Geritsel van bladeren klinkt en dan reikt Eric me een stapeltje papier aan. "Ik ben benieuwd of je kunt ontdekken waar deze missie over gaat."

"Vast niet over een stelletje terroristen dat een aanslag wil plegen op- Shit, Sydney!" Plotseling besef ik dat ik haar helemaal niet meer in de gaten aan het houden ben. Ik heb geen idee waar ze is. Wat een waardeloze oudere zus ben ik ook. Ik kan nog niet eens vijf minuten naar een videoscherm kijken.

"Rustig, ze is vast nog niet dood," probeert Eric me te kalmeren.

"Dat misschien niet, maar ik weet niet eens waar ze is. Fuck." Paniekerig staar ik naar de lijst met mogelijke camera's op de computer voor me. Alleen al in Londen zijn er honderden camera's waarmee ik verbinding zou kunnen maken. Hoe moet ik nou weten bij welke Sydney in de buurt is?

"Niet in paniek raken. Denk even rustig na. Ze was in Bedford Street, een paar minuten geleden nog. Dan kan ze nu niet ver weg zijn."

"Wel als ze met de metro reist."

"Oké, prima. Als jij nou verbinding maakt met zoveel mogelijk camera's hier in de buurt dan zal ik er een paar in andere delen van de stad nemen. We hebben haar vast zo gevonden."

Dat betwijfel ik, maar het is in ieder geval geen slecht plan. Samen hebben we zo'n vijftig beeldschermen tot onze beschikking. Vijftig mogelijkheden om Sydney te vinden voordat een terrorist haar kop van haar lichaam af blaast.

Haastig ga ik aan de slag. Op de schermen voor me verschijnen één voor één beelden van camera's in Covent Garden. Ik probeer zoveel mogelijk verschillende straten tegelijk in beeld te hebben. Kon ik haar maar gewoon bellen. Maar als ik dat doe dan weet ze waar ik mee bezig ben en zullen we de rest van ons leven ruzie hebben.

"Ben je altijd zo bezorgd om je zusjes?," wil Eric weten.

"Ik voel me verantwoordelijk voor ze. Jij bent zeker niet de oudste thuis?"

Hij schudt zijn hoofd. "Ik heb een oudere broer, maar ik geloof niet dat hij zich ooit zoveel zorgen over me zou maken dat hij alles op alles zou zetten om me in de gaten te houden."

"Mijn zusjes vinden mij soms iets te bezorgd," geef ik toe. "Maar daar kan ik niks aan doen. Ik wil gewoon dat ze veilig zijn." Het doet me weer denken aan onze missie van vorig jaar. Ik wilde Connor zo graag beschermen, maar desondanks lukte het me niet om onze verdachte neer te schieten. Totdat mam me vertelde dat het niet mijn eerste slachtoffer zou zijn.

Ik vind het nog steeds lastig om te leven met het idee dat ik iemand vermoord heb, ook al was het dan iemand die op het leven van mij en mijn familie uit was. 's Nachts beleef ik de situatie in mijn nachtmerries opnieuw, maar dan elke keer met verschillende scenario's. Soms is de man een zombie, soms schiet hij mij eerst neer en andere keren doodt hij iemand van wie ik hou. Het gebeurt minimaal eens per week dat ik schreeuwend wakker word. Marilou vindt dat ik hulp moet zoeken, maar dat wil ik niet. Ik wil er niet over moeten praten, ik wil het vergeten.

Een hand komt op de mijne terecht. Het is die van Eric. Hij laat mijn stoel draaien zodat ik hem recht in zijn ogen kijk. "Jij zit ergens mee, of niet?"

"Wat ben jij? Psycholoog?"

"Dus je geeft toe dat er iets is?"

"Niet iets waar jij iets aan kunt doen," antwoord ik geïrriteerd. Moet hij zich nou overal mee bemoeien? "Kijk liever of je Sydney ergens ziet. Als ze dood is, zorg ik ervoor dat jij dat straks ook bent. En je hebt zelf gezien dat ik altijd raak schiet."

"Dat durf je toch niet," reageert hij, maar hij kijkt wel weer naar de beeldschermen aan zijn deel van de muur. "Ah. Volgens mij weet ik waar ze is."

Meteen schiet ik overeind. "Waar dan?"

"Ze komt hierheen."

Opgelucht zak ik weer in mijn stoel neer. Op mijn eigen schermen laat ik alle camera's overschakelen op beelden vanuit het hoofdkwartier, plus één scherm voor de straat met de zogenaamde nooddeur die toegang verschaft tot dit ondergrondse gangenstelsel. Inderdaad, daar verschijnt Sydney in beeld. Ondanks haar bruine haar en de afgedragen kleding die niet van haar is, herken ik haar meteen. Nu weet ik in ieder geval zeker dat ze veilig is.

"Dus wat ga je de rest van de dag doen nu je haar niet meer in de gaten hoeft te houden?," vraagt Eric.

"Ik moet haar wel nog in de gaten houden. Wie weet wat ze allemaal gaat doen de rest van de dag. Alleen nu weet ik even zeker dat haar niks zal gebeuren."

"Mooi. Ga je dan met mij mee lunchen?"

Enigszins verward staar ik naar het pakket papier dat ik nog steeds in mijn handen heb. "En deze zaak dan?"

"Die kan wel even wachten. Het gaat over drugshandel op een middelbare school."

Hoe kan hij zo naïef zijn? "Dat kan helemaal niet wachten. Je moet dit meteen oplossen. Of wil je soms dat al die kids doodgaan aan de drugs?'

Eric kijkt me geamuseerd aan. "Lee, het is zomervakantie. Deze missie gaat pas in september weer in volle gang verder. Ik hou alleen gedurende de zomer de telefoongegevens van de vermoedelijke dealer in de gaten. En het zal hem echt een zorg zijn of wij eerst gaan lunchen of niet. Ga je mee?"

Ik trek mijn wenkbrauwen op. "Waarom zou ik met jou mee gaan?"

"Omdat ik ten eerste niet gevaarlijk ben en ten tweede omdat je nog wat van me tegoed hebt van het schieten. Ik mocht je ook al mijn telefoonnummer niet geven, laat me je dan op z'n minst trakteren op een lunch."

Ik aarzel even, maar leg dan de telefoongegevens op het bureau neer. "Oké, maar alleen als ik mag bepalen waar we heen gaan."

"Prima."

Heel goed. Nog even en die jongen eet uit mijn hand. Dat kan nog wel eens van pas komen.


(Sisters in crime 3) Avontuur in EngelandWhere stories live. Discover now