10.

201 24 0
                                    


Dit is de eerste keer dat ik de naam van mijn vader hoor. Als ik had verwacht dat er een puzzelstukje op zijn plek zou vallen, dat mijn leven als compleet zou voelen, dan had ik het mis. Het zorgt eerder voor een kolkende storm van woede in mijn binnenste. Of misschien komt dat door de aanwezigheid van Noah, of door het feit dat hij iemand die biologisch aan mij verwant is beter kent dan ikzelf. Hoewel ik nooit een vader had hoeven hebben, heb ik altijd al meer familie gewild. Dit voelt dus ontzettend dubbel.

Noah doet een pas naar voren. "Hallo mevrouw de Bruin. Leuk om u te ontmoeten. Bent u Alexa's echte moeder of hebben de gavenmeesters een kind van de zielendoders gestolen en haar een gave gegeven?"

Mam haalt haar neus op. "Alsof we zoiets ooit zouden doen. Alexa is mijn dochter en jij behandelt haar netjes."

"Want anders? Gaat ze me haar gave niet geven? Boehoe, nu word ik bang."

"Anders krijg jij je baas op je dak. Nee, Andreas zit waarschijnlijk niet te wachten op een dochter, maar denk je dat hij het leuk zal vinden om te horen dat jij haar vermoord hebt? Ik dacht het niet. En je weet wat er kan gebeuren met zielendoders die de Raad van Bestuur tegen zich in het harnas jagen."

"Hij is mijn baas niet, want ik ben nog geen achttien. Ik heb dus nog drie maanden de tijd om met haar te doen wat ik wil." Maar het is van zijn gezicht af te lezen dat hij niet zit te wachten op gedoe met de leider van zijn soort. Mooi zo. Ik ben niet van plan om op mijn zestiende te sterven.

Nu ik weet dat er een kans bestaat dat mijn vader me niet zou laten vermoorden, voel ik me meteen wat sterker in mijn schoenen staan. Ik loop naar Noah toe en priem mijn vinger in zijn borstkas. "Jij dondert hier op en wel nu. En je komt hier nooit meer terug, begrepen?"

"Zo makkelijk gaat dat niet, mevrouw de waarzegster. Je kunt me niet verbieden hier te komen. Dan stuur ik gewoon iemand anders op je af en reken maar dat de getrainde zielendoders nog minder aardig zijn dan ik."

"Daar heeft hij gelijk in, Alexa," klinkt de stem van mijn moeder achter me.

Noah kijkt me triomfantelijk aan. "Zie je? Dus wat zal ik doen? Tegen onze goede vriend Andreas zeggen dat jullie hier zitten zodat hij zelf langs kan komen?"

"Geen sprake van," antwoordt mam. "Alsof hij dat zou doen. Hij zou alsnog een paar van zijn slaven hierheen sturen om ons af te maken."

"Sorry mevrouw de Bruin, maar dat is toch hoe u aan uw einde zult komen. Dan kunnen we het beter maar meteen doen, nietwaar?"

"Daar ben ik niet zo zeker van. Zeg Noah, lust jij een kopje thee? En nee, dat is geen aanbod dat je kunt weigeren. Het is een verplichting." Met zekere passen beent mam langs ons heen de woonkamer in.

Verbaasd kijk ik haar na. Volgens mij volg ik het niet helemaal. Gaat ze nou doodleuk met hem thee zitten drinken? Je gaat me niet vertellen dat daar een speciaal ingrediënt in zit waar zielendoders dood aan gaan. Dat sowieso niet. Mijn moeder is geen moordenaar.

Omdat ik Noah niet alleen in de gang wil laten, trek ik hem met me mee door de woonkamer heen naar de keuken. "Ga je hem vergiftigen?"

Mam schiet in de lach alsof ik heb gevraagd of ze een clownsneus op zijn hoofd gaat zetten en zijn oogleden wit gaat verven. "Natuurlijk niet. Ik wil alleen een stevig woordje met hem spreken onder het genot van een kopje thee. Jij wilt citroensmaak zeker?"

"Als we dat hebben." Nog steeds niet helemaal gerust gebaar ik Noah dat hij plaats moet nemen aan de eettafel. Zelf doe ik dat ook. Ik doe mijn uiterste best om hem mijn meest minachtende blik toe te werpen. "Dus jij loopt altijd zomaar bij huizen naar binnen?"

Visioenen van een gavenmeesterWhere stories live. Discover now