Part 22

183 6 3
                                    

POV Harry
Louis heeft zijn ogen dicht. Hij licht stil en doet niks. Ik pak hem stevig beet ik kijk om me heen. Er is nog steeds niemand. Dan til ik hem op. Ik ren naar het backstage gedeelte. Daar moet toch wel iemand zijn? Ik zet mijn capuchon weer goed op en til Louis in bruid stijl op. Ik ren het podium af en kom in een gang. Ik ren de gang af met Louis in mijn armen en kom dan bij en deur. Zonder kloppen storm ik naar binnen. Daar wordt ik aangestaard door 3 paar ogen.

"LOUIS" een vrouw komt op Louis afrennen. Een man rent haar achterna en trekt haar bij me vandaan. "Jeanet, we weten niet wij hij is!" zegt een de man waarschuwend tegen de vrouw. Ik kijk nog steeds naar Louis. Hij ligt nog steeds stil in mijn armen en ik houd hem stevig vast.
"Zou u zo vriendelijk willen zijn Louis op de bank te leggen" zegt de man met licht bruin haar terwijl hij met zijn hand naar een rode bank wijst die in de kamer staat. Ik kijk hem even aan en kijk dan weer naar Louis. Ik houd hem nog iets steviger tegen me aan, maar het is beter voor Louis als ik doe wat de man net zei. Ik loop richting de bank en leg hem op de bank. Ik zet langzaam een stap achteruit en de man die me net vroeg Louis op de bank te leggen komt snel naar Louis toe. "iemand bel het nood nummer" ik zie de andere man snel rennen naar zijn mobiel die op de tafel ligt.

Ik moet hier weg. Voordat ze beseffen dat ik hier illegaal ben. Ik kijk om me heen en wil weg gaan, maar wordt dan aan mijn arm getrokken door de vrouw. "Heel erg bedankt voor het redden van Louis, als jij er niet was kwam er niemand op tijd naar hem toe" zegt ze lief. Ik kijk naar haar hand die mijn arm vast heeft en ze laat snel los. Ik wil weg lopen, maar wordt tegengehouden. "Je hoeft niet weg te gaan". Zegt ze. "Wat is je naam" zegt de man die nog steeds bij Louis zit.
"Uhm Harry..." voordat ik het me echt besef heb ik mijn naam al uitgesproken. Ik had dit niet moeten doen. Ik voel hoe ik door de man die aan de telefoon zat wordt aangekeken.
"Ik ben Jeanet" zegt de vrouw. "Jeanet hij kan beter gaan" zegt de man. Ik schrik van zijn toon en wil meteen weg lopen. Zou hij het weten? Waarom ben ik eigenlijk nooit opgepakt? Ik maak me klaar om weg te gaan, maar dan wordt Louis wakker. Langzaam loop ik weg zonder dat iemand het door heeft.

POV Collin
"Harry" zegt de jongen met bruine krullen. Ik schrik op.
"Jeanet hij kan beter gaan" zeg ik tegen Jeannet die al naar hem toe is gelopen. Louis heeft me dan wel nooit verteld wie zijn ontvoerders waren, maar hij heeft me ooit gezegd; "Als er ooit iemand bij je komt die Harry heet, pas dan op" Ik vroeg hem waarom, maar daar gaf hij geen antwoord op. Nu is er hier iemand bij Louis die Harry heet en ik moet alles hier veilig krijgen.
Dan hoor ik iets bewegen. Ik kijk achter me en Louis heeft zich omgedraaid. Zijn ogen staan open. Dan gaat hij recht overeind. Ik zie hoe Harry langzaam de kamer verlaat. Louis heeft hem niet gezien.
Zijn borst gaat heftig op en neer. "Rustig Louis" zegt Jeannet tegen hem. Louis is het tegenovergestelde van rustig en hij slaat wild om zich heen. "HARRY WAAR IS HARRY!" Zijn stem klinkt ruw en vol verdriet. "Louis we hebben de jongen net weg gestuurd".

Louis duwt me aan de kant en staat op, maar wankelt en valt terug op de bank. "HARRYYYY" Hij gilt het uit. Ik duw hem tegen de bank aan. Hij moet kalmeren en als hij zo wild van zich af slaat gaat dat niet lukken. Dan valt hij stil. Ik laat hem los en hij kijkt één kant op.
Ik kijk naar dezelfde richting en zie dan Harry staan. "Je kan beter weg ga-" verder kom ik niet.
Louis staat weer op wankelt naar voren met zijn armen gespreid en valt dan hard op de vloer. "LOUIS" ik ren snel naar hem toe. Jeannet houd me tegen.
"Lou-i-is?" de jongen met bruine krullen is al bij hem neergeknield. Louis slaat niet meer om hem heen. Hij ligt stil met zijn ogen open. Wie is dit? Vraag ik me nu toch echt af.

POV Harry
Mijn hart lijkt wel te ontploffen. Ik kijk in Louis zijn ogen. Ze zijn nog steeds even mooi. Mooie blauwe ogen die me aankijken. Dan pas merk ik dat hij zijn arm om me heen heeft geslagen. Hij ligt op de grond en ik zit ter hoogte van zijn hoofd bij hem neer geknield. Zijn hoofd rust op mijn schoot.
"Louis gaat het" zeg ik zachtjes. Hij blijft me maar aankijken.
Als hij geen antwoord geeft pak ik zijn hand die die bij zijn hals heeft. Ik pak zijn hand vast. Dan zie ik dat hij iets los laat. Het is een ketting. Als ik het zie krijg ik weer tranen in mijn ogen. Het is de ketting die ik hem heb gegeven.
Als ik zijn hand weer los laat slaat hij die ook op me heen en drukt hij zijn hoofd tegen mijn borst. Ik merk dat hij weer weg valt en wanneer hij zijn ogen heeft gesloten merk ik dat er twee mensen van de ambulance al in de kamer staan. Louis heeft nog steeds zijn armen om me heen geslagen. "Wilt u hem naar de ambulance dragen?" zegt een vrouw vriendelijk. Voor ik kan antwoorden staat de man voor me die me wilde weg sturen. "Dat doe ik wel" zegt hij en hij neemt Louis snel van me over.

Ik zeg niks, want ik moet niet te veel opvallen. Ik loop nog wel mee naar beneden, maar dat was geen goed plan. Als we beneden komen zie ik een vrouw aan komen rennen.
"LOUIS LOUIS, WAT IS ER GEBEURD." zegt de vrouw wanneer ze Louis haar hand pakt en hem een kus geeft op zijn lippen. Hij... Hij heeft een vriendin? Ik sta te kijken vanaf de deuropening. Mijn hart klopt in mijn keel. Natuurlijk heeft hij een vriendin! Waarschijnlijk is hij niet eens homo, maar had hij gewoon niemand anders. Mijn benen voelen zwak, maar ik ren weg en niemand houd me tegen. Het regent, ja joh kan er ook nog wel bij. Ik ren en ren en mijn benen lijken van pudding. Elke stap doet pijn en ik weet niet waarom. Tranen komen in mijn ogen, maar gelukkig valt dat niet op en kan ik zo gewoon tegen iedereen zeggen dat het de regen was. Ik blijf maar aan Louis denken.

Korter hoofdstukje, maar ik dacht ik publiceer hem toch maar. Ik heb niet veel meer te zeggen dus ik hoop dat jullie het leuk vinden!


Larry Stylinson <3Where stories live. Discover now