Hoofdstuk 12

4.9K 153 10
                                    

Mijn snee op mijn voorhoofd martelde me toen ik door de wind naar Dave fietste. Het prikte enorm en mijn hechtingen gingen weer irriteren. Toen ik bijna voor Dave zijn huis stond zag ik het spitse puntdak alweer. Ik remde en ik stond weer voor een chique huis. Ik was hun huisnummer vergeten! Elk huis had een spits puntdak zag ik nu. Maar, wat ik me nog kon herinneren was dat je bij hen naar binnen kon kijken en dat alles open was. Ik fietste een paar huizen langs en kwam toen uiteindelijk bij nummer 72 aan. Ik zag Anita al opstaan en begon enthousiast te zwaaien voor het raam. Haar korte donkere puntjes van haar haren dansten op en neer terwijl een onbekende man opendeed waarvan ik dacht dat hij de man van Anita was, Peter. Ik klom van mijn fiets af en zette hem in de o zo grote voortuin van hen neer. ''Ik ben Peter.'' zei de man die ik nog niet kende. Je zag nu dat Darie ontzettend veel op Peter leek. Darie had grijze ogen, had ik gezien toen die keer dat ik moest nablijven en dat had Peter duidelijk ook. Hij glimlachte vriendelijk, maar ook bezorgd. Waarschijnlijk omdat er zo'n grote snee op mijn voorhoofd stond getekend.  ''Ik ben Judith Maurits.'' zei ik beleefd. Toen ik de grote gang weer inliep was het eerste weer wat me opviel de schilderijen van de beroemde schilders. En toen ik weer langs de spiegel liep was het eerste wat er van mezelf opviel de snee in mijn voorhoofd. De huid om de wond was roze en het zag er helemaal niet goed uit. Slechter dan toen mijn moeder het had verzorgd. Waarschijnlijk kwam het door de wind die spanning veroorzaakte in de wond. Toen ik de woonkamer inliep zag ik Anita met een grote glimlach zitten op de bank en Darie zat op haar mobiel te tikken. Dave keek op en keek meteen naar mij. Hij glimlachte zoals gewoonlijk wonderschoon. ''Hee Judith.'' zei hij. Ik deed mijn jas uit en hij werd vastgegrepen door een vrouw in een net pakje waarvan ik dacht dat het hun butler was. Ik schrok een beetje. ''Oh, excuseer mij mevrouw. Ik wilde u niet laten schrikken.'' Haar witte tanden schitterde in het kaarslicht. En het leek wel alsof ze als een engel sprak. De vrolijke kaarsjes in de kandelaar dansten schattig heen en weer. ''Het maakt niet uit hoor, ik ben Judith trouwens.'' Toen ik me omdraaide en de wond op mijn hoofd zichtbaar was voor degenen die op de bank zaten viel er een ongemakkelijke stilte. Anita haar grote glimlach verdween in een streep die daarna openviel. Ik wachtte totdat de butler zich voorstelde, maar daar kwam het maar niet van. ''Wat is er met jou voorhoofd gebeurd!'' onderbrak Anita de stilte. Mijn wangen werden rood, ik moest NU wat verzinnen! ''Ik ben tegen de deur opgelopen in de school.'' Ik vertelde dezelfde smoes die ik tegen mijn moeder had gezegd, maar Anita keek me niet geloofwaardig aan, maar ging er verder niet op door. ''Je lijkt Darie wel, die heeft ook altijd kwaaltjes.'' Darie keek op van haar mobiel en keek nu ook naar mijn wond. ''Zo erg heb ik het nog nooit gehad hoor.'' zei ze eigenwijs, en haar blik vertrok weer naar haar mobiel. Zo bleven we even rond de bank zitten terwijl de butler waarvan ik de naam nog steeds niet wist ons drinken bijvulde. Elke keer toen ze langsliep keek ze even in mijn ogen aan om aan te geven dat ze medelijden met me had. Althans.. dat dacht ik.

Er was een uur verstreken nadat Anita zei; ''Judith, zal ik je hechtingen eruit halen op je hoofd? En misschien kan ik dan ook wat aan je wond doen op je voorhoofd.'' Ik knikte en ging op dezelfde stoel zitten als de vorige keer. Darie had zich nu gericht op de enorme TV die voor hun raam stond. Af en toe liepen er mensen langs, en elke keer keken ze het huis in. Wat vervelend leek mij dat!

Anita kwam naast me zitten en pulkte aan de hechtingen. ''Auw.'' zei ik zachtjes tussen mijn lippen door. ''Oh, sorry lieverd. Als het pijn doet mag je dat best zeggen of uiten hoor.'' zei Anita. Dave zat voor me en keek me meelevend aan. Hij was zo schattig als hij me aankeek! Ik glimlachte even een scheve glimlach, waardoor hij zijn tanden bloot glimlachte. Hij bezorgde mij altijd een roze blos op mijn wangen. Na een tijdje had Anita gezegd dat ze klaar was. ''Dank je.'' zei ik. Maar toen ik op wilde staan drukte ze me terug in mijn stoel en begon aan mijn wond op mijn voorhoofd te werken. Ik wist niet wat ze allemaal deed maar het deed ontzettend pijn! Peter was een krant aan het lezen en deed alsof er niks aan de hand was. Al mocht ik inschatten hoe een persoon bij een eerste indruk zou zijn dan zou ik Peter inschatten als een nuchtere kerel. ''Klaar is Kees.'' Haar mond stond weer gelijk als een glimlach. En bovendien, ik had geen pijn meer! ''Dank je.'' zei ik nogmaals, maar dan wat onzeker. Ik liep de gang op en keek in de enorme spiegel. Ik zag dat mijn wond meer en deels weg was! Er was alleen maar een roze litteken op mijn voorhoofd te bespeuren. Net alsof ik dit litteken al jaren had! Hoe had ze dat gedaan?

ZelfmoordWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu