Hoofdstuk 23

893 54 14
                                    

Eva pov

'Hé Frank!' roep ik waarna ik helemaal zelf een stukje naar hem toe loop en hij me in het rond draait. Hij drukt kort zijn lippen op mijn wang. 'Je kan lopen,' zegt hij blij. Ik knik trots. 'Goed hè?' Hij knikt lachend. 'Wel met een beetje hulp van Wolfs,' zeg ik om Wolfs er bij te betrekken. Maar als ik achterom kijk, kan ik hem niet zien. 'Waar is die heen?' vraag ik aan Marion. Ze haalt haar schouders op. 'Hij is vast een lekker wijf tegen gekomen en geeft die nu een goeie beurt,' zegt Frank om me "gerust te stellen". Maar ik voel een steek van jaloezie door me heen gaan. Wat als het echt zo is? 'Eva, ik ga. Jullie vermaken je wel,' knipoogt Marion en loopt de gang uit. 'Wil je me naar mijn kamer brengen?' vraag ik aan Frank. 'Tuurlijk, schat.' Er is wel iets veranderd aan Frank sinds de coma, maar eigenlijk vind ik die aandacht wel fijn. Frank tilt me op en loopt naar de kamer waar hij me op het bed neerzet. Omdat mijn benen best koud zijn, sla ik de dekens erovereen. Frank komt naar me zitten en legt zijn hand op de mijne. Hij buigt voorover en drukt zijn lippen op die van mij om in een innige zoen verwikkeld te raken. Op het moment dat mijn tong die van hem raakt, flitst het beeld van Wolfs door m'n hoofd. Snel neem ik afstand. 'Is er iets?' vraagt Frank licht geschrokken. 'Ik dacht even... Nee, laat maar.' Nog een beetje in de war druk ik mijn lippen weer op die van hem.

Wolfs pov

Ik gooi een plens koud water in mijn gezicht en droog het weer af aan mijn mauwen. Ik pak mijn mobiel en doe het scherm aan. Dan herinner ik me weer de foto die ik een tijd geleden een keer stiekem heb gemaakt. Van mij en Eva, zoenend. Snel zoek ik hem op. Mijn vinger glijdt over de verkleinde afbeelding. Waarom? Snel veeg ik een traan van mijn wang en steek mijn mobiel weer in mijn binnenzak. Ik loop zonder iemand aan te kijken het ziekenhuis uit en loop de buitenlucht in, waar het water met bakken uit de hemel valt. Het lijkt wel alsof de wereld om me heen zich net zo voelt als ik, ellendig.Eigenwijs loop ik toch door. Af en toe moet ik grote stappen zetten over de inmiddels gevormde plassen, om natte sokken te voorkomen. Waterdruppels vallen via mijn kraag langs mijn nek naar beneden en zorgen voor geen fijn gevoel. Ik loop, waar naartoe weet ik niet. Ik heb geen eindbestemming. Naar mate ik langer loop, begint het zachter te regenen, en uiteindelijk is het helemaal droog. Er komt zelfs nog zonneschijn. Zo zie je maar weer. Het spreekwoord "na regen komt zonneschijn" klopt. Hopelijk werkt het in het echt leven ook zo.

Een paar kilometers verder, en inmiddels ook pijnlijke voeten, ben ik zo goed als opgedroogd. De straten herken ik. Dit is dicht bij De Ponti. Aan de ene kant hoop ik dat ik Frank niet tegen kom. Maar aan de andere kant, als ik hem wél tegenkom, zal ik hem later weten hoe ik erover denk. Nu is het alleen nog maar afwachten of ik hem zal aantreffen. Ik loop door met een flinke pas en open niet veel later de deur van De Ponti. Eerst naar de wc. Wanneer ik klaar ben en de wc heb doorgespoeld, loop ik door naar de woonkamer waar ik inderdaad Frank aantref. Ik haal een keer diep adem. 'Frank, ik wil met je praten.' 'Praten? Waarover?' staat hij op alsof hij niet weet waar ik het over heb. 'Over Eva. Ík heb een relatie met haar!' verhef ik mijn stem. 'O ja? Bewijs dat maar eens.' Ik word kwaad, nee, woedend. Op een versnelde en daardoor driegende pas op hem af. 'Je bent een klootzak, Frank. Een klootzak!' Ik pak hem bij zijn schouders en druk hem tegen de muur. 'Je moet met je poten van Eva afblijven!' roep ik. Zijn vuist gaat onverwacht richting mijn neus, waardoor ik die ook niet kan ontwijken. Ik herstel me snel en vecht terug. Niet veel later liggen we worstelend op de grond, waarbij we elkaar bij de keel grijpen en zoveel van ons af slaan als we kunnen. Ik had niet verwacht dat Frank zo sterk zou zijn, dus dat is een behoorlijke tegenvaller voor mij. Een laatste vuist tegen mijn slaap zorgt ervoor dat ik niet meer in staat ben om me te verweren en ik krijg dan ook nog heel wat klappen over me heen.

Gewist - Flikken MaastrichtWhere stories live. Discover now