Hoofdstuk 51

1.1K 45 0
                                    

BAM!
Vince klemt mij vast en zegt dringend: "Het is zo gebeurt. Ik geef je nu de ruimte, die heb je nodig. Maar ik blijf bij je."
BAM!
"Ik ga nu veranderen. See you on the other side."
En met die cheesy uitspraak doet hij een stap bij me vandaan.
BAM!
Het is donker, maar door de volle maan schijnt er een zilveren gloed door en over de bomen die alles in een geheimzinnig licht zet. Het veranderen van Vince ziet er dan ook niet pijnlijk of ongemakkelijk uit. Eerder soepel en koninklijk.
BAM!
BAM!
BAM!
De klok heeft al zes keer geslagen. Ik sta daar, naakt. Te staren naar een machtige wolf. De tijd gaat te snel, maar tegelijk o zo langzaam.
BAM!
BAM!
De spanning in mijn buik is zo hoog opgebouwd dat ik een hard pijnlijk gevoel overhoud.
BAM!
Ik begin onvoorstelbaar te rillen. Vince geeft me een brom, die geruststellend is bedoeld. Hij komt nog steeds niet in de buurt.
BAM!
Ik spreid mijn handen wijd als om mijzelf alle ruimte te geven.
BAM!
Ik zet me schrap.
BAM!!

Een doodste stilte daalt over de omgeving. Een fractie van een seconde gebeurt er niks.
En dan begin ik te bewegen. Ik voel allerlei botten in mij verschuiven en breken. Buigen en vormen. Het doet pijn, zo'n pijn. Ik schreeuw het onwillekeurig uit en probeer mezelf van mijn eigen lichaam af te wenden. Onmogelijk uiteraard. Maar dan -als de klok een dertiende keer had geslagen, was hij daar nog niet eens aan toe geweest- voel ik mezelf vergroeien. Ik zie overal zwart haar uit mijn lichaam schieten en mijn mond voelt even overvol aan als er nieuwe en extra scherpe tanden bijkomen.
Voor een buitenstaander zal het eruit hebben gezien alsof er in een enkele seconde tijd een wolf uit mij barst, zo snel gaat het. Ik sta kort op twee achterpoten gebalanceerd en zet dan mijn voorpoten ook voorzichtig op de grond. Mijn beeldvorming is nu heel anders. Ik sta veel lager bij de grond (ik ben als wolf heel klein merk ik, ik haal het niet bij Colin, de kleinste wolf die ik heb gezien). Mijn zicht, reuk en gehoor zijn zoveel beter. Mijn gedachten bruisen alle kanten op en ik voel dat ik moet rennen!
Maar dan word ik uit mijn concentratie gehaald. Ik voel de andere wolf die ik voor een seconde vergeten was. En ik kijk Vince recht in zijn wolvenogen. Mijn wereld stopt.
Waar ik eerst dacht dat ik van hem hield, weet ik nu dat dat niks is met wat ik nu voor hem voel. Mijn wereld is opgehouden te bestaan, en ik draai nu mee in zijn wereld. Ik ben onlosmakelijk verbonden met hem.
Vince blijft kijken met grote spanning. Waarom doet hij niks? Is er wat mis met mij, ben ik niet voor hem bestemd? Ben ik te klein? Ik hef mijn kop naar de zichtbare maan en huil. Een intriest geluid waar al mijn onzekerheden in weerklinken.
Dan voel ik een natte snuit zacht tegen mijn flank. Vince is dichterbij gekomen en kijkt mij zo vragend aan dat ik besef dat hij me in de ogen wil kijken.
En dat is wat we doen. We blijven elkaar in de ogen staren, en opeens hoor ik in mijn hoofd, helder als glas: "Alexis!" Ik kijk hem wat geschrokken aan. Behalve mijn naam zie ik ook beelden. Beelden vanuit het oogpunt van Vince. Ik zie een verleidelijke jonge vrouw met donker haar en groene ogen. Ik zie de focus die hij op haar legt. Op mij. Vince zegt in mijn hoofd, zachtjes, maar nog steeds glashelder: "Je bent mijn mate. Je hoort bij mij." En het laatste restje spanning verlaat mijn lijf. Weer jank ik. Maar nu uitgelaten. Vince stoot mij weer zachtjes aan en ik zie een beeld van een vragende Vince in mijn hoofd. Kan het zijn dat hij me niet hoort? Zijn al mijn chaotische gedachten nog van mij? Is mijn liefde voor hem nog niet bekend bij hem?
Ik concentreer me op zijn rode ogen. Ik sluit daarna toch mijn ogen om de inspanning te vergroten. En ik focus me op de eerste woorden die ik hem via de mindlink wil sturen. "Vince, ik hou van jou."
Het is aangekomen merk ik, als ik de liefde voel waarmee hij me overspoelt. We horen bij elkaar. Uitgelaten janken we nu allebei. Woorden zijn overbodig. We kijken naar onze omgeving en ik wil rennen! Wat ik prompt doe. Mijn poten gaan zo ontiegelijk hard. Maar het haalt het bij lange na niet bij de gigantische stappen die Vince kan zetten. Hij haalt me moeiteloos in en gaat naast me rennen. Ik voel me gelijk weer onzeker worden. Maar Vince kan de link nu veel beter oppikken en stuurt mij liefdevolle beelden en gevoelens. Biologisch gezien zijn vrouwtjeswolven zo'n 10% kleiner dan mannetjeswolven. Ik ben perfect zoals ik ben verzekert hij me. Hij laat een beeld van zijn moeder zien in wolvengedaante. Klein, maar tegelijk zo krachtig. De opluchting stroomt weer toe. En ik ren zo hard. De bomen gaan in een flits aan me voorbij. Ik kan tegelijk ook door Vince zijn ogen kijken, en hoewel dat heel onpraktisch lijkt, is dat het niet. Ons blikveld wordt groter, het te bestrijken terrein wordt veiliger. Ik snap de mindlink.
De rest van de nacht blijven we rennen en ik blijf mijn wolf onderzoeken en testen. Vince is een geduldige leermeester en helpt me met al mijn onzekerheden en vragen.

Als we na uren op een mooie open plek in het woud zijn beland, blijft Vince opeens stilstaan. Hij veranderd weer naar zijn mens. Zijn prachtige sterke mens. Ik haal het beeld in me naar voren die hij me van mezelf gegeven heeft. Zo ziet hij me. En vol vertrouwen verander ik mezelf naar mens. Wat moeiteloos gaat, mijn lijf begrijpt hoe dit moet.
De sterke liefde blijft. Pulseert tussen ons. En we vieren mijn verandering samen en intiem.

Daarna veranderen we weer. We rennen naar het kasteel om vlak voordat we in beeld zijn weer te veranderen naar onze mens. We kleden ons om en lopen als stelletje langs de paleiswachten.
Vince trekt me mee naar zijn kamer, en we vallen uitgeput maar voldaan in slaap tegen elkaar aan.

De weerwolfprins [deel 1]Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu