XXXXV

248 13 12
                                    

De volgende dag schijnt de zon lekker. De eerste mensen ontwaken door de zonnenstralen, te midden van de roedel wolven, die her en der tussen de mensen slapen. Rolf is al een tijdje wakker, zonder op te staan. Maar toch heeft hij al eens om zich heen gekeken. Tevreden, dat de wolven zich zo keurig hebben aangepast en zich goed hebben gedragen, drukt hij Selma wat dichter tegen zich aan. Met zijn andere hand voelt hij de vacht van een wolf en ziet dat het de nieuwe wolf, Bryndis, naast hem is komen liggen. Hij aait het dier door zijn vacht, die loom opkijkt, wie haar aait. Teder en voorzichtig likt ze de hand van Rolf, als teken dat ze het waardeert. Dan draait ze zich op haar rug, en Rolf kroelt met zijn handen over haar buik, als teken, dat hij haar onderwerping accepteert. En daarmee schijnt ze zeer vergenoegd te zijn, want ze gromt tevreden.

Dan ziet Rolf de eerste mensen opstaan en door het kamp lopen. Overal ziet hij hetzelfde beeld, wolven die vriendschap sluiten met de mensen en omgekeerd. Het lijkt bijna alsof het altijd zo is geweest.

Rolf besluit dan toch op te staan en legt Selma voorzichtig, zonder haar wakker te maken, naast zich neer en schuift Bryndis langs Selma, zodat Selma lekker warm blijft. Als Rolf staat, kijken twee paar andere ogen hem vol verwachting aan. Rolf geeft de beide wolven het teken, dat ze hem mogen begroeten. En Orsin en Thyrza wachten dan ook geen moment. Rolf moet zich goed schrap zetten om de enthousiaste begroeting te weerstaan. Ze springen tegen hem op en likken zijn gezicht. Rolf moet lachen en zegt: 'Nou nou! Jullie hebben er vandaag wel zin in!'

Hij krijgt de wolven gelukkig snel gekalmeerd en loopt dan door het kamp. Er ontwaken steeds meer mensen, die de wachten gaan aflossen, zodat die ook wat slaap krijgen. Dan ziet Rolf Hallvor zitten, samen met een oudere wolf. Het dier ligt met zijn kop op schoot bij Hallvor, terwijl Hallvor het dier streelt.

'En, Hallvor? Een nieuwe vriend erbij?'

Hallvor lacht. 'Ja, het lijkt erop! Je had me nooit verteld, dat de wolven zo aanhankelijk konden zijn, en dat het zo leuk is om ze te aaien!'

'Ja, ze laten zich maar wat graag verwennen, Hallvor. Vooral op de plaatsen, waar ze zelf maar heel moeilijk bij kunnen. Dat vinden ze heerlijk, als je ze daar krabbelt.'

Hallvor knikt. 'Dat had ik al ontdekt. Maar ik begrijp niet, hoe snel ze zich aan mensen gaan hechten. Het is alsof ze zelf uitzoeken, bij wie ze willen horen.'

'Wolven zijn wat dat betreft niet veel anders dan mensen. Ze hebben ook vriendschappen, zoals ik met Orsin en Thyrza heb. En aangezien het voor hun nu net zo is, alsof ze in een gigantische roedel terecht zijn gekomen, waar zowel mensen als wolven deel uit maken, zoeken ze snel hun vrienden uit. En omdat we nu in de open lucht leven, is het voor hun ook geen belemmering om nu openlijk hun genegenheid te tonen. Ik denk niet, dat dit in het dorp zo snel was gebeurd. Ze hebben het er niet op, om zomaar een huis binnen te komen. Daarvoor moeten ze nog heel wat angst en schroom overwinnen, voordat ze dat doen. Misschien dat het nu gemakkelijker gaat, maar vooral met de nieuwe wolven zal het voorlopig nog niet heel gemakkelijk gaan.'

Hallvor knikt. 'Ik denk dat ik begrijp wat je bedoelt, Rolf. Ik kijk wel eens vaker naar je, als je met de wolven bezig bent. Je speelt vaak met ze, maar ik denk niet dat het alleen maar een spelletje is, wat je met ze speelt. Het heeft ook een doel, of niet?'

'Ja, maar het is vooral een sociaal iets. Zo leer je elkaars grenzen kennen, het gedrag, de eigenschappen, en of ze toevallig die dag goede zin hebben. Zoals ik al zei, ze lijken in veel dingen op mensen. Maar de echte test moet nog komen, Hallvor. Nu is er eten in overvloed, maar wat als er niets meer is, zoals in de winter? Het zijn nog steeds wilde wolven, Hallvor.'

'Het is alleen moeilijk te geloven, dat ze nu nog een gevaar vormen, terwijl ze nu nog zo kalm en lief zijn. Zelfs goed gemanierd, deze rakker liep zelfs weg om achter een struik zijn behoefte te doen, om dan weer terug te komen. Dat had ik niet verwacht.'

ÚlfrWhere stories live. Discover now