, ik zweer het. Kom mee dan halen we jullie beiden van deze planeet af.’

Ik kijk hem aan en maak een tel lang oogcontact met hem voordat ik naar hem knik. ‘Geef me rugdekking,’ beveel ik hen waarna hij knikt en de Wookiee instemmend gromt. Ik sluit mijn ogen en wakker de Force in me aan. Met al mijn kracht duw ik ze vooruit en richt ze op Ren en de stormtroopers achter hem. De troopers knallen tegen de achterliggende muur aan waardoor ze allemaal bewusteloos tegen de grond zakken. Kylo schuift een meter of twee naar achteren waardoor ik mijn kans schoon zie en op hem afstorm.

Met een wilde beweging wil ik hem neer steken, maar hij heeft zich al hersteld en draait zich om waardoor hij tussen mij en de rebellen staat. Ik haal naar hem uit en mis zijn been op een haar na waardoor hij zijn woede losketend en met een snelle haal naar mijn arm wijst, maar ik duik in elkaar en ontwijk hem nog maar net. Ik trek mijn lichtzwaard naar achteren en laat hem hard neerkomen op de zijne waardoor er een heftige siddering door mijn arm trekt. Ren maakt er gebruik van en duwt zijn lichtzwaard harder op de mijne waarna hij me naar de grond duwt.

‘Geef je over,’ beveelt hij,‘alleen ik kan je leren hoe je je krachten kan gebruiken. De rebellen weten niet hoe het is om zo veel kracht als jij te hebben!’ Hij klinkt wanhopig. Verbaasd staar ik hem aan. De rode schijn van onze lichtzwaarden geeft zijn helm een dodelijk aanzicht. Vastberaden schud ik mijn hoofd. ‘Ik zal me nooit vrijwillig aan je over geven!’ schreeuw ik hem toe waarna mijn haat mijn kracht vermenigvuldigt en ik hem van me kan af duwen. Ik zet me af op mijn lichtzwaard zodat ik in een sierlijke, halve handstand over hem heen spring en me uit de voeten kan maken.

De rebellen wachten me op en sluiten me beschermend in voordat we het geopende luik van een schip oplopen. In de lucht vliegen er TIE-fighters over ons heen en beschieten het schip, maar haar schild kan het voorlopig nog uithouden.

Kylo komt de hoek omgestampt en schreeuwt waarna zijn hand uitsteekt en een trekbeweging maakt. Een onzichtbare kracht houdt het schip tegen en trekt het langzaam maar zeker dichter naar de grond toe. Ren kantelt het en ik schuif weg over de vloer. Hulpeloos probeer ik me ergens aan vast te klauwen en net voor ik van de toegangsoprit val, kan de jongeman met de lederen vest mijn hand vastgrijpen.

‘Laat haar los, Dameron! Jullie kunnen haar niet hanteren! Ze heeft te veel Vader-bloed in zich stromen, net als mij!’ schreeuwt Kylo naar ons toe. Smekend kijk de man die me vast heeft aan, maar hij staart over mijn schouder naar Kylo. ‘Ze is niet zoals jij, Ben! Dat zal ze nooit zijn!’ sneert hij waarna hij me de buik van het schip in trekt en een hagedisachtig iemand een schot afvuurt op Kylo waardoor hij het schip moet laten gaan om te kunnen ontsnappen aan een brandwonde zoals die van Lukas. Het luik sluit zich en het schip vliegt aan een hoge snelheid de atmosfeer van de planeet door waarna ze een sprong naar hyperdrive maakt.

Terwijl ik opgelucht adem haal, komt de man naar me toegelopen. Hij steekt zijn hand uit om me op te trekken, wat ik dankbaar aan neem. Hij reikt zijn hand aan en ik schud hem glimlachend. ‘Poe Dameron. Dit is Chewbacca en de rest van ons team,’ wijst hij naar de Wookiee en de rest van de rebellen die ik dankbaar toe knik,‘welkom bij de rebellen.’

©Britt_02

De Kracht van het Duister© (SWEVII)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu