XXII

250 22 1
                                    

Leora

Kuchend zakte ze neer op de grond. Haar borst ging snel heen en weer. De tijdelijke hoestbui hield op en vermoeid bleef Leora op de grond zitten.

Ze begroef haar vingers in het drassige zand onder haar. Een warme hand nam plaats op haar schouder en traag keek ze omhoog. Rabelais.

'Gaat het, Leora?'

Nora, en hij. Dat was het. Drie mensen die nog ontbraken. Híj was er niet. De reden dat zij in beweging was gekomen, was nog binnen.

Hoe kon het in hemelsnaam goed met haar gaan? Nadat ze had gezien hoe Gisèle levend verbrand werd? Hoe kon het goed gaan, nu Alex en Luc daar nog binnen waren? Hoe kon het goed gaan, als ze op het punt stond haar jeugdvriend te verliezen?

Ze knikte. Een grote leugen. Ze zette haarzelf ertoe om overeind te komen. Nora keek ontzet naar het gebouw, dat luid kreunde onder de brand. Het stond op het punt van instorten.

Leora richtte haar aandacht op de grond. Het was te pijnlijk om te zien hoe het huis op instorten stond. Weer deed ze hetzelfde als toen. Ze deed niets om de situatie te veranderen.

Timothy jammerde om hulp, de pijn klonk door in zijn stem, maar ze deed er niets aan. Het was Alex geweest die zo moedig was geweest om terug te gaan.

Zij niet. En zelfs nu hij in gevaar was, de jongen om wie ze het meest gaf, deed ze het niet.

Lafaard.

Leora ademde diep in en keek naar Rabelais. Hij staarde, net als Nora, naar het gebouw. Alleen hij zag er niet ontzet uit.

Sinds zijn vaders dood leken alle emoties uit zijn lichaam verdwenen. Ze herinnerde zich hoe hij schreeuwend en vloekend de gang op was gelopen en had geroepen dat het een foute boel was.

'Alex! Luc!' riep Nora. Haar geroep werd overstemd door een luide knal die de bliksem achterliet.

Ze rende op het tweetal af dat uit de boerderij geslenterd kwam. Luc was bij zinnen, Alex niet.

Sterker nog, hij leek helemaal niet bij zinnen. Zijn lichaam was slap en hij lag op de grond. Zelfs vanaf hier kon ze de brandplek op zijn schouderblad zien. Nora knielde bij de jongen neer en pakte zijn pols, om zijn hartslag te voelen. 'Hou vol, Alex.'

En met dat Leora zag hoe Nora naar hem keek, naar hoe ze de woorden zei, hoe ze zijn naam uitsprak... Er brak iets.

Ze vond hem leuk. De ontzette blik die ze net had gehad, het was dezelfde hoop als die zijzelf voelde. De dodelijke blik die ze had geworpen toen ze Alex' hand vastpakte.

Nu begreep ze die blik. De opmerkingen die Nora soms maakte jegens haar eveneens.

'Waar is ze?' De wanhoop droop van zijn stem af. Hij keek eerst naar Nora, vervolgens naar Leora. 'Jullie waren bij haar, waar is ze?'

Nora deed haar best Alex bij zinnen te houden door zacht tegen hem te spreken. Ze hield zijn gezicht in haar handen. Het was bijna aandoenlijk om te zien, was het niet dat ze zelf graag in dat beeld had willen staan.

Heel even keek Nora op. 'Ik niet, ik was naar de wc op het moment van de blikseminslag.'

Luc richtte zijn aandacht direct op haar. Hij keek verwijtend, maar tegelijkertijd ook ontroert. 'Waar is ze? Waar is ze!'

Hij kwam overeind en snelde op haar af. Hoe kon ze hem vertellen wat er gebeurd was?

Hoe kon ze zeggen dat ze het gewoon had laten gebeuren? Ze had de balk van haar af kunnen tillen.

Apocalypse: Het Einde Van De WereldWhere stories live. Discover now