Hoofdstuk 34

2.6K 140 47
                                    

Mijn hart klopte zo snel in mijn keel dat ik bang was dat hij naar boven zou komen en zo uit mijn slokdarm zou glijden. Mijn voeten droegen me zowel snel als langzaam op hetzelfde moment naar het lokaal waar Draco les had. Gedaantewisseling om preciezer te zijn en aangezien Professor Anderling dit gaf zou ik Draco ongetwijfeld even mogen lenen.

Hij moest het weten; hij moest weten dat zijn vader wist van onze relatie. De Malfidus jongen had er recht. Daar kwam bij dat ik niet wilde dat hij het van een ander hoorde.

Toch twijfelde ik. Wat nou als hij mij als schuldige aan zou wijzen? Misschien had Park het hem al zelf verteld, of erger nog; misschien had ze hem wel verteld dat ik degene was die de brief had gestuurd. Ik slikte en hoopte vurig dat dat laatste niet aan de orde zou zijn. Dan zouden we pas echt de poppen aan het dansen hebben.

Mijn voeten stopte keurig voor de deur van het lokaal en voor een moment twijfelde ik of dit wel het juiste was om te doen, maar voor ik mezelf kon bedenken had mijn vuist al meerdere malen contact gemaakt met het hout van de deur. Vanuit de andere kant van de deur hoorde ik Professor Anderling me toestemming geven om het lokaal te betreden, iets wat ik dan ook deed.

Een heel lokaal gevuld met Zwadderaars en kinderen uit Huffelpuf lag voor mij en voor een moment liet ik mijn ogen over de kinderen glijden. Mijn hart leek voor een moment stil te staan bij het gemis van de blonde Zwadderaar.

Was ik te laat? Had Draco problemen?

Angst kroop door mijn aderen als een slang die naar zijn prooi sloop. Ik wilde stoppen met piekeren, echt waar, maar ik slaagde er niet in. Niet zonder Draco.

'Wat is de rede dat u mijn les verstoord, meneer Potter?' vroeg Professor Anderling met opgetrokken wenkbrauwen. 'Ik mag hopen dat het dringend is; ik heb er mijn hele les voor moeten stilleggen en ik neem aan u de uwe ook.'

'Waar is Draco?' vroeg ik, de rest van haar woorden negerende. 'Waar is hij?'

'Niet hier, Meneer Potter,' beantwoorden professor Anderling mijn vraag. Voor mij was dit antwoord echter niet voldoende, ik besloot door te vragen. 'Hij is halverwege de les het lokaal uit gestormd, ik weet niet waar hij is.'

'Dank u wel,' bedankte ik haar, maar net voor ik het lokaal weer uit wilde lopen om Draco te zoeken werd mijn pols vastgegrepen door Zabini. 'Ik denk dat hij in de Kamer van Hoge Nood is,' fluisterde de Zwadderaar en tot mijn verbazing klonk zijn stem niet boos of onvriendelijk. 'Hij heeft van Patty gehoord wat jij hem wilde vertellen,' fluisterde hij vlug. Ik keek hem voor een moment sprakeloos aan, maar bedankte hem al snel. Mijn voeten stormde het lokaal weer uit, maar dit keer doelgericht een kant op.

In mijn hoofd bleven de woorden van Zabini maar spoken. Niet omdat ze me zouden helpen Draco te vinden, maar omdat ze zo puur waren. Hij vond het niet raar dat ik opzoek was naar zijn vriend, hij accepteerde het. Hij accepteerde Draco en mij en het idee dat Draco nu ook gesteund werd - door iemand anders dan zijn moeder en mijn vrienden- deed me goed.

Nu stond hij er ook niet alleen in in zijn afdeling.

Al gauw stond ik op een verlaten plekje in de gang, waar complete stilte heerste. Ik slikte en sloot mijn ogen. Gerommel vulde mijn gehoorgang. Zodra ik ze weer opende was er in de eerst kale muur een duur ontstaan. Ik keek vlug om me heen en glipte er daarna doorheen.

Zoals gewoonlijk heerste er stilte in de kamer. Het was niet de eerste keer dat ik Draco hier kwam zoeken. Eerst keek ik vlug naar de plek waar ik hem toen had gevonden, maar daar was de blonde Zwadderaar niet. In een open ruimte zou hij ook niet zijn; Draco hield niet van open ruimtes, maar ik geloofde ook niet dat hij zichzelf in de kleinst mogelijk ruimte zou hebben opgesloten. Hij zat ergens beschut, als een kat die vlucht voor het slechte weer.

Not all Slytherins are bad ~ DrarryWhere stories live. Discover now