Gaat het?

123 9 0
                                    

Er gaan drie dagen voorbij waarbij ik en Matthyas nog steeds niet hebben gesproken. Ik voel me schuldig tegenover hem omdat hij het echt probeert maar het lukt mij gewoon niet.

Het is bezoekuur robbie en Koen komen vandaag niet langs omdat ze toetsweek hebben en daarvoor moeten leren. Tuurlijk vind ik het heel jammer dat ze niet komen maar ik snap het ook. Mijn ouders kunnen ook niet omdat ze beide belangrijke afspraken hebben vandaag en jis moet naar school.

Voor Matthyas zijn er wel twee mensen. Ondertussen weet ik de naam van de ene en dat is raoul en der zit nog een meisje bij maar haar ken ik niet.

Omdat ik zelf ook leukemie heb natuurlijk kan ik aan Matthy zien dat hij zich misselijk voelt. Maar volgens mij durft hij niet te spugen waar zijn vrienden bij zijn. Ik snap hem wel eerst durfde ik het ook niet maar ondertussen weet ik dat Koen en robbie er voor mij zijn.

Het is ongeveer een uurtje later en de vrienden van Matthyas gaan weg. Zodra hun de deur uit zijn tent Matthyas naar de wasbak en begint over te geven.

Na een tijdje spoelt Matthyas zen mond en ik zie dat ie niet probeert te huilen. Ik voel een gevoel van schuld in mij opkomen en ik besluit daarom maar te vragen of het gaat. "Gaat het" vraag ik dan maar. "Prima" antwoord Matthyas terug. "Oké als er iets is kan je het gewoon zeggen" zeg ik tegen Matthyas. "Net of jij naar mij zou luisteren" antwoord hij bot terug. "Waarom zou ik niet naar je luisteren". "Nou misschien omdat ik hier al best lang lig en dit de tweede keer is dat je ooit tegen me praat". Ik weet dat Matthyas gelijk heeft ik besluit maar uit te leggen waarom ik zo afstandelijk doe. "Nou wil je weten waarom dat is ik wil me niet aan iemand hechten want men oude kamergenoot had ik dat gedaan en die is nu overleden nu goed" zeg ik.

Na mijn eerlijke woorden blijft het even stil tussen mij en Matthyas. Ik zie dat hij nadenkt over wat ik heb gezegd en ik voel de spanning in de kamer. Uiteindelijk doorbreekt hij de stilte en zegt hij op een zachtere toon: "Het spijt me zo erg Milo" zegt matthy

Ik knik en er ontstaat een voorzichtige glimlach op mijn gezicht. "Het is oké, Matthyas. Ik snap dat het voor jou ook niet gemakkelijk is hier te zijn, en ik had dit veel eerder moeten vertellen".

Langzaam maar zeker begint er een band te ontstaan tussen ons. We praten over onze ziektes, onze angsten, en de onzekerheden die we voelen. Het blijkt dat we veel gemeenschappelijke gevoelens hebben, en dat brengt ons dichter bij elkaar.

Gedurende de uren die volgen, delen we onze verhalen, onze dromen en onze zorgen. We steunen elkaar in de moeilijke momenten en proberen elkaar op te vrolijken met grappige anekdotes. Het voelt alsof we een sterke band hebben gesmeed in een korte tijd.

Ik realiseer me dat het goed is om weer iemand te hebben die begrijpt wat ik doormaak, en ik voel me minder alleen in mijn strijd. Matthyas begrijpt mijn angsten en onzekerheden en hij vertelt me dat hij hetzelfde voelt. Samen besluiten we om elkaar te steunen door de moeilijke momenten.

Voordat ik het weet is de avond aangebroken en wordt het tijd voor ons om te gaan slapen. "Milo dankjewel voor vandaag" zegt Matthyas. "Matthyas jij ook bedankt ik heb je meer nodig dan ik dacht denk ik". "Samen gaan we hierdoor maar alsjeblieft noem me Matthy". "Hahaha is goed Matthy". Na deze woorden val ik in slaap.

Het is midden in de nacht als ik plotseling wakker word van geluiden bij de wastafel. Ik hoor Matthyas overgeven en voel direct bezorgdheid in me opkomen. Ik wil niet dat hij zich zo rot voelt, maar ik blijf stil liggen, bang dat ik hem zou storen.

Na een tijdje hoor ik dat het geluid stopt en ik twijfel of ik iets moet zeggen. Uiteindelijk besluit ik om toch te vragen of alles in orde is. "Ben je oké?" vraag ik voorzichtig. "Ja, maar sorry dat ik je heb wakker gemaakt, het spijt me," antwoordt Matthyas.

Ik voel zijn verontschuldiging niet nodig en wil hem geruststellen. "Nee, Matt, niet sorry zeggen. Je kunt er niets aan doen, en ik ben liever de hele nacht wakker dan dat jij je misselijk voelt en niet durft te spugen," antwoord ik eerlijk.

Hij lijkt wat opgelucht te zijn door mijn reactie. "Oke, dankjewel, Milo," zegt hij. Ik geef hem een glimlach, ook al kan hij dat in het donker waarschijnlijk niet zien. "Matthyas, ga nu weer slapen, en als er iets is, maak me dan alsjeblieft wakker." "Dat doe ik, maar jij moet dat ook doen," zegt hij.

Ik voel me dichter bij Matthyas komen, ondanks de korte tijd die we samen doorbrengen. Het is fijn om er voor elkaar te zijn, zelfs in deze donkere momenten van ziekte en verdriet. We kunnen op elkaar rekenen en dat maakt me dankbaar voor de band die we langzaam aan het opbouwen zijn. Ik hoop dat we elkaar kunnen blijven steunen in deze moeilijke tijd.

tussen lach en traan ft bankzittersWhere stories live. Discover now