Hoofdstuk 28. | 1391

Start bij het begin
                                    

Ik knik, pak mijn scootersleutels van het kastje en loop daarna naar buiten waarna ik naar mijn Vespa ga. Ik haal het wielslot ervan af en rij even later naar school.


M I A

Voor de laatste keer sla ik mijn wekker uit en draai me nog een keer om. Ik heb geen enkele motivatie om uit bed te komen, het lijkt wel alsof het vandaag nog meer moeite kost om een dag zonder hem te hebben dan gisteren. Het is zo leeg zonder zijn lach, zijn stem en soms zelfs zijn totaal misplaatste opmerkingen. Ik mis alles aan hem. Ik heb voor het proefwerk van vandaag ook amper geleerd dus ik verwacht geen eens een voldoende. Ik wil gewoon dat deze dag voorbij is, zodat ik het hele weekend kan gaan slapen.

Ik stap dan toch uit bed en loop met een stapeltje kleding naar de badkamer waar ik de douche aan zet. Ik kleed me uit en stap eronder. Het warme water op mijn huid zorgt ervoor dat ik deels ontspan, wat ik nu wel goed kan gebruiken. Na een tijdje stap ik er weer uit neer uit en kleed me aan. Ik loop naar beneden waar ik een appel pak omdat ik geen tijd meer heb om te ontbijten. Iedereen is al weg, dus ik loop alleen naar buiten waar ik snel op mijn fiets spring en naar school ga.

Een halfuurtje later kom ik aan en ga ik direct naar het lokaal. Ik zoek een plekje achterin het lokaal dat langzaam volstroomt met mijn klasgenoten.

"Nou heel veel succes, jongens. Maak er wat moois van," zegt de docent is vandaag surveillant is. Hij geeft iedereen een toetsblaadje en de toets zelf. Ik lees het door en direct bij de eerste vraag gaat het al fout. Ik doe echt maar wat, de hele toets door, tot de bel gaat en de docent zegt dat het ingeleverd moet worden. Zuchtend breng ik het blaadje waar teveel opgekrast is naar voren en loop dan het lokaal uit.

Het liefst was ik nu direct naar huis gegaan, maar ik moet echt nog even mijn leesboek voor Nederlands uit mijn kluisje halen zodat ik die dit weekend kan lezen. Anders ga ik het echt niet redden met het maken van het verslag.

Ik loop in een rechte lijn naar mijn kluisje die ik open en haal daarna snel het boek eruit. Het is best een leuk en spannend boek dus het uitlezen moet niet al te moeilijk zijn. Ik gooi mijn kluisje weer dicht en wil daarna weglopen, maar de geur alleen al van het gestalte achter me zorgt dat ik bevries. Ik blijf stil staan, maar weet precies wie het is. Alex. Degene waar ik nu echt geen zin in heb, ik wil naar huis, in mijn bed gaan liggen en alle Netflix series uitkijken die er maar zijn, niet door zijn aanwezigheid alle zelfcontrole die ik had verliezen.

"Mia, heb je even?" vraagt Alex. Ik negeer hem en loop door, hopelijk snel genoeg om hem te laten merken dat ik niet wil praten met hem. "Mia." Hij haalt me in en gaat voor me staan, precies elke keer zodat ik niet weg kan lopen. Ik zucht diep.

"Nu niet Alex, ik wil naar huis," mompel ik tegen zijn bewegende borstkas, zodat ik niet naar zijn hazelgroene ogen hoef te kijken.

"Het duurt niet lang," zegt hij. "Ik wil gewoon even praten over..." Ik kap hem af.

"Nee, Alex. Ik wil niet met jou praten, laat me gewoon met rust," mompel ik nog zachter dan zonet.

"Luister gewoon even vijf minuten zonder me fucking te onderbreken," zegt hij geïrriteerd. "Mijn oma gaat vanavond weer terug naar Colombia." Verbaasd kijk ik hem aan. Ergens vind ik het wel jammer voor hem, zijn oma heeft echt een goede invloed op hem.

"Oh, jammer," zeg ik.

"Ja, maar ze vroeg dus of je mee wilde naar Schiphol om haar weg te brengen, dus wil je mee?" Die vraag had ik al helemaal niet zien aankomen. Ik hoopte dat hij wel kon begrijpen dat ik nu geen contact wil met zijn familie om het niet nog moeilijker te maken allemaal, maar kennelijk dus niet.

Straatrat | ✔Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu