25. Gebroken maar niet vergaan

13 2 14
                                    

Brooklynn pov

Met tegenzin ren ik mee met Yara die haar hand om mijn pols heeft geknepen. Ik probeer mijn hoofd naar achteren te draaien maar we gaan te snel. "Jacky, doe je haarspeld uit!" Roept Yara hijgend naar haar. "Wat?" Mompelt ze. "Doe het gewoon." Sist Yara met grote ogen. Jacky haalt het uit haar blonde lokken en geeft het ijzeren speldje aan Yara. We komen bij een groot metalen hek, er zit een kettingslot op. "Hoe gaan we daar overheen klimmen?" Jacky kijkt omhoog.

Ik krijg eindelijk de kans achterom te kijken, de man nogsteeds op de grond. Beweegt hij nog? Ik kan het van deze afstand nauwelijks zien. "De man" klinkt een beetje formeel. Ik weet niet zo goed hoe ik hem zou moeten noemen. Kennelijk was de rol van "papa" in mijn hart onvervulbaar voor hem. Het is een gewone man, alsof we elkaar nooit hebben gekend. Yara doet alsof hij een vreemde is die iets van ons steelt. Ik heb zijn bloed in mijn aderen, helaas kan ik dat nooit veranderen.

"Brooklynn!" Roept Jacky, de poort is opeens open en zij staan al buiten. Ik kijk nog een keer achterom, zuchtend stap ik naar hun kant. Voor ons bevind zich een enorm graanveld, "Die kant op!" sist Yara, we rennen over het grindpad naar het graanveld.

"Hey!" Schreeuwt iemand achter ons, het is de chauffeur van ons busje. "Shit, sneller!" Roept Jacky. Als ik sneller begin te rennen begint mijn keel te prikken. "Ik kan niet meer." Mijn buik zit verstopt door twee grote harige armen, ik maak een stikkend geluid. Voor een moment komt er niks uit mijn keel. "Brooklynn!" Yara en Jacky rennen terug.

De man laat me los, "Kom mee, dat gaat een stuk makkelijker." Zegt hij, en hij draait zich om. We kijken elkaar fronsend aan, ik laat mijn ogen vanaf zijn haar als een rolluik naar beneden glijden naar zijn zwarte nikes. Tot mijn grote verbazing loopt Yara als eerste achter hem aan. Wij lopen er achter aan, ik wou nooit gaan in de eerste plaats.

Mijn voeten schuiven over het grind, zachtjes schop ik de kiezels naar voren. Elke kiezel word een stukje kleiner onder mijn voeten, ik hoor ze kraken. Maar hoe klein het ook wordt, het zal er altijd zijn. Ik buig door mijn kniën, met mijn hand strijk ik door het grind. Ik klem een klein grijs steentje tussen mijn duim en wijsvinger. Ik houd het omhoog en zie een reflectie van de zon in zijn glans.

"Waarom pak je dat?" Vraagt Jacky die met haar hand ronddraait en naar Yara en de man kijkt. Ik zet mijn handen af tegen de grond tot ik weer op dezelfde hoogte sta, bijna dan. Ik kijk een stukje omhoog om in haar blauwe ogen te kijken. "Als bewijs dat als iets breekt, het niet vergaat." Zeg ik, ze fronst met haar wenkbrauwen, en knikt dan.

De man en Yara zijn inmiddels kleine mensjes in een poppenhuis geworden. Hijgend ren ik met Jacky mee naar het duo, het zweet gutst over mijn rug. Jacky is geen frequentie veranderd in haar ademhaling, ze lijkt geen moeite te hebben met de sprint. Yara en de man blijken naast elkaar te lopen, een paar grinnik geluiden worden door de wind naar mijn oren gevoerd.

"Yara." Zegt Jacky als we tegen hun rug aankijken. Ze beweegt haar hoofd razendsnel achterom, "Ja?" Haar ogen bewegen van links naar rechts. "Wat doe je?" antwoord Jacky haar onschuldige blik. Yara doet een stapje naar achter, ze staat tussen ons in. De man loopt door.

"Misschien kan hij ons helpen ontsnappen als we hem te vriend houden." Fluistert ze. "Waarom zou hij ons helpen?" Jacky kijkt naar voren.

"Zijn naam is Chris." Zegt Yara, ze laat de vraag in de lucht hangen en loopt terug naar Chris. Ik trek mijn wenkbrauwen op, "In één ding heeft ze wel gelijk, we houden hem en alle andere mannen maar beter te vriend hier." Zegt Jacky, ik knik.

We passeren de tralies van het hek, met een harde klap gooit Michael hem achter ons dicht. Sebastian ligt niet meer op de grond, ik kijk rond. "Hebben jullie honger?" Chris draait zich om. "Ja meneer." Ik wrijf over mijn buik. Hij kijkt naar Jacky, "Als er geen vergif in zit zou het geen kwaad kunnen." Zegt ze schouderophalend.

Chris glimlacht en loopt naar een gebouwtje besmeurt met allerlei kleuren gravity, het lijkt een soort schuur uit films. Er staan namen op met gravity, of beter gezegd onlogische letters bij elkaar. Wat is "Goose" Het klinkt nogal griezelig in mijn oren. "U sluit ons toch niet op?" met mijn mondhoeken naar beneden kijk ik hem aan. Hij lacht, "Is het een compliment om er uit te zien als een schurk?"

Het geluid van klingelende sleutels volgt, een enorme bos sleutels aan een blauw koord komt uit zijn zak. Hij sorteert de sleutels door ze naar links te laten vallen aan de bos. Na een tijdje houd hij een sleutel omhoog, dat zal de goede zijn. Hij steekt de sleutel in het sleutelgat, met een schrijnende piep opent de zware deur.

Een verlichte ruimte met een bar in het midden verschijnt, het lijkt op een bruin café. "En dit zit verstopt in een schuur." Mompelt Yara terwijl ze de drempel over stapt.

"Olivia, doe ons maar drie keer het hamburger menu." Zegt Chris tegen de enige in de hele ruimte, de vrouw achter de bar. "Mag ik kleuren Chris?" Ik verstijf van het stemmetje naast me. Een jongetje met bruin steil haar kijkt Chris smekend aan. "Ik pak zo het kleurboek." Zegt hij zuchtend. Blijkbaar is de vrouw dus toch niet de enige in de ruimte.

We lopen een tafel verder en nemen plaats in de houten stoelen. "Speelt U ook bij Marvel?" Vraagt Jacky aan Chris tegenover haar. "Ik speel captain America." Zegt hij.

DromenDove le storie prendono vita. Scoprilo ora