hoofdstuk 50

2.6K 129 26
                                    

Mijn tijd begon te dringen, school zou niet zo zoveel tijd meer van mij eisen en nog steeds had ik geen informatie over Professor Slakhoorn en zijn rol in de gruzelementen van Voldemort.

Professor Perkamentus had me al verschillende tips gegeven, maar geen van hen had effectief geholpen. De ene keer belande Ronald zelfs in de ziekenzaal, door middel van een vergiftigde wijn die eigenlijk voor Professor Perkamentus was geweest en een overdosis liefdesdrank die eigenlijk voor mij was bedoeld.

Het enigste positieve wat ik uit Ronald zijn vergiftiging kon halen was dat hij en Belinda nu niet langer meer iets hadden. Iets waar vooral Hermelien meer dan content mee scheen te zijn. Zij en de jongste zoon van de Wemels praatte eindelijk weer normaal met elkander, iets wat ik maar wat waardeerde.

Dit geluk, wat werd gemengd met de liefde die wederom was opgebloeid tussen mij en Draco overschaduwde het falen wat ik constant herhaalde bij Professor Slakhoorn.

Maar wat we beide niet realiseerde was dat ik een flesje had, met een heel bijzonder drankje wat mij voor een aantal uit geluk zou bieden. In principe was het heel simpel, één slok en ik zou krijgen wat niet alleen ik, maar ook Professor Perkamentus naar verlangden. Het klonk zo simpel en dat was het ook.

Toch werd ik ervan weerhouden het in te nemen. Tenslotte kon niemand mij vertellen of ik het wel goed zou gebruiken. De angst dat ik iets heel anders zou gaan doen was te groot en weerhield mij er daarom ook van om zonder twijfel het goedje in mijn slokdarm te laten glijden.

Hermelien en Ronald wisten van mijn plan af, iets waardoor ik hun steun kon verwachten. Al was hun steun meer in de vorm van: 'Je moet het gewoon doen, Harry.'. Iets waar ik ook niet veel aan had.

Dus zoals bijna iedere avond zat ik op mijn bed, kijkende naar de muur tegenover me. Waar ik precies aandacht wist ik niet, maar het was niet goed.

Het drankje wat ik stevig in mijn handen geklemd hield gaf mij enigszins zekerheid, iets wat zich uitte door mijn drastische besluit om dan nu echt het goedje door te slikken.

Hoewel ik had verwacht dat het zou brandde in mijn keel, deed het dat niet. Het voelde juist alsof er een engeltje door mijn keel kroop, eentje die me een paar seconden later een heerlijk gevoel in mijn lichaam liet pompen. Voor een moment werd het licht in mijn hoofd, waarna ik spontaan het idee kreeg om naar Hagrid te gaan. Hoe ik erop kwam, wist ik niet, maar naar hem gaan leek op dat moment een best goed idee.

Hermelien en Ron keken me enigszins verbaasd aan op het moment dat ik langs hen af liep en hen meedeelde naar Hagrid te gaan. Ze vonden het allebei niet erg, tot hun ogen vielen op het lege flesjes in mijn handen.

'Harry,' begon mijn beste vriendin voorzichtig. 'Zou je nou wel naar Hagrid gaan?'

Haar woorden deden niets met me, want waar ik normaal gesproken een gevoel van irritatie had gevoeld, voelde ik nu nog steeds enkel het gelukzalige gevoel. Iets wat ik niet bepaald als vervelend zou omschrijven.

'Ja,' beantwoorden ik haar vraag kalm. 'Dat lijkt me het beste.'

'Maar Harry,' begon ze weer, maar dit maal liet ik haar niet uitpraten; wetende dat er niets was wat mij kon overtuigen niet te gaan. 'Ik zal hem de groeten doen van jullie,' beloofde ik hen, waarna mijn voeten me weg brachten. Veel zin om met mijn vrienden te praten had ik niet en zelfs toen ik Draco tegen kwam wilde ik het liefste weer weg.

Dat ging echter niet al te eenvoudig.

'Je doet raar,' merkte mijn vriend op na een paar zinnen die mijn mond hadden verlaten. 'Weet je zeker dat het wel gaat? Voel je je wel lekker?'

'Beter dan ooit,' merkte ik op, al was dat niet helemaal waar.

Seks met Draco gaf me namelijk het beste gevoel ooit, daar kon een drankje niet aan tippen.

'Maar -hoe zeer ik het ook waardeer om met jou te praten- moet ik weer weg,' deelde ik hem mee, waarna ik zonder nog een woord te zeggen verdween. Ik voelde de ogen van de Zwadderaar op me brandden zodra mijn voeten me van hem weg droegen. Hij riep me echter niet na, iets wat voor mij als een opluchting beschouwd kon worden.

Mijn voeten droegen me naar de kassen, iets wat niet in mijn oorspronkelijke plan geschreven stond maar wat ik toch wilde doen. Een bosje bloemen voor Hagrid plukken, zo was mijn plan. Professor Stronk zou het hoogstwaarschijnlijk niet merken als er een paar bloemetjes zouden ontbreken in de zeeën van bloemen die waren ontstaan.

Mocht ze daar wel problemen mee hebben, dan zocht ik daar later wel een antwoord op.

Nu was nu en niet later.

Eenmaal aangekomen bij de kassen viel mijn oog op een prachtige paarse bloem. Voor ik mezelf kon tegenhouden hadden mijn vingers de bloem -inclusief stuk stengel- al afgebroken van de resterende stengel. Waarna ik dit herhaalde met zeven andere bloemen.

Niet lang daarna had ik een prachtige boeketje in mijn handen -tenminste, zo er vaarden ik het- en kon ik weer vertrekken. Mijn voeten hadden me net voorbij de deur gebracht toen ik iemand mijn naam hoorde roepen en ik abrupt mijn pas onderbrak. De persoon aan wie de stem toebehoorde stond niet veel later langs mijn zijden, en bleek Professor Slakhoorn te zijn.

De paar sprieten haren die zijn hoofd sierde stonden wild door elkaar, zelfs het hoedje op zijn hoofd kon dat niet verhullen. Zijn haren waren echter wel de laatste zaak waar ik me op dat moment mee bezig hield.

'Wat doet u hier, meneer Potter?' vroeg hij, terwijl hij naar lucht probeerde te happen. De man was naar me toe gerend, iets wat zijn oude lichaam niet langer kon waarderen.

'Ik ben op weg naar Hagrid,' deelde ik hem mee. 'Maar voor ik naar hem toe wilde gaan besloot ik een bosje bloemen voor hem te plukken.'

'Bij Merlijns baard jongen,' mompelde de professor voor me. 'Je weet toch wel dat dit helemaal niet mag? Het begint al te schemeren, je moet onmiddellijk terug naar het kasteel. Alleen rondzwerven is ten strengste verboden!'

'Dan gaat u toch mee?' stelde ik voor. De verbaasde blik die professor Slakhoorn me schonk eiste een uitleg, die ik hem onmiddellijk gaf. 'Dan zwerf ik tenminste niet in mijn eentje rond.'

'Meneer Potter,' begon hij, terwijl ik zag dat hij zijn uiterste best deed mij iets duidelijk te maken. 'Ik kan u niet vergezellen, iets wat inhoud dat we nu beide terug gaan.'

Zijn woorden deden me vrij weinig tot helemaal niets. Afscheidswoorden verlieten mijn lippen, waarna onze wegen scheden.

Voor korte duur tenminste, want binnen een paar seconden stond professor Slakhoorn langs me. Waarna we beide onze weg naar Hagrid afmaakte.

Veel kan ik me vanaf dat moment niet herinneren. Het ene moment stond ik naast Hagrid, die overstuur was door het plotselingen verlies van Aragon. Het andere moment zat ik voor twee stomdronken mannen, die beide teveel hadden gedronken.

Grotendeels van de avond was gevuld met dronken gebabbel van de twee professoren, al nam de avond een interessante wending naarmate de tijd verstreek.

Professor Slakhoorn was zo dronken, dat hij alles vergat en mij zijn herinnering schonk.

Hierdoor was mijn missie meer dan geslaagd en kon ik naar professor Perkamentus. Die meer dan trots op me was dat het me was gelukt.

Not all Slytherins are bad ~ DrarryWhere stories live. Discover now