~ 4 ~

571 61 20
                                    

"Hey, Apollo kind".

Gelijk bevries ik, en mijn ogen sperren wijd open. Ik sta op het grote middel plein, net op weg naar mijn kamer, nu ik zijn stem hoor.

Nico.

Ik draai me langzaam om. Daar zijn ze weer, de kleffe handen, en ben waarschijnlijk zo rood als een tomaat. Hij staat er stoer bij, met zijn handen in de zakken van zijn coole jack. "Hey, Hades kind", zeg ik, in een poging om grappig te klinken. Nico grinnikt. Zijn ogen staan donker, en zijn warrige, zwarte haar beschaduwt zijn gezicht. "Heb je je rondleiding al gehad?" Vraagt hij. Ik knik. "Ik ben bijna overal geweest en heb m'n schema gekregen voor trainingen", antwoord ik nerveus. "Leuk", zegt hij. Om ons heen werpen verschillende mensen ons verbaasde maar vuile blikken toe. Nico kijkt een beetje gestrest om zich heen. "Eh, heb je al veel vrienden?" Vraagt hij. "Nou, ik slaap samen met Caitlynn op een kamer, die is wel aardig... Percy is wel cool, en voor de rest ken ik bijna niemand. Oh ja, en jij dan. We zijn vrienden, toch?" "Ik denk het", zegt hij. "Ik denk het ook..." Antwoord ik. Awkward! "En heb je je Apollo inhuldiging al gehad? Of krijg je dat vanavond?" Vraagt hij dan, na een korte stilte. "Wat? Een inhuldiging?" "Oeps. Je wist het nog niet. Nou, dat word vanavond bij het kampvuur. Als bijna iedereen kijkt". Ik word nog roder, als dat überhaupt mogelijk is. "W... Wat?" "Je moet gaan zingen", antwoord hij grinnikend. Ik begin te bibberen. "Hey", zegt hij. "Niet zo verlegen. Je bent awesome!" Mijn ogen ontmoeten even de zijne. "Dankje..." Zeg ik.

"Is dat z'n nieuwe vriendin of zo?"
"Leeft ze? Of is ze dood?"

Twee meiden lopen langs, fluisteren net te hard en kijken Nico vol afschuw aan. Ik zie hoe hij rood word, en zijn ogen groter worden. Schaamte. Vast voor mij. De meiden lopen voorbij, kijken ons nog één keer aan, en verdwijnen dan uit het zicht. "Die stomme, arrogante Aphrodite meiden ook", stamelt hij. Hulpeloos staart hij naar de grond. "Hey, kop op", zeg ik. "Want jij bent... Awesome". Wauw, Ava. Origineel. Smooth move. "Je begint me al te quoten", grapt Nico dan. Ik grinnik. "Ach ja... Jij bent hier zo wat de enigste die mij gewoon normaal vind. Op Percy en Annabeth na dan, die zijn ook wel chill..." Ik zie de verdriet in zijn ogen. Wat moet ik doen? Toegeven? Opbiechten? Want hij weet natuurlijk niet dat ik weet over Will en Diana! "Ik, eh..." Stamel ik doelloos. "Ik zie je morgen om drie uur wel", zegt hij plots. "Of vanavond. Tot vanavond". Hij klinkt zenuwachtig. "Tot vanavond", antwoord ik even zenuwachtig, en dan spreiden we. Oké, Ava, adem. Je hebt het overleeft. Wat waren die meiden gemeen zeg... Zijn ze allemaal zo? Alleen maar omdat Nico de zoon van Hades is? Plus dan nog dat gedoe met Will en Diana? Ik voel erg veel medelijden. Ik ren sneller, maar meer vaart richting mijn huis. "Hey, Ava!" Hoor ik. Een meisjes stem. Ik kijk om me heen. "Annabeth!" Het meisje rent naar me toe. "Hey, hoe gaat het? Lukt alles?" Ik knik. "Je komt vanavond toch wel naar het kampvuur, toch?" Vraagt ze. "Ik denk van wel", zeg ik. Dat stuk over wat ik van Nico heb gehoord laat ik er maar buiten. "Leuk!" Zegt ze. "Kom je anders mee naar het meer nu? Percy en zo zijn er ook. Mega gezellig". Eigenlijk moet ik nu kennis gaan maken met mijn half broers en zussen, maar hey, dat kan later wel! "Graag!" Zeg ik met een glimlach. "Oké, super!" Zegt Annabeth met een lach, en we lopen samen weg.

We zitten met z'n vieren op het gras aan het super mooie, grote meer. "Dus", zegt Grover, een jongen die half geit is. "Jou protector was Zoë Nightshade?" Ik knik. "Ik wist niet dat ze nu ook jageressen sturen... Vroeger was het echt alleen maar saters". Ik grinnik. "Ken je al veel mensen?" Vraagt Annabeth. "Eh, jullie, en Caitlynn die bij mij op de kamer zit, en Leo Valdez..." "En heb jij ook een crush op die gozer?" Werpt Grover er ineens in. "Wat?" Vraag ik. "Serieus elk meisje heeft een crush op Valdez", zegt hij met rollende ogen. "Bijna elk meisje", zegt Annabeth. "Nee", zeg ik. "Aardige gozer, maar ik vind hem niet leuk of zo..." "Dat is dan ook voor het eerst", zegt Percy grinnikend. Annabeth zucht luid van irritatie, maar het is meer grappend bedoeld. "Nou, Leo dus, want die gaat een gitaar voor me maken", zeg ik, om terug te komen op ons gesprek. "En Nico". Grovers wenkbrauwen gaan omhoog. "Nico?" Vraagt hij ongelovig. "Dat kind weet ook echt naar wie hij moet, hè", lacht hij. "Hoe zo?" Zeg ik lichtelijk geïrriteerd. "Nico wilt gewoon vrienden maken, Grover. En als op Percy en mij na iedereen lullig tegen hem, doet is het logisch dat hij naar de nieuwe gaat!" Snauwt Annabeth. "Sorry", giechelt Grover. "Het is wel een mooie combinatie. Het zonnekind en het dode kind". "Wauw, volwassen", zegt Percy met rollende ogen. "Wie... Wie zegt dat we een 'combi' zijn?" Werp ik hem toe. "We zijn gewoon vrienden!" "Gewoon vrienden?" Lacht Grover. "Ava, je bent zo rood als een tomaat!" Oké, Ava, rustig. Dit helpt niet. Oh, goden, doe rustig, word niet nog roder! "Het is gewoon warm", piep ik. "Joh, maar jij als Apollo kind moet beter tegen de zon kunnen dan wij". "Grover! Doe eens niet zo lullig!" Roept Annabeth kwaad. "Dude, stop it", sist Percy. Het is stil. "Sorry..." Grinnikt Grover nog na. "Hey, ik moet gaan", zegt Percy. "Training. Ik zie jullie vanavond wel". "Ik moet ook gaan..." Zeg ik, en ik ren weg.

Daughter of the sun (ONDER CONSTRUCTIE)Where stories live. Discover now