Perspectief van Ouiam

2.8K 138 4
                                    

Ik ben moe, maar heb geen slaap. Dat is toch raar. Ik heb honger, maar ik wil niet eten. Dat moeten jullie wel begrijpen. Het eten is namelijk wel erg vies hier. Ik ga maar even langs Ryan. Ik ben benieuwd hoe het gaat, maar eerst ga ik langs zijn dokter om het te vragen, want zelf ga ik het nooit weten. Ik bedoel maar. Sorry hoor ik praat soms erg veel, maar dat komt omdat ik zenuwachtig ben.

Ik ging naar de dokter en hij zei me dat het wel goed gaat, maar hij is ook bang dat hij helemaal niet wakker wordt. Wat moet ik dan?

Ik ging terug naar mijn kamer en pakte de koran van mijn nicht Leyla en ging naar de kamer van Ryan. Door wat de dokter zei voelde ik me niet zo goed en na dat ik fe koran pakte ging ik naar Ryan zijn kamer.
' waar ga jij heen? ' zei iemand. Ik keek achterom en zag mijn vriendinnen staan met Leyla. Ze kwamen voor mij 'aawh'
Ik ging naar ze toe gaf ze allemaal een knuffel en zei dat ze maar alvast naar mijn kamer moesten gaan en ik straks zou komen. Ik wilde eerst langs Ryan. Ze zijn allemaal gekomen: Doenia, Zayneb, Zineb, Maryam, Ouasilla, Sabrine, Youssra en Soumia en Imane zijn ook gekomen en ze hebben allerlei lekkere dingen bij zich. Dat word leuk strakss. Ik vergat even mijn zorgen en dat ongeluk. Maar ik kon niet vergeten dat ik langs Ryan moest.

Aangekomen bij zijn deur was ik aan het twijfelen. Wat nou als hij me kan horen?
Ik deed de deur open en ging naar binnen. 'Salam' zei ik.
'Ik ben het weer Ryan, Ouiam.'
'Ik kom een vers voor je voorlezen als het me nog lukt. Ik heb al erg lang geen Arabisch gelezen.' De tranen begonnen weer te stromen. Het doet me zoveel pijn als ik hem zo zie liggen. Ik begon voor te lezen uit vers Yasin. Ik heb dat altijd een prachtige vers gevonden. Toen ik een bladzijde had gelezen zei ik hem dat ik weer moest gaan want mijn vriendinnen wachten. Ik heb hem ook gezegd dat ik nu een week lang langs hem zou komen om verzen uit de koran voor te lezen en het leek wel of hij blij was toen ik dat zei. Het leek of hij begon te glimlachen, maar dat verbeeldden ik me vast en zeker. Ik zei hem ook dat zijn broer erg boos was op mij, maar ik dat niet erg vond, want ik begreep waarom en zo zou ik me namelijk ook voelen. Ik zei hem gedag en deed de deur achter me dicht en begon mijn tranen weg te vegen.

'He he, je bent er' zei youssra. Ik lachte naar dr en ging weer zitten op mijn bed. We hebben erg veel gelachen. Mijn neef Badr waar ik over verteld had kwam ook langs en ook met hem heb ik erg veel gelachen. Ik ben nu echt kapot.
Ik ga slapen.
Morgen wordt weer een saaie dag en dat nog wel een week lang. Een week lang saaiheid.

Fa ina ma'aal usri al yusraWhere stories live. Discover now