Hoofdstuk 22

1.7K 73 3
                                    

Hoofdstuk 22

Music: Little may - Boardwalks

Ik loop misschien al meer dan drie uur rond en heb nog steeds geen weg gevonden uit dit enorm grote bos. Ik kijk om me heen en zie alleen maar bomen en het huis van Maartje kan ik ook niet meer vinden.

Ik loop naar een boom en ga er tegen aan zitten. Wat ga ik überhaupt tegen Renzo zeggen als ik daar aankom?

"Hee Renzo! Ik was even weggelopen maar jammer genoeg was de buitenwereld nog slechter dan ik had verwacht! Oh ja en je had gelijk over Brain hij is vreemd gegaan maar ik ben weer terug!"

Ja dat ga ik nou net niet zeggen! Ik zucht even en kijk weer om me heen, struiken en bomen en kleine bloemen zie ik voor mij.

Ik sta weer op en geef nog een poging om uit die bos te komen. Ik loop door allemaal bosjes en takken en ik heb zoon gevoel dat ik de goede kant op loop.

Gelukkig zoals ik al zei loop ik de goede kant uit! Ik kan toch nog wel wat! Ik zie het einde van het bos al in zicht komen en glimlach breed. Als ik het einde van het bos heb bereik kom ik in een klein miezerig dorpje. Alles lijkt stil en ik vraag me af of hier überhaupt iemand leeft.

Ik loop langs huizen en alles lijkt zo stil, niemand loopt op straat. Niemand. Is het wel zo handig om hier te lopen?

Na een tijdje kom ik uit in een soort centrum. Ik loop langs allemaal winkels langs maar alles is dicht. Ik begint twijfels te krijgen over dit dorp. Is dit eigenlijk wel een dorp?

"He meisje!" Schreeuwt iemand naar mij. Oh god, dit is geen goede toon om een meisje aan te spreken. Ik meen het, wie zegt nou tegen een meisje "Hee meisje?" De toon alleen al!

Ik draai me om en zie een groep jongens staan, dit is zo fout! Dit is niet goed. Ik zoek voor meisje achter hen maar niks.

Is dit een soort junk club die een dorpje hebben beroofd en nu leven op bier en pizza? Ik kijk naar de flesje bier in hun handen. Ja dat zijn hun ja.

"Kom is meisje!" Zegt hij weer en lacht met zijn vrienden. Nee, ik kom niet vriend. Want ik ben geen hond. Ik blijf stokstijf stil staan en verroer me niet.

"Moeten wij misschien naar jou toe komen lekkerding!" Zegt een andere jongen. Ik schud mijn hoofd van nee.

"Zei je nou ja?" Zegt hij weer en loopt naar mij toe, zijn vrienden blijven staan. Hij zet grote stappen.

Hij komt dichterbij en ik verroer me nog steeds niet. Hij komt voor me staan en ik ruik drank, veel drank. Ik moet toegeven dat hij niet lelijk is, hij heeft kort bruin haar en ijsblauwe ogen, zijn kleding ziet er ook niet verkeerd uit hij heeft een zwarte broek aan met daarop een grijze trui en een blauwe spijkerjas erboven op. Ik voel mezelf huiveren.

"Hallo schoonheid." Zegt hij en streelt mijn wang. Ik schrik wakker en zet een stap naar achter. "Waarom loop je nou naar achter." Zegt hij en zet weer een stap naar mij toe. "Vind je mij niet lief?" Hij zet een pruillip op en kijkt me zielig aan.

Ik schud mijn hoofd. "N-nniet echt." Mijn stem klinkt bang en bibberig tegelijkertijd. Lekkere spraak heb je weer April.

"Ze praat!" Lacht hij. "Ouch schoonheid toch..." Hij pakt mijn hand vast en geeft een kusje op mijn wang. Ik wil hem slaan en hef mijn handen al op die hij snel pakt. Maar ik zeg niks.

"Ja lekker hoor Thomas!" Schreeuwt een jongen uit de groep die ver hier vandaag staan. Hij draait zich even om en steekt zijn duim op. Hij heet dus Thomas.

Hij draait zich weer naar mij om. "Mag ik zeggen dat je er heel sexy uitziet." Hij likt zijn lippen en geeft mij een knipoog.

Ik bloos en doe gelijk mijn handen op mijn wangen. Ik haat hem nu al. "Moet mijn lieverdje nu al blozen om een compliment!" Zegt hij en pakt mijn handen vast.

"Ik ben je lieverdje niet!" Sis ik en trek mijn handen los uit die van hem. "En nog is pittig, daar hou ik van!" Zegt hij en grijnst. "Heb je zin om met mij mee te gaan schoonheid?"

Ik schud mijn hoofd van nee. Liever niet vriend. Ik slaap liever nog vanavond bij de katten dan dat ik met hem meega. Met zijn junken groep, waar ik al van weet, ik niet mag.

"Nou dan sleur ik je wel mee!" Zegt hij en pakt mijn hand vast. Zijn stem klinkt harder, afstandelijker. En ik schrik even.

"Ik dacht het even niet, vriend." Zeg ik en probeer me los te maken uit zijn greep. Dan doen we maar de enige tactiek die alle meisje weten. De ballentrapper!

"Wist je dat ik heel goed kan schieten?" Zeg ik en glimlach naar hem. Hij draait zich volledig naar me om. Zijn afstandelijke en kille uitdrukking is veranderd in geamuseerd.

"Ik wist niet dat je kon voetballen?"

"Kan ik ook niet." Zeg ik en grijns breed. "Maar dit kan ik wel heel erg goed." Ik trap in zijn edeldelen en hij kreunt van de pijn en laat me los.

Ik ren meteen weg en laat arme Thomas achter. Even een moment stilte voor onze lieftallige Thomas. Je was echt een goede vrie- nee grapje, ik hoop dat je die trap van mij nog lang voelt zitten!

"Gast!" Hoor je nog jongens uit het groepje horen en ik hoor nog veel gescheld uit Thomas zijn mond horen. Ik ren het dorp uit en kijk steeds achterom of ik de jongensgroep nog zie, maar gelukkig niet. Ik verslap mijn passen en zie voor mij een groot grasveld. Met daarachter een wel bekend kasteel,

die ik maar al te goed ken.

He was differentDonde viven las historias. Descúbrelo ahora