XXXII

210 16 7
                                    

The night was all you had.
You're running to the night from all you had.
Found yourself a path upon the ground
You're running through the night, you can't be found.

*~*~*

Leora

'Ik kan niet stoppen met denken aan gisteravond.'

Zorgvuldig en met beleid legde Leora haar hand op zijn schouder en begon ze het voorzichtig in te smeren.

Het was waar, het enige waar ze aan dacht was hun vorige avond.

De vlam van gevoelens die ze toen voelden kwamen al terug met het ophalen van de herinnering. Maar dat was niet het enige waar ze continu over nadacht.

Hij was bang.

De held van haar leven, de jongen die soms zo heldheftig was, was bang. Ze wist dat hij het was, iedereen had angsten, maar dat hij het hardop uitsprak bevestigde pas hoe overheersend het was.

Sinds de dood van Nora was er pas echt iets veranderd in de groep. Niemand leek nog vertrouwen te hebben, niet nadat Nora was gedood door het toedoen van mensen. Natuur was niet meer het enige gevaar dat er dreigde.

'Ik kan niet stoppen met denken over alles wat er is gebeurd.'

'Dat weet ik,' fluisterde Leora, alsof het een geheim was dat ze verklapte.

Alex legde zijn hoofd in zijn nek, zodat hij naar haar omhoog kon kijken. 'Dus ook aan gisteravond, op een goede manier.'

Leora glimlachte en boog zich naar hem toe en kuste hem op zijn voorhoofd. 'Ik ook. Ik vond het fijn dat we gepraat hebben en... de rest ook.' Ze haalde haar hand van zijn schouder af en kroop achter hem weg van het bed af. 'Doet het veel pijn?'

Alex schudde zijn hoofd. 'Zolang ik de zalf erop smeer gaat het wel.'

En verder? Ze had het hem bijna willen vragen: doet het pijn hier nog te zijn?

Soms was het leven pijnlijk en was de dood vrij verleidelijk.
Leora pakte zijn handen vast en keek hem recht in zijn ogen aan.

'Gisteravond zei je dat je bang was. Ben je bang voor wat we aantreffen in Ede?'

En daar raakte ze zijn gevoelige snaar. Dat wist ze omdat hij zijn blik afwendde en ze aan zijn ogen kon zien hoeveel pijn het hem deed.

Hij kauwde op zijn wang, sloot zijn ogen en nam lang de tijd voor hij knikte. Hij was bang zijn broer te verliezen, de reden van hun tocht - hun drijfveer.

'Wil je hem opgeven?'

Ging ze te ver? Speelde ze te veel in op zijn gevoel? Zo voelde het wel.

Het was niet zo dat ze op zijn gevoel in wilde spelen. Ze had nog hoop. Ze kende Alex. Als Alex kon overleven, waarom Jess dan niet?

Ze had hoop dat híj de jongen was die de halve stad had afgebrand, dat hij wachtte op zijn broer.

En ze wilde zo graag bewijzen dat hij nog bestond, zodat Alex nog hoop kreeg. Dat haar hoop niet tevergeefs was. Dat ze nog een reden hadden om door te gaan.

Nu pas keek hij haar weer aan en zijn blik was genoeg om te weten wat hij zou antwoorden: 'Nee'.

*

Ze hadden meerdere huizen doorzocht zodat ze wisten dat ze weer even vooruit konden.

Met tweede gevulde, half verscheurde tassen waren ze vertrokken. Ze hadden ook wat nieuwe kleding kunnen vinden.

Het feit dat de kleding gescheurd was vond ze niet erg, maar het feit dat er daardoor meer kou werd doorgelaten wel. Het werd steeds kouder en ze konden de warmte die kleding kon bieden goed gebruiken.

Apocalypse: Het Einde Van De WereldWhere stories live. Discover now