Hoofdstuk 8; Vaders en moeders

97 7 2
                                    

De deuren van de bus zoefden open en Eva zag hoe de dinorugzak van Saar pijlsnel naar binnen schoot op weg naar de felbegeerde achterbank. Nadat alle kinderen een plekje hadden, stapten de begeleiders in.

Eva zocht een rustig plekje op voorin de bus aan het raam, ze keek over haar schouder en liet haar blik over alle gezichtjes in de bus dwalen. Ze vond Saar met een glimlach van oor tot oor op de achterbank tussen haar vriendinnetjes. Hoewel het schoolreisje nog maar net was begonnen, stuiterden de meisjes al van de adrenaline.

Tevreden draaide ze zich om, haar dochter had nu al de tijd van haar leven, ze was blij dat ze vrij had genomen en vandaag meeging. Ze hoefde tegenwoordig maar met haar ogen te knipperen en Saar was vijf jaar ouder geworden, veel te weinig tijd om van het kleine meisje te genieten. In gedachten verzonken stak ze een stukje kauwgom in haar mond.

'Ahem', er kuchte iemand overdreven hard naast haar oor.

Ze keek verstoord opzij.

'Zit hier iemand.. ehm, ik bedoel ehm.., mag ik hier ehm.. zitten?' Floris' ogen flitsten heen er weer.

Eva trok haar wenkbrauwen op en liet haar ogen over zijn verschijning glijden, zijn zenuwachtige gedrag verbaasde haar, zo kende ze hem helemaal niet. Ze klopte op de zitting naast haar, 'ja, tuurlijk'.

Snel ging Floris naast haar zitten, hij wreef ruw met zijn hand over zijn gezicht, 'sorry dat het klonk alsof ik je mee naar het schoolfeest vroeg'.

Eva schoot in de lach, 'no worries. Zie je vandaag een beetje zitten?'

Floris knikte, 'ja hoor, ik praat het liefst met kinderen, want van hen kan men nog hopen, dat het eenmaal verstandige schepsels zullen worden'.

Eva trok een wenkbrauw op.

Floris deed zijn mond open om iets te zeggen, maar Eva was hem voor.

'Kierkegaard', vulde ze in.

Hij deed zijn mond weer dicht en knikte instemmend.

De bus begon te rijden en Floris grabbelde naar iets in zijn rugzak.

'Wat zoek je?', Eva knikte naar Floris' arm die met lichte agressie door de inhoud van de tas roerde.

'Dit', zuchtte hij opgelucht en hij toverde een rol pepermuntjes tevoorschijn, 'wil je er eentje?'

Eva blies een bel met haar kauwgom, ze schudde haar hoofd, 'nee dankje, ik heb kauwgom'.

Floris knikte en stopte een pepermuntje in zijn mond, zwijgend zaten ze naast elkaar. Hoewel Eva de stilte ongemakkelijk vond, leek Floris het nog vervelender te vinden en daar genoot Eva dan weer stilletjes van. Voor het eerst sinds hun ontmoeting was hij degene die zich opgelaten voelde, dat mocht ook wel eens.

In Eva's hoofd buitelden allerlei vragen over elkaar. Er waren zoveel dingen die ze van Floris wilde weten en een busrit was bij uitstek geschikt om iemand te ondervragen, je kon immers moeilijk weglopen uit het gesprek, uitstappen midden op de snelweg was geen optie.

Floris probeerde daarentegen paniekerig om een gespreksonderwerp te bedenken. Eva spookte al sinds hun eerste ontmoeting door zijn hoofd en de afgelopen dagen leefde hij voor hun korte gesprekjes op het schoolplein. Om één of andere reden maakte zijn hart een sprongetje als hij haar zag en waar hij normaal gesproken genoeg praatjes had, leek hij dankzij haar nabije aanwezigheid nu zijn tong verloren te zijn.

Eva keek geamuseerd opzij, Floris' wiebelende knieën en verhoogde ademhaling verraadden zijn zenuwen. Hoewel het hem schattig stond, besloot ze hem uit zijn lijden te verlossen. 'Mag je wat vragen?', begon ze.

De Z van ZonnebrilWhere stories live. Discover now