Deel 24

1.6K 64 9
                                    

Ik was opgestaan en drukte vlug een nieuw mes in Dimitri's handen. Zelf veranderde ik snel terug naar mijn wolvenvorm. Ik gebaarde hem dat hij op mijn rug moest gaan zitten. Gelukkig begreep hij mijn gebarentaal. Hij klom op mijn rug. Ik rende met Dimitri op mijn rug terug het slachtveld in. Hij wist meteen wat hem te doen stond.

Hij pakte mijn nek vast en drukte keer op keer het mes in aanvallende wolven. Het ging razend snel. Op een gegeven moment waren de vampieren in de meerderheid. De meeste wolven waren bewusteloos, gewond of dood. Het wonderbaarlijke was nog dat Dimitri en ik meer dan de helft van de slachtoffers hadden gemaakt.

Na een tijdje trokken we ons terug. Ik rende terug naar de groep vampieren die nog over was gebleven. En dat waren er nog verbazingwekkend veel. Dimitri klom van mijn rug en ik veranderde weer terug naar mijn mensenvorm. Ik ging door de hele groep om te kijken wie we nog hadden. Morgan was weg. Ik schoot direct in paniek. 

'Morgan? Morgan?!' Riep ik paniekerig. Maar ik kreeg geen antwoord.

Ik rende over het strijdveld waar niemand meer vocht. Ik ging langs alle lichamen die over de grond bezaaid lagen. En daar vond ik Morgan. Ze was niet dood, gelukkig maar. Ze kreunde een keer en deed toen haar ogen open. Ze had een grote snee op haar hoofd. Vampieren konden niet dood bloeden maar littekens gingen langzaam weg.

Ik legde mijn hand op de wond. Ze keek me niet begrijpend aan, maar ik glimlachte alleen. Na een tijdje haalde ik mijn hand weer van haar hoofd. De snee was helemaal weg. Ze ging met haar hand over haar hoofd, op de plek waar haar snee zat. Ze keek mij bewonderend aan.

'Hé, de snee is weg!' Riep ze blij uit.

'Inderdaad, maar kom nu even mee naar de groep. Ik geloof dat we nog een goed woordje zullen moeten gaan doen.' Fluisterde ik.

Ze knikte, stond op en liep achter mij aan naar de groep vampieren. Ik draaide mij vlug om en ging vooraan in de groep staan, met een pokerface op mijn gezicht. Alle Alpha's veranderden terug naar hun mensenvorm. Ik herkende natuurlijk Jack en Zayn, maar ik wist niet wie de 2 andere Alpha's waren. Verbazingwekkend genoeg zagen ze er nog sterk uit.

Ik deed een grote stap naar voren, uit de groep. Ik leek net een ukkie in tegenstelling tot de 4 Alpha's mij vijandelijk aankeken. Gelukkig kan dit ukkie ze wel aan mochten ze het lef hebben om mij aan te vallen.

'Waarom doe je opeens zo moeilijk? Kom gewoon mee naar huis.' Snauwde Jack.

'In principe heb ik 2 huizen. Hier en in het Blood wolfspack. Sinds ik hier ben sta ik voor een steeds moeilijkere keuze.' Begon ik emotieloos. 'Ga ik terug naar waar ik geboren ben? Waar mensen mij bijna als bedreiging zien? Waar ze mijn voorganger hebben vermoord? Of blijf ik hier. Waar ik als een soort held wordt ontvangen. Waar ik een fijn leven kan leiden zonder dat ik bang hoef te zijn dat mensen mij het liefst van de aardbodem willen vegen.'

Ik vond het zelf verbazingwekkend dat de vampieren mij zoveel vrijheid gaven. Ik dacht dat ze me net zoals bij de wolven zouden omringen met soldaten, omdat ik eventueel in gevaar zou kunnen komen. Ze wilden hier dat ik zelf kon bepalen wat ik ging doen. Ze luisteren naar me als ik iets niet wil of juist wel.

'Je bent geen gevaar bij ons. Ik weet niet wat de vampieren jou allemaal op de mouw gespeld hebben maar dat is onzin.' Siste Jack.

'Ze hebben met mij hier nog geen woord over gesproken. Dit komt uit mijn eigen ervaringen en kennis. Er is geen vampier voor nodig om dat helder te krijgen.' Beet ik hem toe. 'Maar heeft dit alles nog wel nut voor jullie? Jullie kunnen je ook terug trekken. Of natuurlijk vrede sluiten met de vampieren.'

'Nooit.' Siste een van de andere Alpha's

'Dan niet. Ik kom pas terug als jullie van gedachten zijn veranderd.'

Daar waren ze het alles behalve mee eens. Ze gromden en transformeerden naar hun wolvenvorm. Met langzame passen probeerden alle overgebleven wolven ons helemaal in te sluiten. Ik daarentegen had een ander plan. Ik rende naar het midden van de groep vampieren. Daar creeërde ik een enorm schild om ons allen heen.

Dit was echter een beslissing die ik beter niet had kunnen maken. Ik vroeg teveel van mezelf. Mijn lichaam werd met de minuut zwakker. Morgan en Dimitri zagen het en schoten me te hulp.

'Je hoeft dit niet te doen, Ava. We redden onszelf wel.' Begon Morgan haastig.

'Je hebt gelijk. Ik vraag teveel van...mezelf.'

Ik kon het laatste woord niet meer goed uitbrengen. Ik zakte in elkaar van vermoeidheid. Ik liet mijn paarse ogen verdwijnen. Ze maakten plaats voor mijn normale, groene ogen.

Ava, je lichaam gaat het niet lang mee volhouden. Je moet rust zoeken. Ik neem het van je over. Hoorde ik oma bezorgd zeggen.

'Anna neemt het van mij over. Tot zo.' Fluisterde ik vermoeid.

Toen werd ik opgeslokt in de complete duisternis van eenzaamheid. Ik vond het dit keer niet eens erg. Ik ging op de wolk liggen waar oma meestal op zat en besloot flink wat rust te pakken. Ik had teveel van mezelf gevraagd. Veel teveel. Voordat ik het wist was ik weg. Naar dromenland om precies te zijn.

Het leek wel een moment later dat ik wakker werd. Gelukkig was dat wel met nieuwe energie. En op een nieuw oppervlak. In deed mijn ogen langzaam open en voelde het zachte bed van mijn eigen kamer op mijn rug. Precies op dat moment ging de deur open. Morgan en Dimitri stonden beide in de deuropening.

'O godzijdank. Je hebt het wel gered.' Riep Morgan opgelucht uit.

'Wel? Wie dan niet?' Vroeg ik aarzelend.

Dimitri en Morgan keken elkaar een moment lang twijfelend aan. Toen pas zag ik de tranen in Morgans ogen. Ik voelde de paniek in mij opborrelen.

'Donna en Aaron.' Sprak Dimitri langzaam. 'Hebben deze aanval helaas niet gered.'

'Toen jij buiten westen was en Anna het van je overnam dachten de wolven dat je zo een makkelijker doelwit was. Ze begonnen ons weer aan te vallen. Gelukkig hadden we jouw messen nog en konden we er nog een aantal uitschakelen.' Snikte Morgan. 'Maar meer dan de helft van de vampieren is vermoord in deze strijd. Het is eigenlijk een wonder dat wij nog leven.'

Ik schrok enorm. Meer dan de helft? Overdreef ze nu niet een klein beetje? Ik hoopte van wel. De tranen schoten nu ook naar mijn ogen. De pijn van de eerste dagen dat ik bij Jack was schoot weer terug. En dit keer liet ik het hem hard voelen wat hij in mij had aangericht.

Ik kneep mijn ogen stijf dicht en concentreerde me op die roze kleur. Toen ik ze open deed merkte ik niks. En dat kwam puur omdat ik de pijn zelf al had. Ik deed ze vlug weer dicht en veranderde weer naar mijn groene kleur.

'Moeten we hen niet aanvallen dan?' Vroeg ik snikkend.

'Dat zou niet goed zijn voor ons imago. We willen laten zien dat we eigenlijk bijna geen vlieg kwaad doen.' Legde Dimitri uit.

'Daar heb je een punt.' Snikte ik. Ik veegde met mijn hand in mijn oog. 'Zijn er nog veel zwaargewonden? Misschien kan ik ze helpen.'

'Vampieren kunnen geen bloed verliezen. We gaan alleen dood als er heftig in ons hart is gestoken. Of als we teveel zijn afgezwakt door knoflook.' Ik knikte langzaam.

Ik had het flink verpest. Ik was de reden dat er nu honderden of zelfs duizenden wolven en vampieren aan hun einde zijn gekomen. Ik was de reden dat we in de eerste plaats aangevallen werden. Ik was de reden dat het wantrouwen tussen de wolven en de vampieren nog meer groeide. Ik was de reden voor alle puinhoop die er nu ligt. En dat zou me nog jaren achtervolgen.

Bloodwolf Where stories live. Discover now