Hoofdstuk 5

1.4K 37 3
                                    

"Hoe ben je eigenlijk hier gekomen?" vroeg Carel. "Met de fiets." zei Isis toen ze terug liepen. "Ik ga jou echt niet terug laten fietsen. Het is al donker." zei Carel en wees naar de lucht.

Het was inderdaad waar. Het was ondertussen tegen zevenen gelopen. "Waar staat die?" vroeg Carel. "Ik kan heus zelf wel terug fietsen!" zei Isis en sloeg haar armen over elkaar. "Amsterdam kan gevaarlijk zijn 's avonds, weet je. Je kunt er maar beter niet alleen rond lopen. Er lopen genoeg gekken rond hier." zei Carel en keek haar aan.

"Vooruit dan maar." zuchtte Isis uiteindelijk. "Je kan niet van me winnen he." gniffelde Carel. "Houd op." riep Isis gefrustreerd uit en Carel porde haar lachend in haar zij.

De twee kwamen aan bij zijn auto en stapten in. "Vind je het erg om je fiets later op te halen? Ik heb geen fietsendrager bij." zei Carel. "Nee hoor. Ik heb er een hangslot op." antwoordde Isis om hem gerust te stellen en Carel knikte. Isis zette haar fiets op slot en ze liepen naar zijn auto.

"Moet je ook naar de Zuid-as?" vroeg Isis aan Carel. Straks moest hij een andere kant op. "Ja toevallig wel. Daar woon ik." glimlachte hij. "Ik ook!" zei ze. "Laten we dan maar gaan." zei Carel en Isis knikte. Ze legde haar tassen op de achter bank terwijl Carel de auto starte.

Isis voelde dat ze best moe was terwijl ze de ondergrondse parkeer garage uit reden. Het was een lange dag geweest voor hen beiden. Isis had het gevoel dat het klikte tussen haar en Carel. Ze konden goed met elkaar opschieten ondanks dat Carel haar shirt vies had gemaakt. Het was best een leuke jongen om mee om te gaan.

"Zie ik je nog eens?" twintig minuten later stonden ze stil voor het apartementen complex van Isis en Michelle. "Wie weet." Isis haar wangen gloeiden. "Ik meende het dat het voor herhalingvatbaar was." zei Carel serieus. Iets wat Isis opnieuw verlegen maakte.

Wat deed ze opeens raar. Er was helemaal geen reden om raar te doen. Hij probeerde gewoon aardig te zijn en het was een leuke dag met hem geweest in de stad. Ze bekeek hem eens goed. "Carel..." zei ze toen ineens en moest lachen. "Isis." zei hij op dezfde manier en moest glimlachen.

"Eindelijk heb ik je weer gevonden!" zei Carel blij. Isis had al de hele tijd het gevoel dat ze Carel ergens van herkende. Maar nu ineens wist ze het. Zomaar opeens. Carel was haar vroeger buurjongen toen ze met haar familie in Amsterdam - Zuid woonde.

"Je hebt het ook nu pas door he." grijnsde Carel. Isis werdt rood en haalde haar schouders op. Voorzichtig gaf Carel haar een knuffel. "Ik heb je gemist Ies. Er ging geen dag voorbij dat ik niet aan je gedacht had." fluisterde Carel. "Ik heb jou ook gemist." zei ze zacht terug.

"Ik spreek je nog wel." zei Carel na een tijdje. "Tuurlijk, komt goed." glimlachte Isis. Er hing een gespannen sfeer toen de twee elkaar aan keken. "Ik uh, moet gaan, ik kan Michelle niet alleen het huishouden laten doen." zei Isis en Carel moest lachen.

"Ga maar snel." zei hij en Isis stapte de auto uit. "Het was leuk!" zei ze nog snel. "Vond ik ook." glimlachte Carel. Ze keken elkaar nog even aan, namen toen afscheid en Carel reed weg. Isis merkte dat ze weer begon te ontspannen en zuchtte. Ze bleef nog eventjes buiten staan en keek naar het punt waar op Carel was uit gereden.

 𝓥𝓻𝓲𝓳𝓮 𝓣𝓻𝓪𝓹✔Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu