VIII

438 49 6
                                    

Leora

Haar blik was strak vooruit gericht. Ze wilde niet zien wat voor een ellende er om haar heen was. Ze wilde het ook niet horen, maar dat was iets waar ze niet aan ontkwam.

Ze hoorde overal gejammer, ze hoorde het geknetter van vuur en ze hoorde ook de wanhopige kreten om hulp. Ze haatte haarzelf voor haar egoïstische houding. Het voelde als een groot verraad dat ze stug door bleef lopen en geen greintje medelijden toonde.

In werkelijkheid stond ze op springen: alsof ze elk moment kon ontploffen en daarbij een golf van emoties losliet.

Tevens was dat ook de reden waarom ze nauwelijks had gereageerd op de dingen die Alexander had gezegd. Ze was bang dat de brok in haar keel te sterk naar voren zou komen en ze dan ook daadwerkelijk in elkaar zou zakken om het op te geven.

Ze wilde niet opgeven. Niet nu ze bij hem was.

Leora slaakte een luide, geschrokken kreet en viel onhandig neer op de grond. Een enorme pijnscheut schoot door haar lichaam en heel even werd ze licht in haar hoofd. Ze had een seconde nodig voor ze angstig kon kijken naar hetgeen wat haar had laten schrikken.

Een bebloede hand zat rond haar enkel geklemd, afkomstig van een man die elk moment zou kunnen overlijden. Een grote wond liet sporen op zijn gezicht achter, wat hem een griezelige uitstraling gaf.

Zijn onderlichaam lag beklemd onder omgevallen bus. Scherven staken in zijn lichaam en maakten het haast onmogelijk voor hem om dit al die tijd overleefd te hebben. Zijn kin leunde op het gebroken asfalt om haar aan te kijken. Hij trok zijn mond open om iets te zeggen, maar er klonk niets anders dan gerochel, door de overmaat van bloed die er in zijn mond schuilging.

Alexander was vrijwel direct naast haar neergeknield en trok haar been uit de greep van de man - wat niet veel moeite kostte aangezien de kracht van de man niet erg hoog was.
Leora kroop enkele meters naar achteren toen haar enkel los was en kromp in elkaar. Alex legde zijn handen op haar schouders en keek haar aan. Streng, maar toch met enige bezorgdheid in zijn blik.

'We moeten verder,' zei hij. Het klonk bijna hard.

Maar het feit dat hij zijn wenkbrauwen licht gefronst had, waardoor je zijn zorgen kon zien, zorgde ervoor dat het lang zo hard niet overkwam als dat het klonk.

Daarbij, de vraag "gaat het?" zou ze totaal niet gewaardeerd hebben.

Leora ademde diep in, slikte de brok in haar keel weg en kwam moeizaam overeind.

Het liefst zou ze verder lopen en de man vergeten, maar ze kon het niet. Ze vond dat ze hem uit zijn lijden moest halen, maar dat was iets wat ze al helemaal niet zou kunnen.

Daarbij zou ze veel te bang zijn dat ze hem nog meer pijn bezorgde. Nog enige tijd staarde ze naar de man, die onverstaanbare dingen murmelde en af en toe een snik liet horen.

Nogmaals ademde ze diep in, waarna ze haar aandacht weer op Alexander richtte. 'Hoe ver is het nog, denk je?'

De jongen keek om zich heen en leek een kleine rekensom te maken. 'In ons tempo nog ongeveer een uur, als alles meezit.' Een veel langere tijd dan dat Leora gehoopt had, maar een keuze had ze niet.

Ze vervolgden hun tocht. Het leek veel langer te duren dan het in werkelijkheid deed.

De omstandigheden maakten de tocht nog pijnlijker. Daarbij was ze uitgeput. Ze had sowieso al amper geslapen en het feit dat ze ook deze nacht amper haar ogen dicht had gedaan, zorgde ervoor dat haar lichaam er nog meer moeite mee kreeg dan dat het al deed.

Alexander leek haar vertraagde tempo ook op te merken, al vroeg ze zich af of hij het vervelend vond. Ze konden allebei wel wat rust gebruiken.

Hij keek regelmatig naar haar, om te zien hoe ze eraan toe was. En ze moest zeggen dat het steeds slechter ging.

Apocalypse: Het Einde Van De WereldWhere stories live. Discover now