Hoofdstuk 4

604 27 6
                                    

Sophie's POV

Ik word half wakker van een gewicht op mijn borst en een gehijg. Ik ben nog half aan het dromen en denk dat het mijn hond Meiske is die op m'n bed ligt. "K wil nog effe pitten Meiske." Mompel ik vaag. Ik sla mijn armen om het beest heen en geef het een knuffel. Dan hoor ik een heel hard gelach. Ik wordt wakker en schrik me dood. Op mijn bed ligt inderdaad een hond, maar die hond veranderd al snel in Sirius. De andere Marauders en Noa staan om mijn bed heen en zijn keihard aan het lachen. Ik ga snel rechtop zitten en kijk geschrokken naar hun gezichten en dan naar een lachende en lichtelijk blozende Sirius op mijn bed. "What the-" zeg ik. Mijn brein werkt nog niet helemaal. "Jij wordt ook echt nergens wakker van hé?" Zegt James. "Ik zei het toch!" Zegt Noa met een flinke grijns. "We vonden het een goed plan om je even wakker te maken, anders kwam je te laat op je eerste dag." Zegt Remus. "En aangezien je nog niet wakker word als er iemand met een toeter naast je oor je naam roept besloten we even een harige vriendje het werk te laten doen." Legt Noa blij uit. Ik maak een aantekening in mijn hoofd dat ik Noa hiervoor nog goed terug moet pakken... Ik lach nu zelf ook een beetje. "Maar eh-." Zeg ik, maar Sirius geeft al antwoord op mijn vraag. "Ja ik ben een Animagus, en dat is James ook trouwens." "OMG dat is zo cool, dat wil ik ook!" Roep ik. "Kleed je eest maar eens even aan." Zegt Sirius. Ik trek snel mijn gewaad aan en doe een poging tot het knopen van mijn stropdas, het lukt totaal niet. "Zal ik even helpen?" Vraagt Remus vriendelijk. Hij loopt naar me toe en doet mijn stropdas in drie seconden netjes. We lopen naar de grote zaal voor het ontbijt.

"Ik HOU van scrambled eggs en bacon!" Zeg ik blij en schep mijn hele bord vol. Noa en de jongens zijn ook vrolijk aan het eten. McGonagal komt langs met de roosters. 'Hebben jullie goed geslapen dames? Hebben die jongens zich een beetje gedragen?' Vraagt ze aan ons. Ik knik maar kan een grijns niet onderdrukken. "We hebben erg goed geslapen, dankuwel.' Zegt Noa. We nemen de roosters van haar aan en bekijken ze goed. We hebben bijna dezelfde vakken als de jongens, alleen Noa en Remus hebben ook nog oude runen en de andere niet. 'Ah we hebben vandaag het eerste uur waarzeggerij met de Huffelpufs.' Zucht Sirius. 'Dan hadden we je net zo goed kunnen laten slapen.' Zegt Remus. 'En daarna hebben we verzorging van fabeldieren met snivellus!' Zegt James vrolijk. 'Die krijgt het nog voormekaar om gebeten te worden door een flubberworm.' Lacht hij. 'Wie is snivelles?' Vraagt Noa nieuwschierig. 'Ooh zegmaar de grootste sukkel van de wereld.' Zegt Sirius. 'Ben jij dat niet al..?' Vraag ik verbaasd. Sirius kijkt me boos aan. 'Oh oke.' Antwoord Noa. 'Laten we maar naar de les gaan.' Zegt Remus. We staan op en lopen met de jongens naar de toren van waarzeggerij.

Noa en ik gaan samen aan een tafeltje zitten. De jongens zitten bij de tafels naast ons. 'Welkom, welkom leerlingen. Ik ben blij jullie allemaal weer terug te zien naar deze lange vakantie waarin ik jullie lot uiteraard nauwkeurig bij heb gehouden. Dit jaar is het jaar dat jullie gaan toewerken naar jullie O.W.L's, natuurlijk doen die er niet veel aan toe als je het zienende oog hebt maar het ministerie wil uiteraard dat jullie een diploma halen.' 'Wat en vaag mens.' Zucht ik. 'Inderdaad, en die parfum had ook wel wat minder gemogen.' Kreunt Noa. 'Ik ben er ook vrij zeker van dat deze les is bedoeld om te slapen.' Zegt Sirius terwijl James doet alsof hij slaapt en heel hard nep snurkt wat hem een geïrriteerde blik van de docent oplevert. 'De komende tijd gaan we ons vooral bezig houden met het voorspellen van de toekomst aan de hand van dromen. Vertel de persoon tegenover je je meest recente droom en dan deel ik jullie nu de droomorakels uit. Aan de hand daarvan moet je er proberen achter te komen wat de droom van de ander betekend. 'Ik ga wel eerst.' Zeg ik als de droomorakels zijn uitgedeeld. 'Vertel.' Zucht Noa. 'Nou ik droomde dat ik s'nachts samen met jou had besloten met twee uitermate charmante jongens het kasteel te gaan verkennen. (James en Sirius draaien zich om naar ons.) Dat er toen een van die twee idioten over een kat struikelde waardoor we bijna gepakt werden en dat we toen terug gingen slapen en toen werd ik wakker met een wild oversekst beest in m'n bed!' Vertel ik. Noa lacht. 'Hé ik ben niet oversekst!' Zegt Sirius. 'Jawel dat ben je wel.' Zegt James. 'Kijk dat ik een beest in bed ben klopt helemaal (hij knipoogt naar me en ik schiet in de lach.) maar ik ben niet- laat maar dat ben ik wel.' Zegt Sirius. 'Het kan nooit erger zijn dan Soof.' Zegt Noa. 'OF jullie zijn gewoon heilige maagden en Sirius en ik sexy bitches.' Sirius en ik geven elkaar een dikke highfive. Noa zucht. 'Als jullie je afwijking zo willen noemen...' Grinnikt James. 'Jullie daar werken nu!' Zegt de professor iets minder vriendelijk en zweverig. 'Uiteraard mevrouw, we doen ons best.' Zeg ik heilig sarcastisch.

Als de les is afgelopen gaan we met z'n alle naar verzorging van fabeldieren. De Slytherins zijn er al en James en Sirius roepen wat dingen naar een bleke jongen met TE lang zwart vettig haar en een rare neus. Noa en ik staan bij Remus en een ander meisje die kennelijk Lily heet. Ze lijkt me wel aardig en heeft ook lang rood haar en mooie groene ogen. 'Ik ben benieuwd wat we dit jaar allemaal voor beesten gaan behandelen.' Zegt ze. Ja ik ook.' Antwoord Noa. Daar komt onze docent aan. 'Goedemiddag jongens on meiden ik heb voor vandaag een heel speciale les voor jullie voorbereid. Omdat dit jullie O.W.L jaar is komen er dit jaar wat gevaarlijkere en grotere wezens aan bod. Vandaag beginnen we met een prachtig dier. Volg mij allemaal!' We volgen de docent nieuwschierig. 'Heb je enig idee wat veer dier ze heeft?' Vraag ik aan James die weer naast me loopt. 'Ik heb echt geen idee, maar ik ben wel benieuwd.' Antwoord hij. We komen aan op een open plek in het bos. In het midden staat een heuse draak! Hij is niet heel groot maar heeft groene schubben en rode stekels. 'Wauw, wat een beest!' Zeg ik enthousiast. Ik heb echt een enorme fascinatie voor draken. Noa kijkt ook met grote ogen naar het gespierde groene dier. 'Iedereen gepaste afstand houden! Dit klas, is een Europeese roodstekel draak. Het is nog maar een jonkie dus hij spuuwt nog geen vuur maar de stekels zijn nogsteeds erg giftig dus pas op. Deze draak is geboren in gevangenschap dus redelijk "tam" degene die willen kunnen hem zo even aaien. Maak nu eerst allemaal een natuurgetrouwe tekening van de Europeese roodstekel, ik leg zo uit wat je verder moet doen.' Iedereen pakt perkament en een veer en begint met tekenen. Ik probeer zo goed mogelijk de prachtige draak na te tekenen en het lukt redelijk. 'Dit is de eerste keer dat ik een draak van zo dichtbij zie.' Zegt Noa. 'Ja zeg dat wel.' Zucht ik vol bewondering. 'Bij ons in Nederland zijn de lessen verzorging van fabeldier meestal heel saai, we hebben altijd maar oninteressante dieren zoals flubberwormen en slakken.' Verteld Noa. 'Hier is het meestal ook niet zo indrukwekkend en spectaculaire zoals vandaag hoor.' Zegt Remus. We maken onze tekeningen af en leveren ze in. 'De leerlingen die de draak willen aanraken mogen zich even bij mij melden.' Roept de professor. Ik loop snel naar haar toe samen met Sirius, James en Noa (Remus, Lily en de andere Gryffindors willen niet). We zijn de enige op een jongen van Slytherin na. 'Oke jongens en meisjes, jullie mogen een voor een naar de draak toe lopen en de draak aaien, let op! Maak geen al te onverwachtste bewegingen en doe heel rustig. Zorg ook dat je de stekels niet aan raakt. 'Mevrouw Zijlmans, jij mag eerst, daarna Beyer, Black, Potter en Woods. Ik kijk toe als Noa rustig naar de groene draak toe loopt. De draak kijkt op, houdt zijn hoofd iets schuin en kijkt Noa onderzoekend aan met zijn grote turqouise ogen. Voorzichtig steekt Noa haar hand uit naar de draak. Zachtjes en voorzichtig aait haar hand nu over de neus van het majestueuze dier. Noa glimlacht en loopt weer terug, de zon schijnt op haar blonde haren. Nu is het mijn beurt en ook ik loop maar voren. Ik probeer mijn enthousiasme iets in te houden maar dat lukt slecht, ik heb altijd al een draak willen aanraken! De draak kijkt mij ook onderzoekend aan. Ik steek mijn hand uit en de jonge draak zucht en laat zijn hoofd iets naar mijn hand zakken zodat ik groene geschubde neus kan aanraken. De draken huid voelt erg raar maar dat maakt mij niet uit. Ik kijk nog even in de grote turqouise ogen en dan loop ik weer terug met een grote glimlach op mijn gezicht. Ik vind Hogwarts erg leuk tot nu toe.

De UitwisselingWhere stories live. Discover now