Hoofdstuk 13

431 24 1
                                    

Sophie's POV

Ons eerste uur op dinsdagochtend is toverdranken. We lopen met z'n allen naar de kerkers. Noa en ik kletsen over onze beide scholen en vergelijken  ze een beetje. 'Ik vind Hogwarts echt leuker dan onze school.' Zeg ik. 'Ja het is hier veel groter en de lessen zijn interessanter.' Zegt Noa. 'En natuurlijk zijn wij hier die alles leuk maken.' Zegt James. We lachen. Als we bij de kerkers aankomen is professor slughorn al in de klas waar hij druk in gesprek is met Lily. Ze is echt niet normaal goed in toverdranken. Noa en ik gaan naast elkaar zitten voor ons zit Remus en daarvoor zitten James en Sirius. 'Goedemorgen klas, dames en heren gaat u alstublieft zitten. Vandaag gaan we bezig met een standaard slaapdrank die waarschijnlijk voorkomt in jullie O.W.L's, ik schrijf de instructies op het bord dan kunnen jullie beginnen. Succes!' De professor richt zijn staf op het boord en er verschijnt een recept. We beginnen aan onze toverdrank. Dan horen we Sirius dingen roepen naar de fatsige jongen aan Slytherin. 'Als het eenden vet op is gebruik je toch dat uit je haar!' Roept hij. We lachen. James wil ook iets roepen maar Severus staat op en roept een spreuk. Heel even lijkt het geen effect te hebben maar dan verschijnen er donkerrode bloedvlekken op zijn witte blouse. James valt op de grond. Een paar meiden beginnen hysterisch te gillen. Ik spring op en ren naar James toe. Sirius draait zich woest om naar Severus en richt zijn toverstaf op hem. Dan grijpt Slughorn in. 'SIRIUS BLACK WAAR DENKT U MEE BEZIG TE ZIJN?!' Schreeuwt hij boos. '20 punten van Gryffindor!' Ik word nu zelf ook heel boos.' MENEER JAMES IS HIER GEWOND DOOR HEM EN U GEEFT SIRIUS DE SCHULD?!' Schreeuw ik. Dan kijkt Slughorn naar James die bleek op de grond ligt. 'Dat was niet goed Severus.' Zegt hij dan droog. 'WAT U TREKT GEEN PUNTEN VAN SLYTHERIN?!' Roepen Sirius en ik. 'Jullie drie moeten de komende 2 weken nablijven! Ik wil geen grote mond hebben.' Zegt hij dan boos. Sirius kijken elkaar aan en dan hem, we houden nu beide onze woede heel erg in. 'Breng hem maar naar de ziekenzaal.' Zegt professor Slughorn dan uiteindelijk. Remus en Noa staan ook op en helpen met het tillen van James.

Sirius POV

Ik ben echt heel boos op snivellus en Slughorn, je komt namelijk niet aan mijn vrienden want dan heb je een probleem. Sophie is ook furieus. Ze is best wel eng als ze boos is, ik neem me voor haar nooit boos te maken. Ze loopt alleen maar die twee te beledigen en te schelden. Als we eindelijk bij de ziekenzaal zijn kijkt madam Pomfrey super bezorgd. We leggen James snel neer op een bed. Ze probeert James sneeën te helen. Sophie en ik blijven bij zijn bed zitten maar Remus en Noa moeten gaan want die hebben oude ruinen.

Remus POV

Noa en ik lopen snel samen naar onze les. Ik voel me ergens wel schuldig dat ik James daar zo achter heb gelaten, maar gelukkig is hij in goede handen want Sirius en Sophie zijn bij hem. Noa kijkt me aan met haar grote blauwe ogen. 'Gebeuren dit soort dingen vaker?' Vraagt ze mij. 'Ja, maar meestal niet zo erg. Volgendsmij gaan Sirius en aan haar temperament te zien ook Sophie er alles aan doen om Severus hiervoor te laten boeten.' Antwoord ik haar. We lopen het klas lokaal binnen en ik ga naast Noa zitten. Ze legt haar boeken op tafel en veegt haar blonde haar uit haar gezicht. De zon schijnt naar binnen door het raam en geeft Noa een goude randje van licht om haar heen. Ze glimlacht naar me en ik word warm van binnen, wat heeft ze en leuk lach. Ik kijk snel weg want ik voel dat ik bloos. Noa ziet het ook. 'Is er iets?' Vraagt ze. 'Eh nee hoor ik keek gewoon in de zon.' Zeg ik. Het verdere lesuur kan ik me niet op de docent concentreren, ik heb mijn aandacht vol bij het mooie meisje naast me.

Noa's POV

Ik voel hoe Remus ongemerkt naar me probeert te kijken. Ik glimlach in mezelf. Ik kijk nu naar hem terwijl hij doet alsof hij oplet op wat de proffesor zegt. De laagstaande zon valt door het raam van de toren op zijn gezicht. Zijn donkerblonde haar en sterkekaaklijn. Hij ziet er ergens ook wel een beetje mysterieus uit met al zijn littekens. Ik vraag me af hoe hij daar aan komt, hij kan moeilijk zo klungelig zijn. Dan kijkt hij even naar mij. Ik zie zijn groene ogen schrikken als hij merkt dat ik ook naar hem kijk. We draaien onze hoofden weer even weg. Ik kan me echt niet concentreren op de les, mijn gedachten zijn bij de knappe jongen naast mij.

De UitwisselingWhere stories live. Discover now