Hoofdstuk 15

3 1 0
                                    


De zin van de heks liet mij niet los, ik wilde weten wat het betekende. Het leek mij iets te maken te hebben met het Demonendom en het Engelendom, maar ik had mijn geloof achter mij gelaten en ik wilde absoluut niet weer terug gezogen worden in die bederfelijke wereld waar angst de basis was. Rafael had mij juist zoveel geholpen om mijzelf te kunnen zijn en de persoon die ik nu was, die wilde ik blijven. Ik wilde niet wankelen, niet meer, niet terug naar de onzekerheid.

Zuchtend pakte ik mijn broodje uit mijn tas, normaal at ik op mijn werk altijd in de gezamenlijke kantine. Nu had ik behoefte om alleen te zijn en dan kon ik dit halfuurtje gebruiken om te zoeken naar aanwijzingen. Ik scheurde het boterhamzakje los en smeerde mijn brood op een bordje dat ik eerder al van beneden had gehaald. Niet heel precies sneed ik het brood in vier stukken zodat het gemakkelijker was om met één hand te eten.

Al kauwend klikte ik de internetpagina open en typte de zin in. In naam een Demonenkind, zorg dat het licht je niet verblind. Ik wilde door de resultaten scrollen, maar ik zag dat er maar vier resultaten waren. Het waren allemaal gelovige teksten, de ene van de Engelenkerk en een ander weer van de Demonenkerk. Ik leunde even achterover, dit ging mij niet veel verder brengen.

Ik probeerde iets anders: wat betekent het als een heks je een voorspelling doet? Nu rolden er meer resultaten uit de zoekmachine. Filterend begon ik te lezen, de meeste resultaten gingen over de heks vinden in jezelf. Soms vroeg ik mij af waarom we zo beschermd werden, al die wezens bestonden dus waarom werd daar niet open mee omgegaan? Waarom leefden ze niet zoals wij mensen? Was er echt zoveel onbegrip in de wereld dat ze compleet genegeerd werden? Ik schudde mijn hoofd, nee dit was niet waar ik mee bezig was. Ik was voor mijzelf aan het zoeken, niet om anderen te helpen. Dat was misschien wel één van mijn mankementen, ik hielp te graag. Raf zei altijd tegen mij dat ik te lief was voor de mensheid.

"Moet je niet bij je vrienden zijn?" De scherpe stem zorgde ervoor dat ik meteen de pagina weg klikte en langs mijn scherm keek naar de blonde vrouw in mijn deuropening. Cilante. Ik kon mijn vragen wel aan haar stellen, als ik iemand ervan verdacht om een heks te zijn, was zij het wel.

"Ik heb het druk, Cil." Wuifde ik haar woorden weg. Ze kreeg het altijd voor elkaar om onnozel gemeen te zijn, volgens mij had ze het vaak niet eens in de gaten.

Ze leunde tegen mijn deurpost aan en hield haar hoofd schuin waardoor haar uitgegroeide pony precies op de juiste manier langs haar zwart omlijnde ogen hing. "Je krijgt het nog wel drukker, in januari krijg je een nieuwe klant."

Hoe wist zij dit nu weer? Het irriteerde mij dat zij dit eerder wist dan ik, dat was vaker zo. Ze had zo haar maniertjes, misschien was ze echt wel een heks.

"In januari is de decemberdrukte tenminste voorbij." Wierp ik haar tegen.

Ze sloeg defensief haar armen over elkaar heen waardoor ze haar haren wat naar achteren schudde en mijn blik viel op haar hals. Waarom het mij zo erg opviel, wist ik niet, maar ik zag wat ze had gedaan en ik kon mijn ogen niet geloven. "Wat zit je te kijken?" Vroeg ze, alsof ze dit allemaal expres deed.

"Je hebt je laten bijten." Mijn stem klonk lager, meer als een fluistering en meteen pakte ze haar haren en legde die weer over haar schouder heen zodat de twee rozige puntjes in haar hals niet opvielen. Ze was al een paar dagen geleden gebeten, er was niet veel meer van te zien namelijk.

"Je hebt geen recht om mij terecht te wijzen, Elira." Ze sprak mijn naam met zoveel nadruk uit dat ik mij afvroeg wat zij wist.

Ik schraapte mijn keel en besloot haar niet al te veel uit te lokken. "Dat doe ik niet, maar pas gewoon op, ze zijn gevaarlijk. Echt gevaarlijk." Zelfs Cilante wenste ik niet toe om in handen van vampiers te komen.

Tastbaar Duister (Nederlands/dutch)Where stories live. Discover now