6

5.1K 160 65
                                    

Pov Esmay:

Jace wilt me persé een rondleiding geven door zijn gehele huis, wat enorm is aan de foto van de buitenkant te zien, maar ik kan niet zo goed lopen dus hij wilt me dragen.

Als hij me draagt ben ik veel te dichtbij, ik moet een beetje afstand houden. Ik weet nogsteeds niets van hem en vertrouw hem niet.

"Ahh toe? Ik beloof dat ik je enkel draag, ik zal niets proberen." smeekt Jace weer.

Door zijn gesmeek voel ik me een beetje ongemakkelijk. Ik ben niet bang dat hij iets gaat proberen, ik wil gewoon niet zo dichtbij hem zijn en ik voel me heel erg invalide als iemand me draagt.

Ongemakkelijk haal ik mijn schouders op en ontwijk zijn blik door weer naar mijn blote voeten te kijken.

Gelijk duwt hij mijn kin weer omhoog zodat ik hem moet aankijken. Ik probeer me uit zijn greep te trekken zodat ik weg kan schuiven en zijn blik ontwijken maar hij houd me stevig vast.

"Niet omlaag kijken. Je buigt dan je hoofd en dat doen lage rangen weerwolven als teken van respect voor de hoge rangen. Jij, prinses, bent mijn gelijke, de hoogste rang. Ik wil niet dat je omlaag kijkt." zegt Jace.

Ik hoor de woorden wel en begrijp ze maar kan niet antwoorden.

Zijn blik is zo intens dat mijn knieën week worden en ik blij ben dat ik niet sta. Zo liefdevol, alsof hij me aanbid bijna. Ik kan me niet herinneren dat ik ooit eerder op die manier aangekeken ben.

"Snap je dat?" vraagt hij.

Verbaasd knipper ik met mijn ogen en ontwaak uit mijn trance.

Waarom moet ik mezelf altijd in een gênante positie neerzetten? Ik staarde hem serieus de hele tijd aan met mijn mond open.

"J ja. Niet meer omlaag kijken." stotter ik.

Tevreden glimlacht hij en knikt. Dan probeer ik me nog eens los te trekken en zucht hij. Hij laat me met duidelijke tegenzin los.

"Je moet nu echt wat eten." zegt hij en staat op.

Ik probeer ook op te staan maar mijn spieren protesteren dus mijn benen zijn half gestrekt als ze weigeren verder te gaan. Fijn.

Gelijk grijpt Jace mijn middel vast met 2 handen en voorkomt zo dat ik achterover zou vallen, op de bank.

"Gaat het? Wat is er mis? Heb je ergens pijn?" vraagt Jace bezorgd.

Zijn ogen flitsen over mijn lichaam maar vinden geen verwondingen. Opgelucht zucht hij.

Wauw. Ik was bijna op de bank gevallen. Ik had minstends mijn teen kunnen stoten aan het koffietafeltje.

"Niets aan de hand. Maar dankje." zeg ik met rode wangen.

Zijn handen zitten nogsteeds om mijn middel...

De stilte wordt lang en pijnlijk tot Jace mijn ogen volgt die naar zijn handen gaan. Langzaam laat hij me los.

"Eten. Ik zou kijken wat je kan eten." zegt hij en begint richting de keuken te lopen.

Ik volg hem, heel langzaam zodat ik niet omval en alles nog gênanter maak dan het al is. Jace loopt de grote keuken in die ik al had gezien maar nu is die helemaal gevuld met eten.

Allemaal verse kruiden staan naast het fornuis tegen de muur geschoven.

Op het aparte gedeelte van het kookeiland staan grote glazen potten met allemaal verschillende soorten ontbijt granen en grote manden vol verschillende soorten fruit. Gewoon fruit zoals appels en bananen, maar ook tropische dingen die ik nog nooit gegeten heb.

The Accident Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu